6
ONDERHOUDS- EN SMEERSCHEMA'S
6.1
ALGEMEEN_______________________________________________________________
!
WAARSCHUWING
Alvorens te beginnen met schoonmaken, afstellen of
reparatie van deze machine, dienen alle andrijvingen
te worden uitgeschakeld, de aanzetstukken op de
grond te worden neergelaten en de parkeerrem te
worden aangetrokken. Verder moet de motor worden
stilgezet en de contactsleutel worden verwijderd.
1. Maak de vetsmeerpunten voor en na het smeren
altijd schoon.
2. Smeer met vet dat voldoet aan de NLGI Kwaliteit 2
LB specificaties of deze overtreft. Gebruik een
handbediende vetspuit en vul langzaam tot het vet
er begint uit te lopen. Gebruik geen perslucht-
vetpistolen.
6.2
SMEERSCHEMA___________________________________________________________
A
B
F
E
E
G
E
F
E
F
ONDERHOUDS- EN SMEERSCHEMA'S
F
E
J
K
G
B
C
D
H
I
3. Breng regelmatig een kleine hoeveelheid vet op
lithiumbasis aan op de zittingrails.
4. Ten
hefbomen, draai- en andere frictiepunten die niet op
het smeerschema zijn afgebeeld, dienen deze
iedere 40 uur of wanneer vereist een paar druppels
SAE 30 olie te krijgen.
5. Vet smeerpunten iedere 25 uur.
F
E
Beschrijving
A
A
B
C
B
D
E
F
G
O
B
N
H
I
J
K
M
L
M Pompaandrijfas
L
N
O
H
behoeve
van
soepele
Draaipunt voorste maaierarm
Voorste hefcilinders
Draaipunt zijmaaierarm
Zijmaaierhefcilinders
Casterwielen
Casterwielarmen
Maaidekdraaipunthuis
Spindelhuis stuuras
Stuurasdraaipunt
Stuurkolomkanteling
Draaipunt rempedaal
Pompaandrijfas
Draagasaandrijving
Asspievertanding
6
werking
van
alle
Fittingen
(2)
(4)
(4)
(4)
(10)
(8)
(4)
(2)
(1)
(1)
(1)
(2)
(1)
(2)
(1)
NL-29