Gebruik Van Het Systeem - 3M DBI-SALA Nano-Lok 3101521 User Instruction Manual

Self-retracting device
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1

2.0 Gebruik van het systeem

2.1
VALBEVEILIGINGS- EN REDDINGSPLAN: De werkgever dient over een valbeveiligings- en reddingsplan te beschikken.
Het plan moet richtlijnen en vereisten bevatten voor een door de werkgever beheerd valbeveiligingsprogramma, inclusief
beleidslijnen, taken en training; valbeschermingsprocedures; het elimineren en beheersen van valgevaren; reddingsprocedures;
incidentonderzoeken; en evaluatie van de effectiviteit van het programma.
2.2
REGELMAAT VAN INSPECTIE: SRD's moeten voor elk gebruik worden geïnspecteerd door de bevoegde persoon
(zie tabel 3). Daarnaast dienen inspecties te worden uitgevoerd door een deskundige
werkomstandigheden (ruige omgeving, langdurig gebruik, enz.) kunnen vereisen dat de frequentie van inspecties door
deskundigen wordt opgevoerd. De deskundige dient het Inspectierooster (tabel 2) te gebruiken om passende inspectiefrequenties
te bepalen. De inspectieprocedures zijn beschreven in het Logboek voor inspectie en onderhoud (tabel 3). De resultaten van de
inspectie door de deskundige moeten worden geregistreerd in het Logboek voor inspectie en onderhoud of worden geregistreerd via
het Radiofrequentie-identificatiesysteem (RFID-systeem).
NORMAAL GEBRUIK: Bij normale werkzaamheden kan de reddingslijn zonder onregelmatigheden uit- en intrekken wanneer de
2.3
medewerker met normale snelheid beweegt. Wanneer er een val plaatsvindt, zal het snelheidsgevoelige remsysteem geactiveerd
worden. Daardoor wordt de val gestopt en wordt veel van de vrijgekomen energie geabsorbeerd. Tijdens normale werkzaamheden
dienen plotselinge of snelle bewegingen vermeden te worden; hierdoor kan het valstopapparaat vergrendeld worden. Voor
valpartijen die zich voordoen terwijl de reddingslijn bijna helemaal is uitgetrokken, is een reservereddingslijn of schokbreker
opgenomen, zodat de valstop een beperkte impact heeft.
LICHAAMSONDERSTEUNING: Er moet een volledig lichaamsharnas met een zelfintrekbaar apparaat worden gebruikt. Het
2.4
verbindingspunt van het harnas moet boven het zwaartepunt van de gebruiker liggen. Er mag geen lichaamsgordel met een
zelfintrekbaar apparaat worden gebruikt. Als er een val plaatsvindt met een lichaamsgordel, kan deze onbedoeld losschieten en
lichamelijk trauma veroorzaken door onjuiste lichaamsondersteuning.
COMPATIBILITEIT VAN ONDERDELEN: Tenzij anders aangegeven, is 3M-apparatuur ontworpen voor gebruik met alleen door
2.5
3M goedgekeurde onderdelen en subsystemen. Substituties of vervangingen door middel van niet-goedgekeurde onderdelen of
subsystemen kunnen de compatibiliteit van apparatuur in gevaar brengen en kunnen de veiligheid en betrouwbaarheid van het
volledige systeem beïnvloeden.
COMPATIBILITEIT VAN CONNECTORS: Connectoren worden als compatibel met verbindende elementen beschouwd wanneer
2.6
deze zijn ontwikkeld om op een zodanige manier samen te werken dat de maten en vormen, ongeacht hun oriëntatie, geen
onbedoeld opengaan van openingsmechanismen veroorzaken. Neem contact op met 3M als u vragen hebt over compatibiliteit.
Connectors (haken, karabiners en D-ringen) moeten in staat zijn om een belasting van ten minste 22,2 kN (5.000 lb.) te
dragen. Connectoren moeten compatibel zijn met de verankering of andere systeemcomponenten. Gebruik geen apparatuur
die niet compatibel is. Verbindingen die niet compatibel zijn, kunnen onbedoeld losraken (zie afbeelding 5). Connectoren
moeten compatibel zijn qua grootte, vorm en sterkte. Zelfvergrendelende musketonhaken en karabiners zijn vereist. Als het
verbindingselement waaraan de musketonhaak of karabijnhaak bevestigd wordt, te klein of onregelmatig van vorm is, kan er een
situatie optreden waarbij het verbindingselement kracht uitoefent op de opening van de musketonhaak of karabijnhaak (A). Door
deze kracht kan de gate (B) opengaan, waardoor de karabijnhaak of karabiner kan losraken van het verbindingspunt (C).
VERBINDINGEN MAKEN: Met deze apparatuur mogen alleen zelfvergrendelende musketonhaken en karabijnhaken gebruikt
2.7
worden. Zorg ervoor dat de verbindingen qua grootte, vorm en sterkte bij elkaar passen. Gebruik geen apparatuur die niet
compatibel is. Controleer of alle verbindingen volledig gesloten en vergrendeld zijn. 3M-connectoren (musketonhaken en
karabijnhaken) zijn ontworpen om alleen gebruikt te worden zoals in de gebruikersinstructies van elk product vermeld staat. Zie
afbeelding 6 voor onjuiste verbindingen.
Verbind karabijnhaken of karabiners niet:
A.
Aan een D-ring waaraan al een andere verbinding bevestigd is.
B.
Op een manier waardoor er een belasting op de opening komt te staan. Musketonhaken met een grote halsopening mogen niet
worden verbonden met standaardformaat D-ringen of vergelijkbare voorwerpen. Dit resulteert in een belasting van de snapper
als de haak of D-ring (rond)draait, tenzij de musketonhaak is voorzien van een snapper die geschikt is voor 16 kN (3600 lb).
C.
Bij een foutieve verbinding, waarbij de grootte of vorm van de bijpassende verbindingsstukken niet compatibel zijn en zonder
visuele bevestiging de verbindingsstukken volledig verbonden lijken.
D.
Aan elkaar.
E.
Direct aan singelband of kabellijn of terugbindlijn (tie-back) - tenzij de instructies van de fabrikant een dergelijke verbinding
voor zowel de lijn als de connector specifiek toestaan.
F.
Aan elk object dat een zodanige vorm of dimensie heeft dat de musketonhaak of karabijnhaak niet dicht en op slot kan gaan,
of daar waar uitrollen kan optreden.
G.
Op een manier die de connector onder belasting geen correcte positie laat innemen.
1 Bevoegde persoon: Een persoon die door de werkgever aangewezen is om werk uit te voeren op een locatie waar de persoon blootgesteld wordt aan een valgevaar.
2 Redder: Een andere persoon of andere personen dan de te redden persoon, die optreedt of optreden om een geassisteerde redding uit te voeren door middel van een
reddingssysteem.
3 Deskundige: Een persoon die door zijn werkgever is aangeduid als verantwoordelijke voor de directe supervisie, uitvoering en opvolging van het door de werkgever
beheerde programma voor valbescherming, die op basis van zijn opleiding en kennis in staat is om de bestaande en potentiële valrisico's te identificeren, te evalueren en
aan te pakken, en die van de werkgever de bevoegdheid heeft gekregen om onmiddellijk corrigerende maatregelen te nemen in verband met dergelijke risico's.
anders dan de gebruiker. Extreme
3
103
of redder
1
2

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents