GAUI Hurricane 425 Operating Instructions Manual page 86

Electro helicopter
Hide thumbs Also See for Hurricane 425:
Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

Pagina P.12
De servouitsneden in het chassis zijn voorzien voor standaardservo's. Als u kleinere servo's (35,5 x 15 mm) wilt monteren,
gebruikt u de meegeleverde inbouwkaders (zie fig. 1).
Aangezien de gemonteerde kogels aan de tuimelaars # 204512 en #204514 (zie ook pagina P.5) niet in één lijn met het
draaipunt lopen, moeten de bevestigingspunten op de servoschijven overeenkomstig de schets linksboven worden
geselecteerd. Als u servohendels met 180° verplaatste boringen gebruikt, moeten de tuimelaars met GAUI-nummers #204612
en #204614 uit de toebehorenlijst worden gebruikt.
Bereid de nodige koppelingsstangen overeenkomstig de schetsen in afbeelding fig.2 en fig.3 voor en plaats de servo's. De
precieze positionering vindt u in afbeeldingen fig.2 en fig.3.
Belangrijk!
Als uw modelhelikopter al met servo's werd geleverd, moet u letten op de precieze typebeschrijvingen van de
servo's. Voor de tuimelschijf moeten drie gelijke servo's (vb. GS 501) worden gebruikt, waarbij voor de
staartaansturing een snellere servo (vb. GS 502) nodig is.
Plaats de staartrotor-koppelingsstang en schroef voor- en achteraan een kogelkoppan. U bereikt de correcte lengte van de
staartrotorkoppeling wanneer de staartstevohendel (zie fig.2) vooraan en de tuimelaar achteraan zich in een hoek van 90°
tot de koppelingskabel bevinden. Wanneer de koppelingskabel parallel met het staartroer verloopt, kan de voorste voeringshuls
met een druppel secondenlijm aan het staartroer worden vastgemaakt.
Kleef de gyroscoop (GYRO) met dubbelzijdige kleefband op het platform boven de nickservo (zie fig.5) en plaats de
toerentalregelaar en ontvanger.
Monteer de toerentalregelaar overeenkomstig de afbeelding onderaan op de chassisbodem. Bevestig deze in geen geval
aan het montageplatform linksvoor aan het chassis. In dit geval bestaat de kans dat de regelaar oververhit, wat dan de
motor tijdens het vliegen uitschakelt. Indien nodig moeten de aansluitkabels worden verlengd. Let daarbij op contactveilige
verbindingen.
Een precieze functiebeschrijving van de gyroscoop en de vliegregelaar vindt u in de bijlage van de
montagehandleiding.
Let op!
Aangezien elektrische aandrijvingen met hoog vermogen heel gevaarlijk kunnen zijn, raden wij u aan de motor
altijd van de regelaar te ontkoppelen tijdens onderhouds- en afstelwerkzaamheden. Zo kan een ongewild aanlopen
van de mechaniek worden vermeden.
Nadat u de servohendel en koppelingen hebt gemonteerd, roept u op de afstandsbedieningszender een helikopterprogramma
op met een 3-punts 120° tuimelschijfaansturing (HR-3). Stel de correcte looprichting en middelste stand van de servo's in
en begrens de servowegen in het tuimelschijfmengprogramma op 50%.
Afbeelding fig.6 toont u de bevestiging van de vliegaccu met kabelbinders die opnieuw kunnen worden losgemaakt, wanneer
3-cellige accupacks worden gebruikt.
86

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

20 98 80

Table of Contents