EMAK K 2400 ADV V-TWIN Operators Instruction Book page 41

3. ONDERDELEN EN BEDIENING
3.1 ONDERDELEN VAN DE MOTOR (FIG.1)
1. Dop voor het bijvullen van de olie met
peilstok
2. Dop olieafvoer
3. Deksel luchtfilter
4. Brandstofkraantje
5. Aansluitkap bougie
6. Serienummer van de motor
Noteer hier het serienummer van uw motor
3.2 BEDIENING GASHENDEL
De bediening van de gashandel (normaal met een
hendel) die op de machine is geïnstalleerd, is met
de motor verbonden via een kabel.
Raadpleeg de handleiding van de machine om de
bediening van de gashendel en de verschillende
standen te identificeren, die doorgaans worden
aangeduid door symbolen die overeenstemmen
met:
CHOKE
= te gebruiken bij koude start.
(starter)
FAST stemt overeen met het hoogste
=
(snel) toerental tijdens het werken.
SLOW stemt overeen met het laagste
=
(traag) toerental.
4. WAT U MOET WETEN
De motor is een toestel waarvan de prestaties, de
regelmatige werking en de levensduur afhangen
van vele factoren; sommige zijn externe factoren,
andere hangen nauw samen met de kwaliteit
van de gebruikte producten en een regelmatig
onderhoud.
Hieronder wordt extra informatie vermeld
waarmee u uw motor op een meer doordachte
wijze kan gebruiken.
4.1 OMGEVINGSOMSTANDIGHEDEN
De werking van de viertakt verbrandingsmotor
wordt beïnvloed door:
a) Temperatuur:
- Bij lage temperaturen is koud starten soms
moeilijk.
- Bij zeer hoge temperaturen kan het moeilijk
zijn de motor warm te starten omwille van de
verdamping van de brandstof in de carburateur
of in de pomp.
- In ieder geval moet het olietype aangepast zijn
aan de bedrijfstemperaturen.
b) Hoogte:
- H e t m a x i m a l e v e r m o g e n v a n e e n
verbrandingsmotor vermindert geleidelijk
naarmate de motor zich hoger boven
zeeniveau bevindt.
- Op grote hoogtes moet de belasting van de
machine dus worden verminderd en moeten
bijzonder belastende activiteiten worden
vermeden.
4.2 BRANDSTOF
Een goede kwaliteit van de gebruikte benzine
is cruciaal voor de regelmatige werking van de
motor.
a) Gebruik loodvrije benzine met een minimum
octaangetal van 90.
b) Gebruik steeds verse en schone benzine; koop
niet te veel benzine zodat deze niet meer
dan 30 dagen ongebruikt blijft staan. Daarna
ontstaat er immers bezinksel in de houder of
de tank.
c) Gebruik geen benzine die methanol bevat.
d) Voeg geen olie of additieven toe aan de
benzine.
4.3 OLIE
Gebruik steeds olie van goede kwaliteit, en kies de
NL 41