MSA CutOff Operating Manual page 29

GEBRUIKSAANWIJZING VOOR DE TOEPASSING VAN DE CUTOFF
PRODUCTKENMERKEN
Deze gehoorbeschermers zijn uitgerust met electronica voor het reproduceren van omgevingsgeluiden, ook bekend als de niveau-afhankelijke functie. Het omgevingsgeluid wordt
opgevangen door twee externe microfoons (afbeelding G5) en via luidsprekers binnen in de gehoorkap op een veilig niveau weergegeven. Het geluid wordt weergegeven in stereo,
zodat de richting waaruit het geluid komt beter bepaald kan worden. De functie is bedoeld voor gebruik in omgevingen waarin men het omgevingsgeluid moet kunnen horen, zoals
waarschuwingssignalen, gesprekken, verkeer, enz.
FUNCTIETOETSEN (afbeelding G)
On/off (O) (G1)
Schakel de elektronische besturing in door op de toets (O) te drukken. Om deze uit te schakelen drukt u gedurende ca. 2 seconden op dezelfde toets (O).
Volume instellen, (–) (+) (G2)
Het omgevingsgeluid wordt ingesteld m.b.v. de toetsen (–) of (+). Als de elektronische besturing wordt ingeschakeld, start het volume op dezelfde instelling als waarop deze werd
uitgeschakeld. Het volume kan op vier standen worden ingesteld.
Audio-ingang, (AUX) (G3)
Het product heeft één ingang, een 3,5-mm jackplug, voor de aansluiting van een externe audiobron zoals een portofoon, jachtradio, mobiele telefoon, cd-speler, radio enz. Als het
audiosignaal niet hoger is dan 1767 mVrms (rms = kwadratisch gemiddelde van de signaalsterkte), zal het geluidsniveau in de gehoorbeschermer niet meer dan 82 dB(A) bedragen.
GEBRUIKSAANWIJZINGEN VOOR DE TOEPASSING VAN DE DUAL
PRODUCTKENMERKEN
Deze gehoorbeschermers zijn uitgerust met zowel een geïntegreerde FM-radio-ontvanger als electronica voor het reproduceren van omgevingsgeluiden, ook bekend als de
niveau-afhankelijke functie. Het omgevingsgeluid wordt opgevangen door twee externe microfoons (afbeelding G5) en via luidsprekers binnen in de gehoorkap op een veilig
niveau weergegeven. Het geluid wordt weergegeven in stereo, zodat de richting waaruit het geluid komt beter bepaald kan worden. De functie is bedoeld voor gebruik in
omgevingen waarin men het omgevingsgeluid moet kunnen horen, zoals waarschuwingssignalen, gesprekken, verkeer, enz.
De Dual kan in de volgende bedieningsmodi worden gebruikt: alleen niveau-afhankelijk, alleen FM-radio of een combinatie van niveau-afhankelijk en FM-radio. In de
gecombineerde modus kunt u de gewenste balans tussen niveau-afhankelijk en FM-radio selecteren.
FUNCTIETOETSEN (afbeelding G)
On/off (O) (G1)
Schakel de elektronische besturing in door op de toets (O) te drukken. Om deze uit te schakelen drukt u gedurende ca. 2 seconden op dezelfde toets (O).
Modus selecteren, (G4)
Druk kort op de toets om te wisselen tussen de niveau-afhankelijke modus en de gecombineerde niveau-afhankelijke/FM-radiomodus.
HOE DIENT HET APPARAAT IN DE NIVEAU-AFHANKELIJKE MODUS TE WORDEN GEBRUIKT
Volume instellen, (O) (G1)
Indien deze modus is geselecteerd, zal het apparaat altijd op het volume van de niveau-afhankelijke modus starten. Stel het volume in door kort op (O) te drukken. Het volume
kan op vier standen worden ingesteld. Nadat het volume de hoogste stand heeft bereikt en de toets opnieuw wordt ingedrukt, start het volume vanaf de laagste stand.
HOE DIENT HET APPARAAT IN DE GECOMBINEERDE NIVEAU-AFHANKELIJKE/FM-RADIOMODUS TE WORDEN GEBRUIKT
Een radiostation kiezen, (+) (–) (G2)
De FM-frequentieband loopt van 88–108 MHz. De afstemming op het station gebeurt automatisch. Met behulp van de betreff ende richtingstoets (–) of (+) zal de radio op het
eerstvolgende station afstemmen en daar stoppen. Zodra op een toets wordt gedrukt, klinkt er een korte pieptoon. Als het einde van de frequentieband is bereikt, klinkt er een
lange pieptoon. De FM-radio start op het laatst gebruikte station. Dit geheugen wordt gewist als de batterijen worden vervangen.
Instelmodus - instelling van de gewenste balans tussen niveau-afhankelijk en FM-radio
Druk op de keuzetoets (G4) en houd deze toets ingedrukt gedurende 3 seconden, totdat er twee lange pieptonen klinken. Druk op de toets (-) om de functie FM-radio te verlagen
en de niveau-afhankelijke functie te verhogen. Druk op de toets (+) om de functie FM-radio te verhogen en de niveau-afhankelijke functie te verlagen. Zodra op een toets wordt
gedrukt, klinkt er een korte pieptoon. Op ieder eindpunt klinkt er een lange pieptoon. Drukt u nogmaals kort op de keuzetoets (G4), dan verlaat u de instelmodus of het apparaat
verlaat de instelmodus automatisch als gedurende 10 seconden op geen enkele toets wordt gedrukt.
Volume instellen, (O) (G1)
Stel het volume van de gekozen combinatie in door kort op (O) te drukken. Het volume kan op vier standen worden ingesteld. Nadat het volume de hoogste stand heeft bereikt en
de toets opnieuw wordt ingedrukt, start het volume vanaf de laagste stand.
Frequentiehopping
Om naar het einde van de frequentieband te springen drukt u (+) en (O) toetsen tegelijk in, en de (–) en (O) toetsen om naar het begin van de frequentieband te springen.
Audio-ingang, (AUX) (G3)
De gehoorbeschermer heeft één ingang, een 3,5-mm jackplug, voor de aansluiting van een externe audiobron zoals een portofoon, jachtradio, mobiele telefoon, cd-speler, radio
enz. Als er een oproep via de audio-ingang binnenkomt, wordt de FM-radio automatisch op mute geschakeld en blijft tot ca. 5 seconden na beëindiging van de oproep op mute
staan. Als tijdens de oproep een pauze van meer dan 5seconden optreedt, wordt de FM-instelling automatisch opgeslagen. Als het audiosignaal niet hoger is dan 1767 mVrms
(rms = kwadratisch gemiddelde van de signaalsterkte), zal het geluidsniveau in de gehoorbeschermer niet meer dan 82 dB(A) bedragen.
BATTERIJ-SPAAR-FUNCTIE
Om de batterijen zo lang mogelijk te laten meegaan is de gehoorbeschermer uitgerust met een speciale batterij-spaar-functie. Met deze functie wordt de elektronische besturing
automatisch na 4 uur uitgeschakeld indien gedurende deze tijd op geen enkele toets werd gedrukt. Druk op de toets in het midden van het toetsenbord (O) om het apparaat weer
in te schakelen. Circa 2 minuten voordat het apparaat automatisch wordt uitgeschakeld, klinkt als waarschuwing een aantal pieptonen. Druk op een toets om de uitschakeling met
nog eens 4 uur te vertragen.
WAARSCHUWING LEGE BATTERIJ
Er klinken twee tonen als de capaciteit van de batterij nog voldoende is voor 10-20 uur. De batterijwaarschuwing wordt ieder half uur herhaald totdat de batterijen helemaal leeg zijn.
29