nl
Individuele instellingsmogelijkheden
3. Net zo vaak op toets F drukken tot
de gewenste bereidingsduur wordt
weergegeven.
Door kort op toets F te drukken, wordt de
bereidingsduur 1 minuut verlengd. De duur
wordt tot de vooraf ingestelde maximum-
waarde verhoogd en springt dan terug naar
de vooraf ingestelde minimumwaarde. Als
er langer op toets F wordt gedrukt, wordt
de duur telkens met 10 minuten verhoogd.
4. Op toets G drukken zodra de gewenste
bereidingsduur wordt weergegeven.
Het bereidingsprogramma met de
ingestelde bereidingsduur wordt gestart.
Als bij alle bereidingsstappen van een
geselecteerd programma de duur afzonder-
lijk moet worden aangepast, moeten punt 2
tot en met 4 vóór de start van de desbetref-
fende bereidingsstap worden herhaald.
Aanwijzing: Deze instellingen worden
niet opgeslagen. Als het betreffende
bereidingsprogramma opnieuw wordt
geselecteerd, wordt opnieuw de vooraf
ingestelde bereidingsduur weergegeven.
Bereidingstemperatuur instellen
Bij bereidingsprogramma's zonder stoom-
drukfunctie kan de temperatuur afzonderlijk
worden geselecteerd.
1. In de functieselectiemodus net zo vaak
op toets D drukken tot het gewenste
bereidingsprogramma kan worden
geselecteerd.
Op het bedieningspaneel licht de desbetref-
fende LED op en wordt de vooraf ingestelde
bereidingsduur voor dit bereidingspro-
gramma weergegeven.
2. 1x op toets C drukken.
Op het display knippert de vooraf ingestelde
bereidingstemperatuur.
3. Net zo vaak op toets C drukken tot de
gewenste bereidingstemperatuur wordt
weergegeven.
48
Door kort op toets C te drukken, wordt
de bereidingstemperatuur 5 graden ver-
hoogd. De temperatuur wordt tot de vooraf
ingestelde maximumwaarde verhoogd en
springt dan terug naar de vooraf ingestelde
minimumwaarde. Als toets C iets langer
wordt ingedrukt, wordt de temperatuur
telkens 10 graden verhoogd.
4. Op toets G drukken zodra de
gewenste bereidingstemperatuur wordt
weergegeven.
Het bereidingsprogramma met de inge-
stelde bereidingstemperatuur wordt gestart.
Als bij alle bereidingsstappen van een
geselecteerd programma de temperatuur
afzonderlijk moet worden aangepast, moeten
punt 2 tot en met 4 vóór de start van de des-
betreffende bereidingsstap worden herhaald.
Aanwijzing: Deze instellingen worden
niet opgeslagen. Als het betreffende
bereidingsprogramma opnieuw wordt
geselecteerd, wordt opnieuw de vooraf
ingestelde bereidingsduur weergegeven.
Stoomdruk instellen
Bij bereidingsprogramma's met vooraf inge-
stelde stoomdrukfunctie kan de temperatuur
via 'Lage stoomdruk' [ K ] of 'Hoge stoom-
druk' [ L ] worden geselecteerd.
1. In de functieselectiemodus net zo vaak
op toets D drukken tot het gewenste
bereidingsprogramma kan worden
geselecteerd.
Op het bedieningspaneel licht de desbetref-
fende LED op en wordt de vooraf ingestelde
bereidingsduur voor dit bereidingspro-
gramma weergegeven. Daarnaast brandt
het indicatie-element 'Lage stoomdruk' [ K ]
of 'Hoge stoomdruk' [ L ].
Aanwijzing: Als [ K ] of [ L ] niet brandt, is
de stoomdrukfunctie niet beschikbaar voor
het geselecteerde programma.
2. Op toets L drukken om tussen [ K ] en
[ L ] te wisselen.
3. Op toets G drukken zodra de gewenste
stoomdruk wordt weergegeven.
Het bereidingsprogramma met de
ingestelde stoomdrukfunctie wordt gestart.