Download Print this page

Lowara ESHS ATEX Installation, Operation And Maintenance Manual page 79

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 15
B
Van
160
tot
200
160
C
Tot 132
D
Van
160
tot
200
1.
Plaats de pomp stevig op de ondergrond en zet
de pomp waterpas met behulp van een waterpas
die op de afvoerpoort geplaatst is. De toegestane
afwijking is 0,2 mm/m.
2.
Verwijder de pluggen die de openingen afsluiten.
3.
Richt de pomp en de flenzen van de leidingen
aan beide kanten van de pomp uit. Controleer de
uitlijning van de bouten.
4.
Maak de leidingen met bouten vast aan de pomp.
Forceer de leidingen niet tijdens het vastmaken.
5.
Gebruik zo nodig vulstukken ter compensatie van
de hoogte.
6.
Draai de bouten in de ondergrond gelijkmatig en
stevig aan.
Opmerking:
Als de overdracht van trillingen storend is,
dient u trillingsdempende steunen tussen
de pomp en de fundering te plaatsen.
4.3.2
Checklist leidingen
Controleer of de installatie aan de volgende punten
voldoet:
De aanzuigliftleiding is aangelegd met een
omhoog lopende helling, bij de positieve
aanzuighoofdleiding met een aflopende
helling richting de pomp.
De nominale diameters van de leidingen
zijn minstens gelijk aan de nominale
diameters van de pompaansluitingen.
De leidingen
vastgezet en aangesloten zonder druk of
spanning over te brengen.
LET OP:
Lasranden,
onzuiverheden
beschadigen de pomp.
2–polig
Montage
de grond met
behulp van de
4–polig
pomppootjes.
Onder
pootjes van de
motor
vulstukken
nodig.
2–
en
Montage
4–polig
de grond met
behulp van de
pomppootjes.
2–polig
Montage
de grond met
behulp van de
pomppootjes.
Onder
pootjes van de
motor
vulstukken
nodig.
zijn
dichtbij
de
pomp
aanslag
en
andere
in
de
leidingen
nl - Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
op
Zorg dat de leidingen vrij zijn van
onzuiverheden.
Installeer zo nodig een filter.
de
4.3.3
De stroomvoorziening aansluiten
zijn
1.
Indien het nodig is om de motor te draaien om
de positie van het contactbord te veranderen:
demonteer de elektrische pomp niet maar neem
op
contact
distributeur.
2.
Verwijder de schroeven van de kap van de
contactdoos.
3.
Sluit de stroomkabels aan en installeer ze
op
volgens het toepasselijke bedradingsschema.
Voor de bedradingsschema's zie de installatie-,
gebruiks- en onderhoudshandleiding van de
de
motor.
a)
Sluit de aarddraad (massa) aan. Zorg ervoor
zijn
dat de aarddraad (massa) langer is dan de
fasedraden.
b)
Sluit de fasedraden aan.
4.
Monteer het deksel van de contactdoos.
OPMERKING:
Draai de kabelwartels voorzichtig aan om te
voorkomen dat de kabel kan verschuiven en er
vocht in de contactdoos terecht kan komen.
5.
Als de motor niet uitgerust is
automatische terugstelfunctie van de thermische
beveiliging,
overbelasting in volgens onderstaande lijst.
- Als de motor wordt gebruikt op volledige
belasting, stel dan de waarde in op de
nominale stroomsterkte van de elektrische
pomp (typeplaatje)
- Als de motor wordt gebruikt op gedeeltelijke
belasting, stel dan de waarde in op de
bedrijfsstroomsterkte
met een stroomtang).
- Als de pomp over een star-delta-startsysteem
beschikt, stel het thermische relais dan in op
58% van de nominale stroomsterkte of de
bedrijfssstroom (alleen voor driefasemotoren).
5
In bedrijf stellen, opstarten,
bedienen en uitschakelen
Voorzorgsmaatregelen
WAARSCHUWING:
op
met
Xylem
of
stel
dan
de
beveiliging
(bijvoorbeeld
Zorg
ervoor
afgevoerde vloeistof geen
schade
of
veroorzaakt.
De
motorbeschermers
kunnen
de
onverwacht
starten. Dit kan ernstig
letsel tot gevolg hebben.
Stel de pomp nooit in
werking
wanneer
de
erkende
met een
tegen
gemeten
dat
de
letsel
motor
opnieuw
de
79

Advertisement

loading