8.1.5
Heringebruikname
VOORZICHTIG
Kans op letsel door startende pomp
Bij het starten van de pomp kunnen zich verwondingen aan de hand voordoen
wanneer u de pompmotor met een schroevendraaier op het ventilatorwiel
aandraait.
•
Schakel de pomp spanningsvrij voordat u de pompmotor op het
ventilatorwiel met de schroevendraaier aandraait.
OPGELET
Beschadiging van het apparaat door startende pomp
Bij het starten van de pomp kan deze worden beschadigd wanneer u de
pompmotor met een schroevendraaier op het ventilatorwiel aandraait.
•
Schakel de pomp spanningsvrij voordat u de pompmotor op het
ventilatorwiel met de schroevendraaier aandraait.
Na een langere stilstandperiode (apparaat losgekoppeld van de voeding of in de
stopmodus) kan het gebeuren dat de pomp "PU" vastzit.
•
Draai vóór de ingebruikname van de pomp met een schroevendraaier op het
ventilatorwiel van de pompmotor.
Opmerking!
Een vastzitten van de pomp "PU" tijdens de automatische bedrijfsmodus
kan worden voorkomen door na 24 uur stilstand gebruik te maken van de
geforceerde opstartfunctie.
9
Besturingseenheid
9.1
Bediening van het bedieningspaneel
1
Error-LED
•
De Error-LED brandt gedurende een storingsmelding
2
Display
3
Auto-LED
•
De Auto-LED brandt groen gedurende de automatische
bedrijfsmodus
•
De Auto-LED knippert groen gedurende de handmatige
bedrijfsmodus
•
Die Auto-LED dooft in de stopmodus
4
OK
•
Acties bevestigen
5
Stop
•
Voor de inbedrijfstelling en voor het opnieuw invoeren van
waarden via de besturing
Wissel naar het menu "terug"
6
7
Manual
•
Voor tests en onderhoudswerkzaamheden
8
Auto
•
Voor continu gebruik
Wissel naar het menu "voor"
9
10
Menu
•
Gebruikersmenu openen
11
Quit
•
Parameters selecteren en wijzigen
Selecteer de parameter met de knop "OK" (5).
1.
Wijzig de parameter met de wisselknoppen "▼" (7) of "▲" (9).
2.
Bevestig de parameter met de knop "OK" (5).
3.
Wijzig het menu-item met de wisselknoppen "▼" (7) of "▲" (9).
4.
Wissel het menuniveau met de knop "Quit" (11).
5.
9.2
Instellingen in de besturing tot stand brengen
M.b.v. het gebruikersmenu kunnen installatiespecifieke waarden opnieuw worden
gecorrigeerd of opgevraagd. Tijdens de eerste inbedrijfstelling moeten eerst de
fabrieksinstellingen worden aangepast aan de specifieke voorwaarden van de
installatie.
Opmerking!
De beschrijving van de bediening, 9.1 "Bediening van het
bedieningspaneel", 201.
Bewerk tijdens de eerste inbedrijfstelling alle menu-items die grijs gemarkeerd zijn.
Druk op de knop "Manual" om naar de handmatige modus te wisselen.
Druk op de knop "Menu" om naar het eerste hoofdmenu-item "Gebruikersmenu" te
wisselen.
Voor het navigeren en instellen van de waarden:
•
M.b.v. de pijlknoppen "▼▲" navigeert u in het geselecteerde hoofdmenu
en stelt u de waarden in.
•
Met de "OK"-knop wisselt u naar het volgende submenu.
•
Met de "OK"-knop bevestigt u de gewijzigde instelling in het submenu.
Weergave op het
display
Gebruikersmenu
Taal
Tijd:
Datum:
Fillcontrol /
Magcontrol
Min. werkdruk
01.8 bar
Veil.klep druk
Bijvulling
Max. bijvulduur
010 min.
Max. bijvulcycl.
003 / 2 h
Fillcontrol Auto —29.07.2024
Meldingen bevestigen
Uitleg
Wissel naar het volgende hoofdmenu-item.
Standaardsoftware met verschillende talen.
Wijzig achtereenvolgens de knipperende instelling voor
"uur", "minuut" en "seconde".
De tijd wordt gebruikt voor het foutgeheugen.
Wijzig achtereenvolgens de knipperende instelling voor
"dag", "maand" en "jaar".
De datum wordt gebruikt voor het foutgeheugen.
Selecteer de bijvulvariant "Levelcontrol" of "Magcontrol".
De melding "Minimale werkdruk" wordt weergegeven op
het display wanneer de bijvulvariant "Magcontrol"
ingesteld is. Voer de waarde voor de minimale werkdruk
in.
Opmerking!
De berekening van de minimale werkdruk,
7.2 "Minimale werkdruk P0 voor besturing
bepalen", 198.
De melding "veiligheidsklepdruk" wordt weergegeven op
het display wanneer de bijvulvariant "Magcontrol"
ingesteld is. Voer hier de aanspreekdruk van de
relevante veiligheidsklep in voor de bescherming van het
apparaat. Dit is meestal de veiligheidsklep op de boiler
van de installatie.
Wissel naar het submenu "Bijvulling".
•
Met de "OK"-knop opent u het menu.
•
Met de wisselknoppen "▼▲" wisselt u naar het
submenu.
Vooraf ingestelde duur van een bijvulcyclus. Na afloop
van deze ingestelde tijd wordt de bijvulling gestopt en
wordt de foutmelding "Bijvulduur" geactiveerd.
Als het ingestelde aantal bijvulcycli binnen twee uur
wordt overschreden, wordt de bijvulling gestopt en wordt
de foutmelding "Bijvulcycli" geactiveerd.
Besturingseenheid
Nederlands — 201
Need help?
Do you have a question about the Fillcontrol Auto and is the answer not in the manual?
Questions and answers