Otto Bock Empower 1A1-1 Instructions For Use Manual page 129

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 23
Geleide storingen door
radiofrequente velden
IEC 61000-4-6
Uitgestraalde radiofre­
quente elektromagneti­
sche velden IEC
61000-4-3
OPMERKING 1: Bij 80 MHz en 800 MHz geldt het hogere frequentiegebied. OPMERKING 2: Deze richtlijnen gelden mogelijk
niet in iedere situatie. De elektromagnetische voortplanting wordt beïnvloed door absorptie en terugkaatsing door gebouwen,
a
Veldsterktes van vaste zenders, bijvoorbeeld een basisstation voor telefoons (mobiele/draadloos) en radiodiensten, zendama­
teurs, AM- en FM-radio- en televisiezenders kunnen theoretisch niet precies worden bepaald. Voor de beoordeling van de
elektromagnetische omgeving op grond van vaste RF-zenders dient een elektromagnetische standplaatsmeting te worden
overwogen. Als de gemeten veldsterkte op de plaats waar de prothesevoet wordt gebruikt, het bovenstaande behaalde RF-
niveau overschrijdt, moet de prothesevoet bij normaal gebruik worden geobserveerd. Als er afwijkende prestaties worden
waargenomen, zijn er mogelijk aanvullende maatregelen nodig, bijvoorbeeld het opnieuw uitlijnen of anders positioneren van
b
Boven het frequentiegebied van 150 kHz tot 80 MHz moeten de veldsterktes geringer zijn dan 10 V/m.
Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparaten en de acculader
De acculader is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin stralingsgebonden RF-storingen worden
gecontroleerd. De klant of de gebruiker van de acculader kan ertoe bijdragen elektromagnetische storingen te voorkomen
door een minimumafstand tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparaten (zenders) en de acculader in acht te
nemen zoals deze – afhankelijk is van het maximale uitgangsvermogen van het betreffende communicatieapparaat – hieronder
Maximaal nominaal uit­
gangsvermogen van de
zender (W)
0,01
0,1
1
10
100
Bij zenders met een maximaal nominaal uitgangsvermogen dat hierboven niet wordt vermeld, kan de aanbevolen scheidingsaf­
stand (d) in meter worden berekend aan de hand van de voor de frequentie van de zender geldende vergelijking, waarbij (P)
het maximale nominale uitgangsvermogen van de zender in watt (W) volgens de fabrikant van de zender is.
OPMERKING 1: Bij 80 MHz en 800 MHz geldt het hogere frequentiegebied.
OPMERKING 2: Deze richtlijnen gelden mogelijk niet in iedere situatie. De elektromagnetische voortplanting wordt beïnvloed
Empower 1A1-1
Richtlijn en fabrikantenverklaring – Elektromagnetische immuniteit
3 Vrms 150 kHz tot 80
MHz
3 V/m 80 MHz tot 2,5
GHz
voorwerpen en personen.
Scheidingsafstand afhankelijk van de frequentie van de zender (m)
150 kHz tot 80 MHz
d=1,2√P
0,12
0,38
1,2
3,8
12
door absorptie en terugkaatsing door gebouwen, voorwerpen en personen.
3 V
Draagbare en mobiele RF-communicatieappara­
ten mogen niet dichter bij een component van de
10 V/m
acculader met inbegrip van de kabels worden
gebruikt dan op de aanbevolen scheidingsaf­
stand, die wordt berekend aan de hand van de
voor de frequentie van de zender geldende verge­
waarbij P staat voor het maximale uitgangsvermo­
gen van de zender in watt (W) volgens de fabri­
kant van de zender en d de aanbevolen schei­
Veldsterktes van vaste RF-zenders die worden
bepaald aan de hand van een elektromagnetische
standplaatsmeting
behaalde niveau voor ieder frequentiegebied
Storingen kunnen optreden in de nabijheid van
apparaten die zijn gekenmerkt met het volgende
de prothesevoet.
wordt aanbevolen.
80 MHz tot 800 MHz
d=1,2√P
0,12
0,38
1,2
3,8
12
Technische gegevens
lijking.
Aanbevolen scheidingsafstand:
d=1,2√P
d=1,2√P 80 MHz tot 800 MHz
d=2,3√P 800 MHz tot 2,5 GHz
dingsafstand in meter (m) is.
a
, moeten lager zijn dan het
symbool:  
 
800 MHz tot 2,5 GHz
d=2,3√P
0,23
0,73
2,3
7,3
23
b
.
129

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents