Otto Bock Pheon 3R62 Instructions For Use Manual page 115

Hide thumbs Also See for Pheon 3R62:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 24
► Om de glijeigenschappen te optimaliseren en te voorkomen dat de cosmetische schuimstof­
overtrek te horen is, kunt u de wrijvingsvlakken van de overtrek inspuiten met siliconenspray
519L5.
► Herhaal, nadat het cosmetische schuimstofovertrek is vervaardigd, de dynamische afstelling
tijden het passen, omdat de cosmetische aanpassing invloed heeft op de instellingen van de
prothese (bijv. op de demping).
5.5 Basisopbouw
+ = verplaatsing naar voren / – = verplaatsing naar achteren (ten opzichte van de opbouwlijn)
Pos.
zie afb. 8
Benodigde apparatuur:
opbouwapparaat (bijv. L.A.S.A.R. Assembly 743L200 of PROS.A. Assembly 743A200),
50:50 mal 743A80, meetapparaat voor de hakhoogte 743S12
Plaats de prothesevoet in overeenstemming met de onderstaande waarden in het opbouwappa­
raat:
   
Hakhoogte:
effectieve hakhoogte (x) + 5 mm
   
a – p-positionering van het midden van de prothesevoet ten opzichte van de sagittale opbouwlijn
:
+30 mm
Exorotatie van de voet:
ca. 7°
m – l-positionering van het midden van de prothesevoet ten opzichte van de frontale opbouwlijn
:
0 mm mediaal
   
Controleer het prothesekniescharnier volgens het hoofdstuk "Fabrieksinstellingen controleren"
(zie pagina 120).
Plaats het opbouwreferentiepunt
in overeenstemming met onderstaande waarden in het opbouwapparaat:
Hoogte van het opbouwreferentiepunt in het opbouwapparaat:
afstand kniespleet-grond + 20 mm
a – p-positionering van het opbouwreferentiepunt ten opzichte van de opbouwlijn:
0 mm
m – l-positionering van het midden van het prothesekniescharnier ten opzichte van de frontale
opbouwlijn
0 mm
Exorotatie van het prothesekniescharnier:
ca. 5°
INFORMATIE: bij gebruik van de in lengte verstelbare buisadapter 2R45=34 (max.
   
lichaamsgewicht 125 kg) bij het opbouwen van de testprothese is de vereiste lengte voor
de definitieve prothese gemakkelijker te bepalen.
Neem bij gebruik van de buisadapter de aanwijzingen in het hoofdstuk "Buisadapter inkorten" (zie
pagina 116) in acht.
Verbind het prothesekniescharnier met de prothesevoet en de gekozen adapters aan de hand van
de bijbehorende gebruiksaanwijzingen en het hoofdstuk "Buisadapter monteren" (zie
pagina 116).
   
Zet met behulp van de 50:50 mal 743A80 aan de laterale zijde van de prothesekoker één punt in
het distale gebied en één in het proximale.
Teken aan de hand van deze punten de laterale middellijn van de prothesekoker af.
Markeer op de middellijn de tuberhoogte als tuberreferentiepunt
Markeer
punt.
Plaats het tuberreferentiepunt
Schematisch overzicht van de basisopbouw
:
30 mm proximaal van het tuberreferentiepunt duidelijk het laterale kokerreferentie­
van de prothesekoker ter hoogte van de afstand tuber–grond.
(proximale anterieure rotatieas) van het prothesekniescharnier
.
Ottobock | 115

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents