Veiligheid - Stihl RMI 522.0 C Instruction Manual

● Hindernissen en fouten in de ligging
van de draad veroorzaken
onderbrekingen. Hindernissen moeten
worden verwijderd en de ligging van de
draad moet eventueel worden
gecorrigeerd.
Kaart van het maaivlak maken:
● Selecteer menuoptie Aanleren
● Het aanleerproces vereist een
onderbroken rit langs de rand.
● Verwijder hindernissen langs de
begrenzingsdraad. Bevestig met OK.
● Als er al een interne kaart is, verschijnt
de vraag of deze moet worden gewist.
● Sluit de klep bij bevestiging met OK. De
robotmaaier rijdt langs de rand. De
interne kaart van het maaivlak wordt op
de achtergrond gemaakt.
Wanneer een kaart van het maaivlak is
gemaakt:
● het aanleerproces wordt automatisch
beëindigd door aandokken van de
robotmaaier.
● De melding Aanleerproces succesvol
verschijnt.
Het direct terugkeren naar het
dockingstation is actief.
330
Bij onderbreking van de rit langs de
rand:
De rit langs de rand wordt
onderbroken wanneer de maaier op
hindernissen botst, maar kan ook
door bedienen van de Stop-toets
handmatig worden onderbroken.
Na een onderbreking moet de
aanleerrit opnieuw vanaf het
dockingstation worden gestart.
● De melding Aanleren stoppen -
Aanleren mislukt verschijnt.
● De vraag of de rit langs de rand moet
worden onderbroken, verschijnt.
Bij Nee: de robotmaaier rijdt zelfstandig
langs de begrenzingsdraad naar het
dockingstation. De aanleerrit moet
opnieuw worden gestart als succesvol
een kaart moet worden gemaakt.
Bij Ja: draag het apparaat handmatig
naar het dockingstation.
● De vraag of het aanleerproces moet
worden herhaald, verschijnt.
● Bij bevestiging met Ja moet de
robotmaaier in het dockingstation
worden geplaatst. Bevestig met OK en
sluit de klep. Het aanleerproces wordt
opnieuw gestart.
Bij aanpassingen van de ligging
van de begrenzingsdraad moet de
kaart van het maaivlak opnieuw
worden gemaakt.
Als de stap Rand testen bij de
eerste installatie zonder
onderbreking wordt uitgevoerd,
wordt op de achtergrond
automatisch al een kaart van het
maaivlak gemaakt.

11.16 Veiligheid

1. Machineblokkering
2. Stand
3. GPS-beveilig.
4. Pincode wijzigen
5. Startsignaal
6. Menusignaal
7. Toetsenblokkering
8. iMOW® + Dock koppelen
1. Machineblokkering:
met OK wordt de machineblokkering
geactiveerd. De robotmaaier kan
niet meer in gebruik worden genomen.
De robotmaaier moet vóór alle
onderhouds- en
reinigingswerkzaamheden, vóór transport
en vóór de inspectie worden geblokkeerd.
( 5.2)
● Druk voor het ongedaan maken van de
machineblokkering op de aangegeven
toetscombinatie.
2. Stand:
er kunnen 4 veiligheidsstanden
worden ingesteld; afhankelijk van de
stand worden er bepaalde blokkeringen en
veiligheidsvoorzieningen actief.
– Geen:
de robotmaaier is niet beveiligd.
– Laag:
Pincode vragen is actief; voor het
koppelen van robotmaaier en
dockingstation en voor het terugzetten
van het apparaat op de
fabrieksinstellingen moet eerst een
pincode worden ingevoerd.
0478 131 9965 A - NL