Otto Bock 8E38 Patient Information page 35

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 8
1.4 Accu's
Gebruik voor uw systeem-elektrohand alleen volledig geladen Ottobock accu's.
Een intelligent accumanagement informeert u over het afnemen van de acculading, doordat de hand steeds
langzamer wordt resp. minder grijpkracht opbouwt.
Aanbevolen wordt voor de systeem-elektrohand een EnergyPack 757B20, 757B21 of de MyoEnergy Integral
757B35=* te gebruiken, omdat de hand daarmee gedurende langere tijd zijn volle prestatievermogen behoudt.
Daarnaast kan voor de hand ook het X-ChangePack 757B15 worden gebruikt. Het prestatievermogen is dan
wel enigszins beperkt.
Gedetailleerde aanwijzingen voor het gebruik van de accu zijn te vinden in de met de accu meegeleverde
gebruiksaanwijzing. De accu's mogen uitsluitend worden geladen met de, in de gebruiksaanwijzing vermelde,
Ottobock acculaders.
Let op!
Wanneer de DMC plus of de Digital Twin elektronic abesturing een vol EnergyPack 757B20/757B21 of
een volle MyoEnergy Integral 757B35=* identificeert, schakelt deze automatisch over op de Li-ion-accu-
technologie. Daarna mogen er voor het systeem alleen nog accu's worden gebruikt die zijn gebaseerd op
deze technologie. Als er toch weer een X-ChangePack 757B15 wordt gebruikt, kan de capaciteit daarvan
niet meer volledig worden benut. Met de Ottobock MyoSelect 757T13 kan weer worden overgeschakeld
naar het gebruik van een X-ChangePack of een verwisselbare accu.
Met het oog op de bedrijfszekerheid en betrouwbaarheid mogen er uitsluitend accu's 757B20, 757B21,
757B15 en 757B35=* worden gebruikt.
Bij aflevering is de systeem-elektrohand ingesteld op het gebruik van NiMH-accu's.
2 Onderhoud
Wanneer de systeem-elektrohand niet wordt gebruikt, moet deze ter bescherming van de sensoren en het
mechanisme in geopende toestand worden bewaard.
Hoe u de prothesehandschoen moet onderhouden, wordt beschreven in de met de handschoen meegeleverde
documentatie. Voor nadere informatie kunt u terecht bij uw orthopedisch instrumentmaker.
3 Aanvullende informatie voor patiënten met een systeem-elektrohand met Dynamic Mode
Control plus*
Met een functiestekker voor de systeem-elektrohand met DMC plus-besturing kunnen er door de orthopedisch
instrumentmaker twee verschillende operationele modi worden ingesteld.
3.1 Operationele modus DMC-besturing: de functiestekker is aangesloten.
De grijpsnelheid en de grijpkracht worden bepaald door de hoogte van het spiersignaal. Als de sterkte van het
spiersignaal verandert, worden de grijpsnelheid en de grijpkracht onmiddellijk en proportioneel aangepast aan
het gewijzigde spiersignaal. Daardoor verloopt de grijpbeweging veel meer in overeenstemming met de fysiologie
en kunnen breekbare voorwerpen zonder enig probleem voorzichtig worden vastgepakt.
3.2 Operationele modus DMC plus-besturing: de functiestekker is niet aangesloten.
De grijpsnelheid en de grijpkracht worden bepaald door de hoogte van het spiersignaal. Als de sterkte van het
spiersignaal verandert, worden de grijpsnelheid en de grijpkracht onmiddellijk en proportioneel aangepast aan
het gewijzigde spiersignaal. Na een grijpbeweging met maximale grijpkracht wordt de inschakeldrempelwaarde
in de open-richting verhoogd. Hierdoor is het risico kleiner dat de hand wordt geopend met spiersignalen die
niet bewust zijn gegenereerd. De zekerheid van de grijpbeweging – bijv. bij het eten – wordt daardoor groter.
* Dynamic Mode Control plus is een proportionele besturing met microcontroller-technologie.
Ottobock | 35

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

8e398e418e44

Table of Contents