Download Print this page

Otto Bock 28F10N Instructions For Use Manual page 39

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 12
De gebruiksaanwijzing geeft u belangrijke informatie over het aanpassen en aanbrengen van de
hielontlastingsorthese 28F10N, die is ontworpen door dr. Settner/ prothese-/orthesemaker
Münch.
2 Productbeschrijving
2.1 Onderdelen
Pos. Onderdeel
1
Lengtegewelf links/rechts
2
Voorvoetkap
3
Klittenband voor kuitpolstering
4
Bevestigingsnagel
5
Stelmoeren en bevestigingsschroeven (klit­
tenbandsluiting)
6
Bevestigingsschroeven (voorvoetkap)
7
Klittenbandsluiting (wreef)
8
Zelfhechtend klittenband/viltband
2.2 Constructie
De hielontlastingsorthese bestaat uit polypropyleen met een glasvezelversteviging.
Door de vormgeving van de hielhouder (13) wordt een dorsale aansluiting bij de kuit en een
ondersteuning van het lengtegewelf (1) van de voet bereikt die een vrij zwevende positie van het
hielbeen in de orthese mogelijk maakt. De voet wordt ingebed door het voetpasdeel voor het leng­
tegewelf en de niveaucompensatiezool (9) met klittenbandaansluiting. Het hoogteverschil met de
schoen aan de gezonde kant kan worden gecompenseerd met de hielwig (10).
Zowel voor controledoeleinden als voor een betere luchtcirculatie van de orthese is achter in de
hielhouder een opening aangebracht. De polsteringset voor de hielbelasting, die bestaat uit de
voetbedpolstering (12) en de drukopbouwpolsteringen (11), wordt ingezet volgens het therapie­
plan en dient voor de stapsgewijze belastingopbouw voor het hielbeen.
De voet wordt door de klittenbandsluitingen (7, 15 en 16) en door de voorvoetkap (2) op zijn
plaats gehouden. Dankzij de ritssluiting op de voorvoetkap is de orthese gemakkelijk aan en uit te
trekken en worden de tenen beschermd. De klittenbandsluiting (7) wordt met de bijgeleverde
bevestigingsschroeven en stelmoeren (5) aan de orthese bevestigd. Optioneel kan deze klitten­
bandsluiting ook met klinknagels worden vastgezet. De klittenbandsluitingen ter hoogte van het
scheenbeen (15 en 16) kunnen voor meer stabiliteit ook met klinknagels of naaiwerk aan elkaar
worden bevestigd. De op maat te snijden kuitpolstering (14) zorgt voor contact met de hielhou­
der.
Voor meer veiligheid bij het lopen is de onderzijde van de orthese voorzien van een slipvrij profiel.
3 Gebruik
3.1 Gebruiksdoel
De orthese mag uitsluitend worden gebruikt als hulpmiddel ter ondersteuning van de functie van
de onderste extremiteit en mag alleen in contact worden gebracht met intacte huid.
De orthese mag uitsluitend worden gebruikt op indicatie.
Pos. Onderdeel
9
Niveaucompensatiezool (Lunasoft)
10
Hielwig (Lunasoft)
11
Drukopbouwpolstering
12
Voetbedpolstering (schuimstof)
13
Hielhouder
14
Op maat te snijden kuitpolstering
15
Klittenbandsluiting (onderzijde
scheenbeen)
16
Klittenbandsluiting (bovenzijde
scheenbeen)
Ottobock | 39

Advertisement

loading