Veiligheidsinstructies Ten Aanzien Van Beschermkappen; Veiligheidsinstructies Voor Zagen - Proxxon FET Manual

Hide thumbs Also See for FET:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 17
langer veilig. Schade onmiddellijk door de Proxxon-klanten-
service laten verhelpen!
• Draag gehoorbescherming. Blootstelling aan geluid kan tot
gehoorverlies leiden. Zorg ervoor dat de machine en de toe-
behoren technisch in goede staat zijn. Alleen dan gelden
optimale voorwaarden voor geluidsreductie. U moet er voor-
al op letten dat het zaagblad niet bot of beschadigd is. Ver-
sleten of beschadigde zaagbladen beïnvloeden de geluids-
ontwikkeling negatief en vormen bovendien een veiligheids-
risico. U kunt de geluidsontwikkeling minimaliseren als u de
aanzet van het werkstuk aanpast aan de eisen van materiaal
en zaagblad.
• Het zaagstof van bepaalde materialen kan bij inademen of
huidcontact schadelijk zijn voor de gezondheid. Draag daar-
om de geëigende beschermende kleding (bijv. een adembe-
schermingsmasker) en werk altijd met de afzuiginrichting.
Let op: stof kan bij bepaalde concentraties in de lucht een
explosief mengsel vormen.
• Zorg ervoor dat het stopcontact geschikt is voor de machine
en van een beveiliging is voorzien.

2.2 Veiligheidsinstructies ten aanzien van beschermkappen

a) De beschermkappen niet demonteren. De bescherm-
kappen moeten functioneren en correct gemonteerd zijn.
Losse, beschadigde of niet goed functionerende bescherm-
kappen moeten worden gerepareerd of vervangen.
b) Gebruik voor het zagen steeds de beschermkap van
het zaagblad en de wig. Voor zagen waarbij het zaagblad
door de hele dikte van het werkstuk zaagt, verminderen de
beschermkap en ander veiligheidsinrichtingen het risico op
lichamelijk letsel.
c) Bevestig na beëindiging van de bewerkingen (bijv. fel-
sen, canneleren of loszagen bij het hanteren) waarbij
beschermkap, wig en/of terugslagbeveiliging moet
worden verwijderd, onmiddellijk weer het beveili-
gingssysteem. De beschermkap, de wig en de terugslag-
beveiliging verminderen het risico op lichamelijk letsel.
d) Verzeker u er voor het inschakelen van de elektrische
machine van dat het zaagblad niet tegen de bescherm-
kap, de wig of het werkstuk aanloopt. Onopzettelijk con-
tact van deze componenten met het zaagblad kan tot een
gevaarlijke situatie leiden.
e) Stel de wig af volgens de beschrijving in de gebruiks-
aanwijzing. Verkeerde afstanden, positie en afstelling kun-
nen er de oorzaak van zijn dat de wig een terugslag niet
kan voorkomen.
f) Om ervoor te zorgen dat de wig en de terugslagbevei-
liging goed werken, moet u kracht uitoefent op het
werkstuk. Bij zaagsneden in werkstukken die te kort zijn
om gebruik te kunnen maken van de wig, werken wig en
terugslagbeveiliging niet. Onder deze voorwaarden kan
een terugslag niet door de wig en de terugslagbeveiliging
worden verhinderd.
g) Gebruik het voor de wig passende zaagblad. Om de
wig goed te laten werken, moet de zaagbladdiameter
geschikt zijn voor de wig, het stamblad van het zaagblad
dunner zijn dan de wig en de tandbreedte groter zijn dan de
wigdikte.

2.3 Veiligheidsinstructies voor zagen

a) GEVAAR: Komt u met uw vingers en handen niet in de
buurt van het zaagblad of in de buurt van de zaag. In
een moment van onoplettendheid of bij wegglijden kan uw
hand uitschieten naar het zaagblad wat tot ernstig letsel
kan leiden.
b) Leid het werkstuk alleen tegen de draairichting in naar
het zaagblad. Als u het werkstuk in de draairichting van het
zaagblad boven de tafel naar het zaagblad schuift, kan dit
ertoe leiden dat het werkstuk en uw hand in het zaagblad
getrokken worden.
c) Gebruik bij lengtesneden nooit de verstekaanslag, als
u het werkstuk verschuift en gebruik bij dwarssneden
met de verstekaanslag nooit ook nog de parallelaan-
slag voor de lengte-instelling. Gelijktijdig geleiden van
het werkstuk met de parallel- en de verstekaanslag ver-
hoogt de kans dat het zaagblad vastklemt en teruggesla-
gen wordt.
d) Oefen bij lengtesneden de duwkracht op het werkstuk
altijd uit tussen aanslagrail en zaagblad. Gebruik een
schuifstok als de afstand tussen aanslagrail en zaag-
blad minder is dan 150 mm en een schuifblok als de
afstand kleiner is dan 50 mm. Deze hulpmiddelen zorgen
ervoor dat uw hand op veilige afstand van het zaagblad
blijft.
e) Gebruik alleen de meegeleverde schuifstok van de
fabrikant of die volgens de instructies zijn gemaakt. De
schuifstok zorgt voor voldoende afstand tussen hand en
zaagblad.
f) Gebruik nooit een beschadigde of ingezaagde schuif-
stok. Een beschadigde schuifstok kan breken en ertoe lei-
den dat uw hand in het zaagblad terechtkomt.
g) Werk niet met "losse handen". Gebruik altijd de paral-
lelaanslag of de verstekaanslag om het werkstuk aan te
brengen en te verschuiven. "Met losse handen" betekent
het werkstuk met de handen te duwen of te geleiden in
plaats van met parallelaanslag of verstekaanslag. Met
losse handen zagen leidt tot verkeerde afstelling, vast-
klemmen en terugslag.
h) Grijp nooit om of over een draaiend zaagblad. Naar een
werkstuk grijpen kan tot onopzettelijk aanraken van het
draaiende zaagblad leiden.
i) Ondersteun lange en/of brede werkstukken van de ach-
terkant of van de zijkant van de zaagtafel, zodat ze
waterpas blijven. Lange en/of brede werkstukken heb-
ben de neiging aan de rand van de zaagtafel weg te kan-
telen; dit leidt tot controleverlies, vastklemmen van het
zaagblad en terugslag.
j) Schuif het werkstuk gelijkmatig vooruit. Verbuig of ver-
draai het werkstuk niet. Als het zaagblad vastklemt,
schakel dan de machine meteen uit, trek de stekker
eruit en verhelp de oorzaak van het vastklemmen. Het
vastklemmen van het zaagblad door het werkstuk kan tot
terugslag of blokkeren van de motor leiden.
57

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents