Otto Bock 13E205 Instructions For Use Manual page 79

Let op!
De patiënt moet tijdens de instelling van de elektroden pauzes nemen, omdat spier-
vermoeidheid anders voor onregelmatige resultaten zorgt en de therapeut als gevolg
daarvan de neiging heeft de elektroden te gevoelig in te stellen.
Signaalbronnen
•
•
•
• •
Opmerking: ON, LOW en HIGH komen overeen met de schaalverdeling van: 757M11 MyoBoy,
MyoSoft / PAULA (afb. 4, 5 en 6).
¹ Het signaal dient 2 seconden boven de betreffende drempel te kunnen worden gehouden.
² niet geschikt voor de proportionele aansturing van een elektrische polsdraaier.
5.1 Instellen van de programma's van de MyoRotronic
Voor de MyoRotronic zijn er meerdere varianten voor de omschakeling van de elektrodensigna-
len tussen de elektrische systeemhand/elektrisch systeemgrijper en de elektrische polsdraaier.
De programma's worden met de MyoSelect 757T13 ingesteld. Bij aflevering is de MyoRotronic
vooraf op programma 1 ingesteld.
5.1.1KeuzevaneenprogrammametMyoSelect757T13
Sluit de MyoSelect 757T13 aan op de elektrische polsdraaier met aangesloten MyoRotronic en
kies het gewenste programma. Lees daarvoor de handleiding 647G131 van de 757T13 MyoSelect.
Opmerking:
Verwijder de accu uit de prothese voordat u de MyoSelect aansluit!
5.1.2Keuzevandigitaleenproportioneleaansturingvandeelektrischepolsdraaier
Met MyoSelect kunt u voor programma 1, 2, 3 en 5 tussen digitale en proportionele aansturing
kiezen. Dit wordt met behulp van de MyoSelect ingesteld, waarbij de huidige aansturing op de
display wordt weergegeven.
13E205
Myosignaalsterkte¹
Pronatie
•
•
•
•
• •
Supinatie
• • •
• • •
• • •
•
• • •
Programma
Vierkanaalsaansturing
Cocontractie
Veiligheids-
cocontractie
Schakelaar
Aansturing met één
elektrode
Nr.
1
2
3
4
5
Ottobock | 79