Enkelblokkering Inschakelen; Vanuit Een Mymode Terugschakelen Naar De Basismodus - Otto Bock Meridium 1B1-2 Series Instructions For Use Manual

Hide thumbs Also See for Meridium 1B1-2 Series:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 43
Gebruik
2) Tik met de hiel van de prothesevoet overeenkomstig de geconfigureerde MyMode een aantal keren naar achte­
ren tegen een vast object (bijv. een muur) (MyMode 1 = 3 keer, MyMode 2 = 4 keer, MyMode 3 = 5 keer). Het
is ook mogelijk de neus van de schoen van het contralaterale been aan te tikken.
→ Door middel van een piep- en trilsignaal wordt bevestigd dat het bewegingspatroon is herkend.
INFORMATIE: Als dit piep- en trilsignaal niet wordt gegeven, is het aantikken niet gedetecteerd.
3) Kantel de prothesevoet licht naar achteren en belast de voorvoet.
INFORMATIE: Wanneer de prothesevoet zich in sterke dorsale flexie bevindt, kan de hiel worden
belast.
→ Er klinkt een bevestigingssignaal om aan te geven dat er met succes is omgeschakeld naar de betreffende
modus (2 keer = MyMode 1, 3 keer = MyMode 2, 4 keer = MyMode 3).
INFORMATIE: Wanneer dit bevestigingssignaal niet wordt gegeven, is de prothesevoet niet correct
of te kort belast. Herhaal de procedure om alsnog op de juiste manier om te schakelen.
4) Ontlast het prothesebeen.
→ Er wordt van modus gewisseld.

9.3.3 Enkelblokkering inschakelen

Informatie over het omschakelen
In de instelsoftware moet de enkelblokkering als MyMode "Enkelblokkering" zijn geactiveerd en moet het aan­
tal bewegingen zijn vastgelegd waarmee de enkelblokkering wordt ingeschakeld.
Controleer voor overige activiteiten altijd of de gekozen modus staat voor de gewenste beweging.
Als de parameter Volume in de Cockpit App is ingesteld op "0", worden er geen piepsignalen gegeven (zie
pagina 271).
Omschakelen
1) Houd het prothesebeen onder het lichaam.
2) Tik afhankelijk van de geconfigureerde MyMode met de hiel van de prothesevoet een bepaald aantal keren naar
achteren tegen een vast object (bijv. een wand) (MyMode 1 = 3 keer, MyMode 2 = 4 keer, MyMode 3 = 5 keer).
Het is ook mogelijk de neus van de schoen van het contralaterale been aan te tikken.
→ Door middel van een piep- en trilsignaal wordt bevestigd dat het bewegingspatroon is herkend.
3) Kantel de prothesevoet licht naar achteren en belast de voorvoet.
INFORMATIE: Wanneer de prothesevoet zich in sterke dorsale flexie bevindt, kan de hiel worden
belast.
→ Er klinkt een bevestigingssignaal om aan te geven dat er met succes is omgeschakeld naar de betreffende
modus (2 keer = MyMode 1, 3 keer = MyMode 2, 4 keer = MyMode 3).
INFORMATIE: Wanneer dit bevestigingssignaal niet wordt gegeven, is de prothesevoet niet correct
of te kort belast. Herhaal de procedure om alsnog op de juiste manier om te schakelen.
4) Ontlast het prothesebeen.
→ Er wordt van modus gewisseld.
5) Beweeg het prothesebeen binnen 2 seconden omlaag en breng het enkelscharnier in de gewenste stand.
→ Na afloop van deze tijd klinkt er een signaal dat aangeeft dat het enkelscharnier geblokkeerd is.

9.3.4 Vanuit een MyMode terugschakelen naar de basismodus

Informatie over het omschakelen
Ongeacht de configuratie van de MyModes in de instelsoftware is het altijd mogelijk met een bewegingspa­
troon terug te schakelen naar de basismodus (modus 1).
Door aansluiten/loskoppelen van de acculader kan er op elk gewenst moment worden teruggeschakeld naar
de basismodus (modus 1).
Controleer voor overige activiteiten altijd of de gekozen modus staat voor de gewenste beweging.
Als de parameter Volume in de Cockpit App is ingesteld op "0", worden er geen piepsignalen gegeven (zie
pagina 271).
Omschakelen
1) Houd het prothesebeen onder het lichaam.
2) Tik met de hiel van de prothesevoet minimaal 3 keer maar niet meer dan 5 keer naar achteren tegen een vast
object.
→ Door middel van een piep- en trilsignaal wordt bevestigd dat het bewegingspatroon is herkend.
270
1B1-2=* Meridium

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents