Otto Bock 1C62 Triton Harmony Instructions For Use Manual page 97

Prosthetic foot
Hide thumbs Also See for 1C62 Triton Harmony:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 20
4.6  Schuimstofovertrek
De aansluitkappen 2C20 (smal) en 2C19 (normaal) brengen een niet-permanente verbinding
tussen de schuimstofovertrek en de voetovertrek tot stand. De aansluitkappen klikken vast in de
proximale rand van de voetovertrek.
Neem de volgende adviezen in acht:
1. Voor de montage aan de voetovertrek moeten de aansluitkappen in de maten 21-25 langs de
snijmarkering (afb. 8) worden afgesneden.
2. Kort de schuimstofovertrek af. Houd hierbij rekening met de distale samenpersing, die bij on-
derbeenovertrekken ongeveer 10 mm en bij bovenbeenovertrekken ongeveer 40 mm bedraagt.
3. Trek de schuimstofovertrek met de daarop aangebrachte aansluitkap over de prothese heen,
monteer de voet weer en teken de buitencontour van de aansluitkap af.
4. Maak de aansluitkap los en reinig de schuimstofovertrek met isopropylalcohol 634A58.
5. Lijm het distale uiteinde van de schuimstofovertrek met Otto Bock contactlijm 636N9 of kunst-
stoflijm 636W17 vast aan de aansluitkap.
6. Laat de lijm drogen (ca. 10 minuten) en frees met een slijp- en freesmachine precies op maat
een uitsparing in de distale schuimstofovertrek voor het bovenstuk van de adapter. De uitspa-
ring voor de adapter moet zo groot zijn, dat een goede werking gewaarborgd is en er bij het
lopen geen geluid te horen is.
7. De montage en cosmetische afwerking van de schuimstofovertrek vinden zoals gebruikelijk
plaats bij gemonteerde voet. Houd hierbij rekening met een eventuele samendrukken van het
schuim door overtrekkousen of SuperSkin.
4.6.1 Cosmetische afwerking van de prothese
De Triton Harmony® 1C62 wordt geleverd met twee verschillende uitstootventielaansluitingen:
• een kort slangdeel met geïnstalleerde demper en een verbindingselement met dubbele weerhaak
dat aan het uitstootventiel is voorgemonteerd;
• een lang slangdeel met een uitstootflens.
Wanneer het gewenst is dat er een cosmetische overtrek over de prothese wordt aangebracht,
gebruik dan een overtrek met een centrale opening van 34 mm.
LET OP
Functieverlies bij onjuiste montage van de cosmetische overtrek. Bij gebruik van een schu-
imstofovertrek 6R8 is het van belang dat de overtrek niet in de lengterichting wordt gecompri-
meerd, omdat dit tot gevolg kan hebben dat de Harmony® pomp niet goed werkt.
Nadat de schuimstofovertrek op zijn plaats is gebracht, moet de positie van de uitstootflens wor-
den bepaald en moet er een gat van 6 mm worden geboord of uitgesneden. Otto Bock adviseert
de afzuigflens mediaal op de enkel te plaatsen, iets boven de bovenkant van de schoen van de
patiënt. Steek vervolgens de slang (afb. 12, pos. 2) en de flens (afb. 12, pos. 3) in het gat in de
cosmetische overtrek en bevestig de slang aan het verbindingselement met dubbele weerhaak
(afb. 12, pos. 1). Let hierbij op dat de slang niet knikt en niet wordt samengedrukt. De flens kan
eventueel worden vastgelijmd: bestrijk het flensoppervlak hiervoor met een dun laagje lijm en
druk de flens vervolgens aan. Wanneer de flens vastzit, kan het overtollige gedeelte van de slang
worden afgesneden of eenvoudigweg zover in de cosmetische overtrek worden geduwd, dat het
uiteinde van de slang vlak aansluit op de flens.
97

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents