Table of Contents
Advertisement
Available languages
Available languages
AFBEELDINGEN
1.
Dekselhandvat
2.
Deksel
3.
Handvat
4.
Mand
5.
Rusthaak van de mand
6.
'Power' lampje
VOORBEREIDING
1.
Zet het apparaat op een stabiele, vlakke, hittebestendige ondergrond.
2.
Laat tenminste 50mm ruimte vrij rondom het toestel.
3.
Plaats het apparaat zodat het handvat van het mandje niet over de rand van de werkoppervlakte
uitsteekt, waar het een ongeluk kan veroorzaken als iemand er voorbij loopt.
4.
Ontvouw het handvat van het mandje en duw het omhoog over de klink boven het scharnier.
5.
Plaats keukenpapier in een vergiet om de etenswaren te laten afdruppen na de bereiding.
MONTAGE
1.
Zet de kom in de frituurpan.
2.
Plaats de groeven op de bedieningseenheid op de geleiders achter op de behuizing (AFB. A), en
schuif de bedieningseenheid op zijn plaats (AFB. B). Indien de bedieningseenheid niet correct
geplaatst is, verhindert een veiligheidsschakelaar op de eenheid het functioneren van de
frituurpan.
3.
Zet de mand in de kom.
4.
Duw de handgreep van de mand naar voren en kantel hem in de mand.
5.
Plaats het deksel.
VULLEN
1.
Vul de kom met olie van goede kwaliteit tussen de MIN (2,7 liter) en MAX (3,2 liter) markering aan de
zijkanten van de kom.
2.
Gebruik geen vaste olie, vet, boter of margarine.
3.
Meng geen oliën van verschillende types want deze hebben verschillende
temperatuureigenschappen.
4.
Plaats het deksel terug.
VOEDSELBEREIDING
1.
Snijd etenswaren in gelijke stukjes.
2.
Paneer natte etenswaren (bijv. vis, ananas) met bloem, broodkruimels, beslag, etc.
3.
Gebruik het apparaat nooit om etenswaren te ontdooien. Alle etenswaren, behalve vooraf- bereide,
snel-diepgevroren etenswaren moeten volledig ontdooid zijn voor u ze in het apparaat plaatst.
4.
Volg voor het grillen van voorverpakte etenswaren de aanwijzingen op de verpakking of het etiket.
5.
Als u rauwe groenten (bijv. chips of sneetjes aardappel) bereidt, moet u de stukjes afdrogen met
keukenpapier of een handdoek.
UW FRITUURPAN GEBRUIKEN
1.
Stel de temperatuurregeling in op de benodigde temperatuur (130-190°C).
2.
Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Het "power" lampje blijft branden zolang het apparaat is aangesloten op het elektriciteitsnet.
4.
Het thermostaatlampje zal oplichten, en vervolgens aan- en uitgaan terwijl de thermostaat de
temperatuur in stand houdt.
7.
Thermostaatlampje
8.
Temperatuurregelaar
9.
Reset knop
10. Groeven
11.
Verwarming/controle
element
24
12.
Element
13.
Kom
14. Hoofdeenheid
15.
Draaghandvat
16. Geleiders
Advertisement
Table of Contents
