Homelite HCS3335A User Manual page 164

Hide thumbs Also See for HCS3335A:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 28
FR
EN
DE
ES
IT
PT
Nederlands(Vertaling van de originele instructies)
hout van de zaag te houden, maakt u altijd eerst
de lagere snede van de inkeping maken vooraleer
u de hogere zaagsnede aanbrengt.
Maak de zaagsnede recht en horizontaal
Q
en minimaal 5 cm (2 in.) boven de horizontale
zaagsnede van de inkeping.
Opmerking: Zaag nooit door tot aan de inkeping.
Laat altijd een strook hout tussen de inkeping en
de zaagsnede (circa 5 cm (2 in) of 1/10 van de
diameter van de boom). Dit wordt het "scharnier"
of "scharnierstuk" genoemd. Hiermee wordt de
val van de boom gecontroleerd en het voorkomt
dat de boom van de stam wegglijdt, verdraait of
achteruitschiet.
Bij bomen met een grote diameter stopt u de
Q
zaagsnede voor ze diep genoeg is om de boom te
laten vallen of op de stomp te laten vallen. Breng
vervolgens zacht houten of kunststof wiggen in de
zaagsnede in zodat ze de ketting niet raken. Sla
de wiggen steeds een klein stukje dieper zodat
hierdoor de boom wordt omgeduwd.
Wanneer de boom begint te vallen, legt u
Q
de kettingzaag stil en neer. Loop terug via het
geruimde pad, maar hou de handeling in het oog
ingeval er iets naar u toe valt.
WAARSCHUWING:
Zaag nooit door tot aan de inkeping tijdens
het maken van een zaagsnede. Het scharnier
controleert de val van de boom. Dit is de strook
hout tussen de inkeping en de zaagsnede.
HOOFDWORTELS VERWIJDEREN
Zie figuur 27
Een hoofdwortel is een grote wortel die vanuit de
boomstam boven de grond groeit. Verwijder grote
hoofdwortels voor het vellen. Maak eerst een horizontale
zaagsnede in de hoofdwortel, gevolgd door een verticale
zaagsnede. Verwijder het losgezaagde stuk van de
werkplek. Volg de j u i s t e boomvelprocedure, zoals
beschreven in Juiste procedure voor bomen vellen,
nadat u de grote hoofdwortels hebt verwijderd.
KORTZAGEN
Zie figuur 28
Kortzagen is de term die wordt gebruikt voor het in stukken
zagen van een gevelde boom op de gewenste lengte.
Zaag slechts een stam per keer.
Q
Ondersteun kortere lengten op een zaagbok of een
Q
andere stam tijdens het kortzagen.
Hou het zaaggebied vrij. Zorg ervoor dat er tijdens
Q
het zagen geen voorwerpen met de zaagbladneus
en ketting in contact kunnen komen omdat dit voor
terugslag kan zorgen. Wij verwijzen naar Terugslag
in het gedeelte "Specifieke veiligheidsvoorschriften"
in deze gebruiksaanwijzing voor meer informatie.
Tijdens kortzaagwerkzaamheden op hellingen dient
Q
960390004-05.indd Sec1:161
960390004-05.indd Sec1:161
NL
SV
DA NO
FI
HU CS RU
Q
KORTZAGEN MET EEN WIG
Zie figuur 29.
Als de stamdiameter groot genoeg is om een zachte
zaagwig in te brengen zonder de ketting aan te raken,
dient u de wig te gebruiken om de zaagsnede open te
houden en afknellen te voorkomen.
BOOMSTAMMEN ONDER SPANNING KORTZAGEN
Zie figuur 30.
Maak de eerste zaagsnede 1/3 door de stam en eindig
door de stam van de andere kant 2/3 door te zagen.
Terwijl u de stam zaagt, zal deze de neiging hebben om
door te buigen. Hierdoor kan de zaag worden afgekneld
of vast komen te zitten in het hout als u de eerste
zaagsnede dieper maakt dan 1/3 van de stamdiameter.
Besteed bijzondere aandacht aan stammen onder
spanning om te voorkomen dat zaagblad en ketting
worden afgekneld.
KORTZAGEN VAN BOVENAF
Zie figuur 31.
Begin aan de bovenkant van de stam met de onderkant
van de zaag tegen de stam; oefen een lichte, neerwaartse
druk uit. Hou er rekening mee dat de zaag de neiging zal
hebben om van u weg te trekken.
KORTZAGEN VAN ONDERAF
Zie figuur 32.
Begin aan de onderkant van de stam met de bovenkant
van de zaag tegen de stam; oefen een lichte opwaartse
druk uit. Tijdens het kortzagen van onderaf, zal de zaag
de neiging hebben u terug te duwen. Wees voorbereid
op deze reactie en hou de zaag stevig vast om de
controle te behouden.
TRIMMEN VAN TAKKEN EN SNOEIEN
Zie figuren 33-34
Q
Q
Q
Q
161
RO PL
SL
HR ET
u heuvelopwaarts te staan, zodat het gezaagde
stuk van de stam niet over u kan heen rollen.
Soms is het onmogelijk om afknellen (met enkel de
standaard zaagtechnieken) te voorkomen of is het
moeilijk om te voorspellen op welke wijze een stam
zich tijdens het zagen zal gedragen.
Werk langzaam, hou de zaag met beide handen
stevig vast. Zorg voor een veilige stand en een
goed evenwicht.
Zorg dat tijdens het inkorten de boom zich tussen u
en de ketting bevindt.
Zaag niet vanop een ladder. Dit is extreem
gevaarlijk. Laat dit soort werkzaamheden over aan
een vakman.
Zaag niet boven borsthoogte omdat een hoog
gehouden zaag moeilijker onder controle te houden
is bij terugslag.
LT
LV
SK BG
22/02/2010 4:06 PM
22/02/2010 4:06 PM

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents