Functies En Bedieningselementen - Briggs & Stratton Snapper 2691382-00 Operator's Manual

Functies en bedieningselementen

Vergelijk Afbeelding 1 met de tabel hieronder.
N.B.: De afbeeldingen en illustraties in deze handleiding zijn uit-
sluitend bedoeld als referentie en kunnen afwijken van uw eigen
model. Neem bij vragen contact op met uw dealer.
Ref. Omschrijving
A
Bestuurdersstoel
B Brandstoftank
C
Toerentalregeling - regelt
het toerental van de
motor
D
Afstelhendel maaihoogte
(niet zichtbaar) - stelt
maaihoogte af
E
Contactschakelaar (niet
zichtbaar) - start de
motor
F
Koppelings-/rempedaal
- activeert koppeling en
rem
G
Parkeerremvergrendeling
- verrgendelt de parkeer-
rem
H
Maaibladpedaal - ver-
grendelt de maaibladhen-
del in de ingeschakelde
stand
I Mulchplaat
J
Maaibladhendel - acti-
veert het maaiblad
K Stuurwiel - regelt de rij-
richting van de maaier
Pictogram Defintie picto-
(men) gram
-- --
-- --
Choke aan
(dicht)
Motortoerental
hoog
Motortoerental
laag
Maaihoogte
Motor uit
Motor aan
(draaien)
Motor start
Koppeling
grijpt aan
Rem aan
(geactiveerd)
Parkeerrem
aan (inge-
schakeld)
-- --
-- --
Mes aan (geac-
tiveerd)
Mes uit (gede-
activeerd)
-- --
Ref. Omschrijving
L
Koppelingshendel -
selecteert de versnelling
en de richting
M
Hendel voor het uit-
schakelen van de ach-
teruitvergrendeling (niet
zichtbaar) - staat tijdelijk
toe dat het maaiblad
wordt gebruikt terwijl de
achteruitversnelling is
ingeschakeld.
Gebruik
Vóór het starten
Voer de volgende controles en onderhoudswerkzaamheden altijd
uit voordat u start:
1. Controleer de bandenspanning, laat lucht ontsnappen of vul
bij om de spanning op 15 PSI voor en 12 PSI achter te bren-
gen.
2. Controleer of alle schermen, deflectoren en de afdekplaten
zijn aangebracht en goed vastzitten.
3. Controleer de motorolie en voeg indien nodig iets toe. Zie
"Olie peilen/bijvullen".
4. Stel de stoel af op de meest comfortabele stand. Zie
"Afstellen van de bestuurdersstoel".
5. Controleer de maaibladregeling en verzeker u ervan dat deze
goed werkt. Als de maaibladpedalen worden ingetrapt, kan
de maaibladhendel handmatig van AAN naar UIT worden
gezet om het maaiblad te stoppen.
6. Controleer het mechanisme van de achteruitvergrendeling
Als de maaibladpedalen zijn ingetrapt, mag de schakelhen-
del niet in de achteruitstand bewegen.
7. Reinig de buitenkanten van maaidek en motor van vuil, gras,
olie etc. Zorg dat het luchtinlaatscherm van de motor en de
koelribben altijd schoon zijn.
8. Vul de brandstoftank. Zie "Olie bijvullen".
Aanbevolen motorolie
Voor de beste prestatie raden wij het gebruik van Briggs &
Stratton Warranty Certified oliesoorten aan. Andere hoogwaardige
soorten reinigingsolie zijn acceptabel als zij geschikt zijn voor SF,
SG, SH, SJ of hoger. Gebruik geen speciale additieven.
Pictogram Defintie picto-
(men) gram
Rijsnelheid
vooruit
Neutraal
(geen rijsnel-
heid)
Rijsnelheid
achteruit
-- --
15
nl