Craftsman 27747 Instruction Manual page 13

Table of Contents

Advertisement

1. Veiligheidsregels
A
Veilige bedieningsmethoden
voor zittrekkers
BELANGRIJK:
DEZE MAAIMACHINE
KAN HANDEN EN VOETEN AMPUTEREN
EN VOORWERPEN WEGSLINGEREN.
HEr NIET
OPVOLGEN VAN DEZE VEIUGHEIDSINSTRUCTIES
KAN ERNSTIG OF DODELIJK LETSEL TOT GEVOLG HEBBEN.
@
I. TRAINING
Lees de instructies aandachtig. Zorg dat u vertrouwd bent
met de bedieningselementen en het juiste gebruik van
de machine.
Laat kinderen of mensen die niet bekend zijn met de in-
structies, de maaimachine niet gebruiken. Het is mogelijk
dat plaatselijke voorschriften een beperking stellen aan
de leeftijd van de bestuurder.
Maai nooit tePNijlmensen, vooral kinderen, of huisdieran
in de buurt zijn.
Bedenk dat de bestuurder of gebruiker verantwoordelijk
is voor ongelukken of risico s die andere mensen of hun
eigendommen kunnen overkomen.
Geen pasaagiers vervoeren.
Alle bestuurders dienen vakkundige instructieste ontvan-
gen. Bij dergelijke instructies dient de nadruk te worden
gelegd op:
- de noodzaak voor aandacht en concentratie bij het
werken met zittrekkers;
- een zittrekker die op een helling wegglijdt, kan niet
onder controle worden gehouden door te remmen.
De hoofdredenen voor besturingsverlies zijn:
a) onvoldoende houvast;
b) te snel rijden;
c) ontoereikend remmen;
d) het soort machine is niet geschikt voor de taak;
e) geb rek aan kennis van het effect van bodemcondities,
vooral hellingen;
f) verkeerd vastkoppelen en verkeerde verdeling van
de lading.
II. VOORBEREIDING
Draag tijdens her maaien alti d stevige schoenen en een
lange broek. Gebruik de machine niet blootsvoets of terw I
u open sandalen draagt.
Inspecteer de plek wear de machine zal worden gebruikt,
gkrondig en veP_vijder a lle voorwerpen die door de machine
unnen worden weggeslingerd.
WAARSCHUWING
- Benzine is licht ontvlambaar.
-
Bewaar brandstof in blikken die speciaal voor dat doel
zijn bestemd.
- Tank arleen buiten en rook niet tijdens het tanken.
-
Tank voordat u de motor start Draai de dop nooit van
de benzinetank af of tank nooit terwijl de motor draait
of heet is.
- AIs benzine is gemorst, probeer de motor dan niet te
starten maar heal de machine van de plaats vandaan
waar u benzine heeft gemorst en zorgdat u geen ont-
stekingsbronteweeg brengt totdat debenzinedampen
zijn verdreven.
- Draai de dop van alle brandstoffanks
en -blikken weer
goed vast.
Vervang defecte geluiddempers.
Inspecteer v6br het gebruik alti d of de messen, mes-
bouten en maai-inrichting
niet versleten of beschadigd
zijn.Vervang versleten of beschadigde messen en bouten
in sets om het evenwicht in stand te houden.
Op machines met meerdere messen dient u eraan te
denken dat het draaien van edn mes andere messen ken
doen draaien.
III. BEDIENING
Laat de motor niet draaien Jneen besloten ruimte waar
gevaarfijke koolmonoxydedampen zich kunnen verza-
melen.
Maai arleen bij daglicht of goed kunstlicht.
Voordat u de motor gaat starten, moet u alle meshulp-
stukkoppetingen uitschakelen en near de vrijloop schake-
len.
Gebruik de trekker niet op hellingen van meer dan 5°.
Denkeraan dater geen"veilige" hellingen bestaan. Bijhet
rijden o_ohellingen met gras dient men extra voorzichtig
te zijn. 2:o zorgt u ervoor dat de trekker niet omstaat:
° stop en start niet plotseling bij het op- of afrijden van
een helling.
-
schakel de koppeling langzaam in, houd de machine
altijd in de versnelling, vooral bij het afrijden van een
heuvel;
- de snelheid van de machine dient op hellingen en in
scherpe bochten laag te worden gehouden;
-
kijk uit voor bulten en kuilen en andere verborgen
gevaren;
-maai
nooit dwars op de helling tenzij de maaier voor
dit doel is ontworpen.
Wees voorzichtig
bij het trekken van ladingen of het
gebruik van zwaar materieeL
- Gebruik arleen goedgekeurde
aanhaakpunten
voor
een trekstang.
-
Beperk de lading tot hetgeen u veilig kunt hanteren.
-
Maak geen scherpe bochten. Wees voorzichtig
bij
achteruit rijden.
- Gebruikcontragewicht(en)
of wielgewichten wanneer
dat in de handleiding wordt aangeraden.
Ki k uit voor het verkeer wanneer u de weg oversteekt of
z ch nab een weg bev ndt.
Stop de messen voordat u andere oppervlakken dan gras
oversteekt.
Voer bij het gebruik van hulpstukken het materiaal nooit
af in de richting van omstanders en laat niemand in de
buurt van de machine komen terwijl deze in bedrijf is.
Gebruik de maaimachine
nooit met defecte bescherm-
kappen en schermen of zonder beveiligingsinrichtingen
op hun plaats.
Verander de instelling van de motorregelaar niet en laat
de motor niet met te hoge toeran draaien. AIs de motor
met te hoog toerental draait, kan het risicovan lichamelijk
letsel groter worden.
Voordat u de bestuurdersstoel verlaat:
- de aftakas uitschakelen en de hulpstukken neerla-
ten;
.
naar de vrijloop schakelen en de parkeerrem inschake-
len;
- de motor stoppen en de sleutel verwijderen.
Schakel de aandri ving naar de hulpstukken uit, stop de
motor en maak de boug ekabel(s)
os of verw der het
contactsleuteltje,
- voordat u opgehoopt materiaal weghaalt of een ver-
stopte afvoer leeg maakt;
- voordat u de maaimachine controleert, schoonmaakt
of eraan werkt;
13

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents