2 - INSTALLATIE VAN DE EENHEID
Verwarming condenswateropvangbak (accessoire)
Wanneer een basispaneel en condensafvoerverwarming als accessoire zijn geïnstalleerd, moet de kabel in de verticale kabelgoot en door
de daarvoor bestemde kabeldoorvoer worden geleid, zoals hieronder wordt getoond.
Raadpleeg het elektriciteitsschema voor bedradingsinformatie.
2.4.4 - Aanbevolen elektrische bescherming klantinstallatie
De elektrische bescherming is de verantwoordelijkheid van de installateur en is afhankelijk van de specifieke kenmerken van een project
en de plaatselijke voorschriften. Het onderstaande is slechts bedoeld als richtlijn. De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade
die hieruit zou kunnen voortvloeien.
NXHP
Schakelaar:
Type
Stroomsterkte
A
Zekeringen:
Type
Stroomsterkte
A
Opmerkingen over elektrische gegevens en bedrijfscondities:
• NXHP machines hebben één enkele voedingsaansluiting die zich direct
stroomopwaarts van de externe voedingaansluitpunten bevindt.
• De schakelkast heeft de volgende standaardkenmerken:
- Frequentieregelaar voor compressor, ventilatoren en pomp.
- De regelapparatuur.
• Aansluitingen op het werk:
Alle elektrische aansluitingen op het systeem en de elektrische montage moeten
voldoen aan de van toepassing zijnde voorschriften.
OPMERKINGEN:
• De gebruiksomgeving voor de NXHP machines wordt hieronder opgegeven:
1. Fysieke omgeving
(2)
. De indeling van de omgeving is gespecificeerd in:
- buiteninstallatie: beschermingsniveau IP44
- bereik van bedrijfstemperatuur: -20°C tot +46°C
- bereik van opslagtemperatuur: -20°C tot +60°C
- hoogte: ≤ 2000 m (zie opmerking voor tabel 1.5.4 - Elektrische gegevens,
hydromodule)
- aanwezigheid van hardmetaal: klasse AE3 (geen stof van betekenis aanwezig)
- aanwezigheid van corrosieve en verontreinigende stoffen, klasse AF1
(verwaarloosbaar)
2.5 - Regeling waterdebiet
2.5.1 - Waterlekkage
Controleer of de waterzijdige aansluitingen schoon zijn en geen
tekenen van lekkage vertonen.
2.5.2 - Minimum waterdebiet
Als het debiet van de installatie onder het minimum debiet is,
dan bestaat het risico van overmatige slibvorming.
2.5.3 - Maximum waterdebiet
Dit wordt begrensd door het toegestane drukverlies in de
waterwarmtewisselaar.
2.5.4 - Debiet waterwarmtewisselaar
Gegevens van toepassing op:
272
Basispaneelverwarming (kabelgeleiding)
004
006
008
(1Ph)
(1Ph)
(1Ph)
C
C
16
20
25
gG
gG
gG
20
25
32
(2)
010
012
(1Ph)
(1Ph)
C
C
C
32
32
gG
gG
40
40
2. Frequentieafwijking elektrische voeding: ± 2 %.
3. De nuldraad (N) moet altijd aangesloten zijn op het apparaat.
4. De unit is niet voorzien van een beveiliging tegen overstroom van de
voedingskabels.
5. De machines zijn ontworpen voor een vereenvoudigde verbinding op
TT-netwerken.
Let op: wanneer bepaalde aspecten van een installatie niet overeenkomen
met bovenstaande voorwaarden, of als er andere voorwaarden in overweging
moeten worden genomen, moet u altijd contact opnemen met uw lokale
vertegenwoordiger.
(1) De afwezigheid van een hoofdschakelaar op standaardmachines is een
uitzondering waarmee rekening moet worden gehouden op het externe
installatieniveau.
(2) Het benodigde beschermingsniveau voor deze klasse is IP43BW. Alle NXHP
machines voldoen aan deze beschermingseisen:
- Gesloten schakelkast is IP44
- Bij de toegang van het bedieningspaneel is het niveau IPxxB
■ Vers water 20°C
■ Bij gebruik van glycol is het maximale waterdebiet kleiner.
NXHP machines met hydromodule
Minimum
waterdebiet
m
004
0,25
006
0,42
008
0,42
010
0,42
012
0,60
014
0,60
(1) Eurovent verwarmingsomstandigheden
014
012
(1Ph)
(3Ph)
C
C
32
20
gG
gG
40
25
Nominaal
waterdebiet
(1)
3
/u
m
3
/u
0,7
1,0
1,3
1,7
2,0
2,2
014
(3Ph)
C
20
gG
25
Maximum
waterdebiet
m
3
/u
2,7
4,3
4,3
4,3
5,0
5,0