Snapper NX100 Operator's Manual page 137

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
WAARSCHUWING
Gevaar van giftig gas
Motoruitlaatgassen bevatten koolmonoxide, een giftig gas
dat u binnen enkele minuten kan doden. U kunt het NIET
zien, ruiken of proeven. Ook al ruikt u de uitlaatgassen
niet, u kunt toch zijn blootgesteld aan koolmonoxide. Als u
zich tijdens het gebruik van dit product misselijk, duizelig
of zwak begint te voelen , schakel het dan uit, stap er af en
ga METEEN de frisse lucht in. Raadpleeg een arts. Het kan
zijn dat u koolmonoxidevergiftiging heeft.
• Gebruik dit product ALLEEN buiten en ver weg van
ramen, deuren en ventilatieopeningen om te voorkomen
dat koolmonoxidegas zich kan verzamelen en in deze
bewoonde ruimten terecht kan komen.
• Plaats kool monoxidemelders op batterijen of melders
op netvoeding met reservebatterij volgens de instructies
van de fabrikant. Rookmelders kunnen geen kool
monoxide detecteren.
• Gebruik dit product NIET in huizen, garages, kelders,
kruipruimten, schuurtjes of andere gedeeltelijk
afgesloten ruimten, ook niet met gebruik van
ventilatoren of met geopende deuren en of ramen
als ventilatie. In deze ruimten kan snel koolmonoxide
worden gevormd en dit kan uren blijven hangen, zelfs
als het product al is uitgeschakeld.
• Plaats dit product ALTIJD met de wind mee en richt de
motoruitlaat altijd van gebruikte ruimtes weg.
Bescherming van kinderen
Er kunnen zich tragische ongevallen voordoen als de
gebruiker onvoldoende aandacht heeft voor de aanwezigheid
van kinderen. Kinderen worden vaak aangetrokken door de
machine en het maaien. Ga er nooit vanuit dat kinderen op de
plaats blijven staan waar u ze het laatst zag.
1. HOUD kinderen uit de buurt van het maaiterrein en laat
een andere verantwoordelijke volwassene goed op ze
passen.
2. Geef kinderen GEEN toestemming om zich in de tuin op
te houden als de machine is ingeschakeld en schakel de
machine UIT als iemand het maaigebied betreedt.
3. Laat GEEN kinderen jonger dan 14 jaar de machine
bedienen.
4. LAAT alleen verantwoordelijke volwassenen en tieners
met een goed beoordelingsvermogen onder toezicht van
een volwassene de machine bedienen.
5. Trek de maaier NIET achterwaarts tenzij dit absoluut
noodzakelijk is. KIJK naar achteren en naar onderen of er
geen kinderen, huisdieren en andere gevaren aanwezig
zijn vóór en tijdens het achteruit rijden.
6. WEES EXTRA VOORZICHTIG bij het naderen van blinde
hoeken, struiken, bomen of andere voorwerpen die het
zicht kunnen beperken.
Gebruik op hellingen
1. Hellingen vormen een belangrijk gevaar vanwege de
kans op uitglijden en vallen waardoor ernstig letsel kan
ontstaan. Op elke helling moet u extra voorzichtig zijn. Als
u zich op een helling niet op uw gemak voelt, maai daar
dan NIET.
2. Maai hellingen horizontaal, nooit op en neer. Wees
uiterst VOORZICHTIG bij het veranderen van richting
op hellingen. Maai GEEN steile hellingen of andere
plaatsen waar u aan de stabiliteit of tractie twijfelt. Zie de
Hellinggids.
3. Wees extra voorzichtig met grasopvangzakken of andere
hulpstukken; deze kunnen het gedrag en de stabiliteit van
de machine nadelig beïnvloeden.
Voorbereiding
1. U dient de instructies en de waarschuwingen in deze
handleiding en op de maaier, de motor en de hulpstukken
te lezen, te begrijpen en op te volgen. Zorg dat u de
bedieningselementen en het correct gebruik van de
maaier kent voordat u de machine start.
2. Enkel volwassen personen met
verantwoordelijkheidsgevoel mogen de machine
bedienen en enkel nadat ze correct geïnstrueerd zijn.
3. Uit gegevens blijkt dat gebruikers vanaf de leeftijd van
60 jaar betrokken zijn bij een groot percentage van
ongevallen met maaiers die letsel tot gevolg hebben.
Gebruikers in die leeftijdcategorie moeten beoordelen of
zij in staat zijn de maaier veilig genoeg te gebruiken om
zichzelf en anderen te behoeden voor ernstig letsel.
4. Ga extra voorzichtig om met brandstof. Brandstof is
ontbrandbaar en de dampen zijn ontplofbaar. Gebruik
uitsluitend een goedgekeurde brandstoftank. U mag
de brandstofdop NIET verwijderen en GEEN brandstof
bijvullen wanneer de motor loopt. U mag uitsluitend in
de buitenlucht brandstof bijvullen met uitgeschakelde en
afgekoelde motor. Veeg gemorste brandstof en olie van
de machine. NIET roken.
5. Controleer het te maaien gebied en verwijder alle
voorwerpen zoals speelgoed, draden, stenen, takken en
andere voorwerpen die verwondingen zouden kunnen
veroorzaken wanneer ze door het maaiblad worden
weggeslingerd of het maaien zouden kunnen hinderen.
Let ook op gaten, stronken en andere mogelijke gevaren.
6. Houd personen en huisdieren weg uit de buurt van
het maaigebied. Als iemand het maaigebied betreedt,
moet u het maaiblad onmiddellijk STOPPEN, de motor
uitschakelen en de machine stoppen.
7. Controleer regelmatig of schermen, deflectoren,
schakelaars, bedieningselementen voor het maaiblad
en andere veiligheidsvoorzieningen goed werken en zijn
aangebracht.
8. Zorg dat alle veiligheidsstickers duidelijk leesbaar zijn.
Vervang ze indien ze beschadigd zijn.
9. Bescherm uzelf tijdens het maaien en draag een
veiligheidsbril, een lange broek en stevige schoenen.
Maai NIET op blote voeten of met sandalen.
10. Zorg dat u weet hoe u het maaiblad en de motor snel
kunt STOPPEN zodat u voorbereid bent op mogelijke
noodgevallen.
137

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents