Prothesecomponent Toevoegen; Prothesecomponent Verwijderen; Prothesecomponent Verbinden Met Verschillende Mobiele Apparaten - Otto Bock Meridium 1B1-2 Series Instructions For Use Manual

Hide thumbs Also See for Meridium 1B1-2 Series:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 43
Cockpit App
INFORMATIE
Neem voor het opbouwen van een verbinding de punten in het hoofdstuk "Cockpit-app en prothesecomponent
voor het eerst met elkaar verbinden" (zie pagina 262) in acht.

8.3.1 Prothesecomponent toevoegen

1) Raak in het hoofdmenu het symbool  aan.
→ Het navigatiemenu wordt geopend.
2) Raak in het navigatiemenu de optie "Componenten beheren" aan.
3) Houd de prothese met de voetzool naar boven of sluit de acculader aan en koppel hem weer los om de herken­
ning (zichtbaarheid) van de Bluetooth-verbinding voor 2 minuten in te schakelen.
4) Raak de knop "+" aan.
→ De verbindingswizard wordt gestart. Deze leidt u door het maken van de verbinding.
5) Volg de verdere instructies op het beeldscherm op.
6) Na het invoeren van de Bluetooth-PIN wordt er verbinding gemaakt met de prothesecomponent.
→ Tijdens het maken van de verbinding klinken er drie piepsignalen en verschijnt het symbool 
Als er verbinding is, verschijnt het symbool 
→ Nadat er met succes verbinding is gemaakt, worden de gegevens uit de prothesecomponent uitgelezen. Dit
kan ongeveer een minuut duren.
Daarna verschijnt het hoofdmenu met de naam van de prothesecomponent waarmee er verbinding is.
INFORMATIE
Voer de volgende stappen uit wanneer het niet mogelijk is om de verbinding met de prothesecomponent op te
bouwen:
► Wis de prothesecomponent uit de Cockpit App, indien deze zich in de app bevindt (zie hoofdstuk 'Prothese­
component verwijderen')
► Voeg de prothesecomponent opnieuw in de Cockpit App toe (zie hoofdstuk 'Prothesecomponent toevoegen')
INFORMATIE
Na het activeren van de "zichtbaarheid" van de prothesecomponent (houd de prothesecomponent met de voet­
zool naar boven of sluit de acculader aan en koppel hem weer los) kan de prothesecomponent binnen 2 minuten
worden herkend door een ander apparaat (bijv. een smartphone). Als de registratie of het maken van verbinding
te lang duurt, wordt de verbindingsopbouw afgebroken. In dit geval moet de prothesecomponent opnieuw met de
voetzool naar boven worden gehouden of de acculader opnieuw worden aangesloten en weer losgekoppeld.

8.3.2 Prothesecomponent verwijderen

1) Raak in het hoofdmenu het symbool  aan.
→ Het navigatiemenu wordt geopend.
2) Raak in het navigatiemenu de optie "Componenten beheren" aan.
3) Raak de knop "Edit" aan.
4) Raak bij de prothesecomponent die u wilt verwijderen, het symbool 
→ De prothesecomponent wordt verwijderd.

8.3.3 Prothesecomponent verbinden met verschillende mobiele apparaten

De verbinding met een prothesecomponent kan in meerdere mobiele apparaten worden opgeslagen. Tegelijkertijd
kan er op een bepaald moment echter altijd maar één mobiel apparaat met de prothesecomponent verbonden zijn.
Als de prothesecomponent op een bepaald moment al verbonden is met een ander mobiel apparaat, verschijnt bij
het opbouwen van de verbinding met het actuele mobiele apparaat de volgende informatie:
Met deze prothesecomponent
verbinden?
Prothesecomponent was verbonden
met een ander apparaat.
Verbinding maken?
Annuleren
264
► Tik op de knop OK.
→ De verbinding met het mobiele apparaat waarmee de prothesecompo­
nent het laatst verbonden was, wordt verbroken en er wordt verbinding
gemaakt met het actuele mobiele apparaat.
OK
.
aan.
.
1B1-2=* Meridium

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents