2 Gebruik
2.1 Gebruiksdoel
De bandage mag uitsluitend worden gebruikt als hulpmiddel ter ondersteu
ning van de pols en mag alleen in contact worden gebracht met intacte
huid.
De bandage moet volgens de indicatie en in overeenstemming met de
instructies van de arts worden gebruikt.
2.2 Indicaties
•
Irritaties (bijv. tendovaginitis, tendomyopathieën, lichte vochtophoping in
het gewricht, posttraumatische [distorsies], postoperatieve reactieve
aandoeningen en artralgieën)
•
Reumatoïde artritis
•
Carpale tunnelsyndroom
•
Degeneratieve polsklachten (artrose)
•
Instabiliteitsgevoel (bijv. verende ellepijp)
De indicatie wordt gesteld door de arts.
2.3 Contra-indicaties
2.3.1 Absolute contra-indicaties
Niet bekend.
2.3.2 Relatieve contra-indicaties
Bij de volgende indicaties is overleg met de arts noodzakelijk: huidaandoe
ningen/-letsel, ontstekingen, hypertrofisch littekenweefsel met zwelling,
roodheid en verhoogde temperatuur in het gedeelte van het lichaam waar
het hulpmiddel wordt gedragen; lymfeafvoerstoornissen alsmede zwellingen
met een onbekende oorzaak van weke delen die zich niet in de directe nabij
heid van het hulpmiddel bevinden; sensibiliteits- en doorbloedingsstoornis
sen in het gedeelte van het lichaam waar het hulpmiddel wordt gedragen, en
in de vingers.
2.4 Werking
De in model gebreide bandage is bedoeld voor gerichte compressie en sta
bilisatie van de pols. De bandage ondersteunt de sensomotoriek en activeert
de musculaire stabilisatie. De anatomisch voorgevormde en individueel aan
pasbare volaire kunststof spalk zorgt ervoor dat de hand optimaal wordt
gepositioneerd en beperkt de bewegingsvrijheid van de pols. De pelotte in
het radiale gedeelte van de pols versterkt de drukmassage en bevordert de
resorptie van oedemen, hematomen en vochtuitstortingen.
Ottobock | 31