3.4.
Alarmsonde aansluiten
Alarmsonde (motorsonde) voor het vaststellen van de alarmniveaustand aansluiten.
De stekker <43> van de kabel zoals in afb. [10] weergegeven
aansluiten. Hierbij de moer met 1 Nm vastdraaien.
De spleet <35> tussen moer en steekverbinding
bedraagt dan 1-2 mm (zie afb. [8])
3.5.
Eerste inbedrijfstelling
Het drooglopen van de pomp dient absoluut te worden voorkomen. Tip: Vul de afvalwatertank vóór het herstellen
van de netspannning zover met water dat in het geval van onbedoelde inschakeling van de pomp (bv. foutieve
aansluiting van een niveausensor) deze niet kan drooglopen.
• Netspanning herstellen
Besturingskast voorzien van netspanning <41>, de initialisatie begint. Terwijl ca. 4 seconden de LED's branden,
worden de elektrische componenten gecontroleerd, de batterij voor het melden van netuitval geactiveerd en menu
0.1. taal aangegeven. Vervolgens kan de initialisatie worden uitgevoerd.
Als op het display de initialisatie (menu 0.1. Taal) wordt aangeboden, is de besturingskast al geïnitialiseerd. In dit
geval moeten de ingestelde parameters worden gecontroleerd of de fabrieksinstellingen worden hersteld. Na het
herstellen van de fabrieksinstellingen wordt automatisch de initialisatie van de besturingskast aangeboden.
Neem a.u.b. in acht dat geen rekening wordt gehouden met de meter voor onderhoudsinterval en schakelcycli bij
het resetten.
3.5.1
Initialisatie uitvoeren
Door de initialisatie wordt de alarm-netuitval-batterij geactiveerd.
Bij de initialisatie wordt de volgende invoer verwacht:
- Taal
- Datum / tijd
- Type Ecolift
- Sensorconfiguratie
- Onderhoudsinterval
MONTAGE
90/120
[10]
2016/02