Otto Bock Dyna Ankle 50S1 Instructions For Use Manual page 24

Hide thumbs Also See for Dyna Ankle 50S1:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 6
De klittenband ter hoogte van de voorvoet op dezelfde wijze vastmaken.
De elastische band aanspannen en vasthaken (afb. 2).
Let op!
Na vrijgave voor belasting kan de orthese in de schoen worden gedragen. Bij gebruik
van de orthese zonder schoen bestaat er - in het bijzonder op een gladde ondergrond
- gevaar om uit te glijden. Met de orthese wordt een strook noppenrubber met antislip-
functie meegeleverd, dat desgewenst aan de orthese bevestigd kan worden.
Aanpassingen door de instrumentmaker
De spuitgegoten schaal uit polypropyleen kan t.b.v. kleine correcties thermoplastisch vervormd
worden. (Hierbij mag men niet boven de 90 °C verwarmen). Wanneer er geslepen wordt aan de
orthese dienen de randen zorgvuldig te worden nabewerkt; dit om haarscheuren te vermijden.
De bijgeleverde klittenbanden zijn ruim bemeten en dienen bij het aanleggen op de juiste lengte
te worden geknipt.
Wanneer er drukplekken zijn ter hoogte van de enkel of scheenbeen, kunnen bijgeleverde pols-
teringen aan de klittenbanden worden vastgemaakt (afb. 3 en 4).
Ter bescherming tegen uitglijden kan desgewenst het meegeleverde noppenrubber onder het
achterste gedeelte van de zool van de orthese worden geplakt. Reinig hiervoor het gedeelte van
de orthese waarop het noppenrubber wordt bevestigd, ruw dit op met fijn schuurpapier en plak
het noppenrubber er met de meegeleverde dubbelzijdige tape op.
Om de goede werking van deze orthese te kunnen garanderen, moet de orthese steeds vast
genoeg aangelegd zijn. Naast een juist gebruik en regelmatige controle waarbij de orthese kan
worden bijgesteld, speelt de acceptatie van de orthese en de medewerking van de patiënt een
belangrijke rol. Volg te allen tijde de instructies van de arts wat betreft leefregels.
De orthese is waterbestendig zodat een normale lichaamshygiëne niet beperkt hoeft te worden;
douchen met aangelegde orthese is geen probleem.
Het is van belang om uw patiënt goed te instrueren en hem het belang van de dynamische functies
duidelijk te maken. Er is een informatiebrochure voor patiënten beschikbaar (646D36).
6 Nevenwerkingen
Pas op!
Alle hulpmiddelen – bandages en orthesen – die buiten op het lichaam worden aange-
legd - kunnen, wanneer ze te strak aan zijn gelegd, locale drukverschijnselen veroorzaken
of ook, in zeldzame gevallen, de locale bloedvaten of zenuwen afknellen.
7 Contraïndicaties
Bij patiënten met een diepe veneuze trombose in hun anamnese moet overleg worden gepleegd
met de behandelend arts. Omdat de orthese de kuitspierpomp uitschakelt, kan een medicamen-
teuze tromboseprofylaxe nodig zijn.
Pas op!
Bij de volgende ziektebeelden is het aanleggen en dragen van een dergelijk hulpmiddel
enkel na ruggespraak met de arts aangewezen.
1. Huidziekten/-letsels in het gedeelte van het lichaam dat met de orthese wordt ver-
zorgd, met name bij onstekingsverschijnselen. Maar ook hypertrofische littekens die
gepaard gaan met zwelling, roodheid en warmte moeten worden vermeden.
24 | Ottobock
50S1

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents