Grundfos SRP Installation And Operating Instructions Manual page 186

2 10 4
A1 A2
Netz
Netz 230V 40-60Hz P3VA
Rel. Ue 400V le 2.5A AC15
a
5 7
Afb. 15 Het relais bijstellen
2 10 4 1
A1 A2
Netz
arnold ag
A Grundfos Company
Lecksonden Relais
Netz 230V 50-60Hz P3VA
II (2)G [EEx ib] IIC
nur für den Anschluss von Arnold AG
Lecksonden Typ AL05 Ex
Schaltpunkt
ALR 20/A Ex
SEV 05 ATEX 0131
Sonde
5 7
Sensor
Afb. 16 ALR 20 relaisaansluitingen
Controleer de leksensor niet met een ohmmeter
N.B.
of andere meetinstrumenten. De leksensor is een
elektronisch component.
7.3 Overbelastingsrelais
De motor moet tegen overbelasting worden beschermd via een
thermisch vertragingsrelais in overeenstemming met lokale regel-
geving. Het relais moet worden ingesteld op de nominale stroom-
sterkte die vermeld staat op het typeplaatje.
In het geval van 'ster-driehoek' inschakeling dient de instelbare
waarde I x 0,58 te zijn.
N
In alle zes netdraden (U1, V1, W1 en U2, V2, W2) dienen elektro-
thermische stuurimpulsen over alle polen opgenomen te zijn.
7.4 Inschakelmethode
Continu bedrijf
Wij raden 'ster-driehoek' inschakelen, soft starter of frequentie-
omvormer aan voor het gehele vermogensbereik.
Bedrijf met tussenpozen.
Inschakelen via soft starter of frequentie-omvormer is verplicht in
de gehele vermogenserie.
186
1 3
Rel.
b
ALR 20/A
3
Rel.
CH - 6105 Schachen
Storung
1258
7.5 Bedradingschema's
U1 V1 W1 W2 U2
Afb. 17 Drie thermische schakelaars (PTO)
Aansluit-
Beschrijving
klemmen
Uiteinden van de drie statorwikkelingen
1, 2, 3, 4, 5, 6
(U1, U2, V1, V2, W1, W2)
11, 12 Thermische schakelaars (F6)
21, 22 Leksensor in tandwielkast (B)
U1 V1 W1 W2 U2
Afb. 18 Drie PTC sensoren
Aansluit-
Beschrijving
klemmen
Uiteinden van de drie statorwikkelingen
1, 2, 3, 4, 5, 6
(U1, U2, V1, V2, W1, W2)
PTC sensoren (overeenkomstig DIN 44 081)
31, 32
(ϑ1, ϑ2, ϑ3)
21, 22 Leksensor in tandwielkast (B)
7.6 Draairichting
Nadat de elektrische aansluitingen zijn uitgevoerd, controleer dan
dat de waaier in de juiste richting draait. Vanaf de motor gezien,
moet de waaier met de klok mee draaien. Een pijl op het motor-
huis geeft de juiste draairichting aan.
Als de waaier in de verkeerde richting draait, verwissel dan twee
fasen van de netvoeding (L1, L2, L3).
V2 PTO LS PE
B
V2 PTC LS PE