SPX Radiodetection RD8000 User Manual page 66

Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

Opsporen van kabels en leidingen
Passieve Frequenties
Bij het passief opsporen gebruikt men signalen die al van nature op ondergrondse
metalen geleiders aanwezig zijn. De RD8000 ondersteunt vier soorten passieve
frequenties: stroom, radio, CPS en CATV signalen. Deze frequenties kunnen zonder hulp
van een zender worden opgespoord.
Actieve Frequenties
Bij het actief opsporen wordt een signaal met behulp van een zender, direct op de kabel
of leiding gezet. De zender kan op twee manieren een signaal overbrengen: inductie en
directe aankoppeling.
Inductie
De zender wordt boven of bij het te onderzoeken gebied op de grond geplaatst.
Selecteer de toepasselijke frequentie. De zender zal het signaal overbrengen op iedere
nabij gelegen metalen geleider. Het wordt aanbevolen om in de inductie stand hogere
frequenties te gebruiken omdat het eenvoudiger is deze op nabij gelegen geleiders over
te brengen.
Directe aankoppeling
Met directe aankoppeling sluit u de zender direct aan op de doelgeleider. De zender zal
een signaal overbrengen op de geleider welke opgespoord kan worden met de ontvanger.
Deze methode geeft het beste signaal op een individuele geleider en maakt gebruik van
lagere frequenties mogelijk welke over een lange afstand gevolgd kunnen worden.
Het aankoppelen van de zender op een geleider gebeurt met behulp van een
aansluitsnoer of zendtang en een aardpen voor een volledig gesloten elektrisch circuit.
WAARSCHUWING! Direct aankoppelen op onder stroom staande kabels kan
DODELIJK zijn. Het direct aankoppelen moet alleen door volledig gekwalificeerd
personeel worden uitgevoerd.
Accessoires
De zender en ontvanger zijn compatibel met een breed aantal accessoires. Raadpleeg
de RD8000 bedieningshandleiding voor gedetailleerde informatie over het gebruik van de
onderstaande accessoires.
66

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents