Otto Bock Smartspine 50C90 Instructions For Use Manual page 38

4 Gebruik
INFORMATIE
► De dagelijkse draagtijd en de periode dat het product moet worden
gedragen, worden gewoonlijk bepaald door de arts.
► De eerste keer dat het product wordt aangepast en gebruikt, dient dat
te gebeuren onder begeleiding van een vakspecialist.
► Leer de patiënt hoe hij het product moet gebruiken en onderhouden.
► Wijs de patiënt erop dat hij onmiddellijk een arts moet raadplegen,
wanneer hij bijzondere veranderingen bij zichzelf constateert (bijv. ver­
ergering van de klachten).
4.1 Maatkeuze
Smartspine Collar 50C90
1) Meet de afstand van het puntje van de kin tot de bovenkant van het
borstbeen.
2) Bepaal de orthesemaat (zie de maattabel).
Smartspine Universal Collar 50C91
De orthese is verkrijgbaar in één maat. Deze is geschikt voor afstanden van
6,4 cm tot 12,7 cm van het puntje van de kin tot de bovenkant van het borst­
been.
4.2 Aanpassen
Smartspine Collar 50C90
De orthese wordt pasklaar geleverd. Instelling is niet nodig.
► Optioneel: kort het klittenband in op de gewenste lengte (zie afb. 9).
Smartspine Universal Collar 50C91
1) Draai de vergrendeling van de orthese aan beide zijden in de stand
[ geopend ] (zie afb. 1).
2) Klik de orthese aan beide zijden in de gewenste stand (1-9) vast (zie
afb. 2).
VOORZICHTIG! Let op dat u de orthese aan weerszijden hetzelfde
instelt.
3) Draai de vergrendeling van de orthese aan beide zijden in de stand
[ gesloten ] (zie afb. 3).
4) Optioneel: kort het klittenband in op de gewenste lengte (zie afb. 6).
38 | Ottobock