Kessel Ecolift XL Instructions For Installation, Operation And Maintenance page 204

2 Onderhoud
2.1 Handmatig bedrijf
2.2 Automatische modus
2.3 SDS-zelfdiagnosesysteem
2.4 Onderhoudsdatum
2.5 Onderhoud uitgevoerd
2.6 Onderhoudsinterval
2.7 Activer. RemoteControl
3 Instellingen
3.1 Parameters
3.2 Profielgeheugen
Instellingen bedieningsmenu
2.1.1 Pomp I
2.1.2 Pot.vrije contacten
2.1.3 Externe signaalsensor
2.1.4 Communicatie
2.1.5 Pomp II
2.1.6 Klep
2.1.7 AC-uitgang
2.1.8 DC-uitgang
2.2 Automatische modus
2.3.1 „Test pomp I
Test batterij
Test pomp II
Test klep"
2.4.1 Volgende onderhoud
2.4.2 Laatste onderhoud
2.6.1 Bedrijfsmatig 3 maanden
2.6.2 Bedrijfsmatig 6 maanden
2.6.3 Particulier 12 maanden
2.6.4 Handmatig onderhoud
2.6.5 Geen onderhoudsinterval
2.7.1 Activeringsduur
2.7.2 Deactiveren
3.1.1 Inschakelvertraging
3.1.2 Nalooptijd
3.1.3 Max. stroom
3.1.4 Min. stroom
3.1.5 Limiet looptermijn
3.1.6 Grenslooptijd
3.1.7 Offset inbrenging van luchtbellen
3.1.8 Sensorhoogte
3.1.9 SDS-zelfdiagnosesysteem
3.1.10 Meetbereik niveausonde
3.1.11 AAN1-niveau
3.1.12 UIT1-niveau
3.1.13 Alarmniveau
3.1.14 AAN2-niveau
3.1.15 UIT2-niveau
3.1.16 Inschakelvertraging klep
3.1.17 Nalooptijd klep
3.1.18 Max. stroom klep
3.1.19 S1/S3 Gebruik van pomp
3.2.1 Parameter opslaan
204 / 264
Aan Uit
OK storing
mm:hh - dd.mm.yy
mm:hh - dd.mm.yy
s 0 - 99
s 0 - 99
A 3,5 - 9,5
A 0,5 - 2,5
#/10 min 1 - 99
min 0 - 999
mm 0 - 99
mm 0 - 999
d 1 - 180
mm 0 - 9999
mm 0 - 5000
mm 0 - 5000
mm 0 - 5000
mm 0 - 5000
mm 0 - 5000
s 0 - 99
s 0 - 99
mA 150 - 200
S1 Bedrijf/S3 Bedrijf
03/2015