Ariston 801 Instructions For Installation, Use, Maintenance page 92

- Zorg ervoor dat afgedichte behuizingen correct opnieuw wor-
den geassembleerd. Als dichtingen versleten zijn, dient u ze te
vervangen.
- Controleer de veiligheidsuitrusting voordat u ze moet gebrui-
ken.
c) Reparatie
- Draagbare apparatuur moet buiten worden gerepareerd, of in
een werkplaats die speciaal is uitgerust voor het onderhoud van
eenheden met ontvlambare koelmiddelen.
- Zorg voor voldoende ventilatie op de plaats waar de reparatie
wordt uitgevoerd.
- Houd er rekening mee dat storingen in de apparatuur veroor-
zaakt kunnen worden door verlies van koelmiddel, dus dat er
mogelijk koelmiddel lekt.
- Voer condensatoren af op een manier zodat er geen vonken
worden gegenereerd.
Wanneer soldeerwerk vereist is, moeten de volgende procedures
in de juiste volgorde worden uitgevoerd:
- Verwijder het koelmiddel. Als recuperatie volgens de nationale
voorschriften niet vereist is, kunt u het koelmiddel naar buiten
afvoeren. Zorg ervoor dat het afgevoerde koelmiddel niet tot
enig risico leidt. Bij twijfel moet één persoon de uitlaat bewa-
ken. Zorg er vooral voor dat afgevoerd koelmiddel niet in het
gebouw terugstroomt.
- Laat het koelcircuit leeglopen.
- Zuiver het koelcircuit gedurende 5 minuten met stikstof (niet
vereist voor A2L-koelmiddelen).
- Opnieuw laten leeglopen (niet vereist voor A2L-koelmiddelen).
- Verwijder te vervangen onderdelen door te snijden, niet met
een vlam.
- Zuiver het soldeerpunt met stikstof tijdens de soldeerpocedure.
- Voer een lektest uit vooraleer het apparaat met koelmiddel te
vullen.
- Zorg ervoor dat afgedichte behuizingen correct opnieuw wor-
den geassembleerd. Als dichtingen versleten zijn, dient u ze te
vervangen.
- Controleer de veiligheidsuitrusting voordat u ze moet gebrui-
ken.
d) Buitenbedrijfstelling
- Als de veiligheid bij de buitenbedrijfstelling van de installatie in
het gedrang komt, moet het koelmiddel waarmee ze gevuld is
vóór de buitenbedrijfstelling worden verwijderd.
- Zorg voor voldoende ventilatie op de plaats van de installatie.
- Houd er rekening mee dat storingen in de apparatuur veroor-
zaakt kunnen worden door verlies van koelmiddel, dus dat er
mogelijk koelmiddel lekt.
- Voer condensatoren af op een manier zodat er geen vonken
worden gegenereerd.
- Verwijder het koelmiddel. Als recuperatie volgens de nationale
voorschriften niet vereist is, kunt u het koelmiddel naar buiten
afvoeren. Zorg ervoor dat het afgevoerde koelmiddel niet tot
enig risico leidt. Bij twijfel moet één persoon de uitlaat bewa-
ken. Zorg er vooral voor dat afgevoerd koelmiddel niet in het
gebouw terugstroomt.
- Bij gebruik van ontvlambare koelmiddelen:
– Laat het koelcircuit leeglopen.
– Zuiver het koelcircuit gedurende 5 minuten met stikstof.
– Laat opnieuw leeglopen.
– Vul met stikstof tot atmosferische druk.
– Breng een label op het apparaat aan waarop is vermeld dat
het koelmiddel is verwijderd.
92 / NL
e) Verwijdering
Zorg voor voldoende ventilatie op de werkplaats.
- Verwijder het koelmiddel. Als recuperatie volgens de nationale
voorschriften niet vereist is, kunt u het koelmiddel naar buiten
afvoeren. Zorg ervoor dat het afgevoerde koelmiddel niet tot
enig risico leidt. Bij twijfel moet één persoon de uitlaat bewa-
ken. Zorg er vooral voor dat afgevoerd koelmiddel niet in het
gebouw terugstroomt.
- Bij gebruik van ontvlambare koelmiddelen (behalve A2L-koel-
middelen):
– Laat het koelcircuit leeglopen.
– Zuiver het koelcircuit gedurende 5 minuten met stikstof.
– Laat opnieuw leeglopen.
– Haal de compressor eruit en tap de olie af.
- Laat het koelcircuit leeglopen.
- Zuiver het koelcircuit gedurende 5 minuten met stikstof.
- Laat opnieuw leeglopen.
- Haal de compressor eruit en tap de olie af.
Krachtens art. 26 van het (Italiaanse) Wetsbesluit
nr. 49 van 14 maart 2014, "Implementatie van Richt-
lijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische
en elektronische apparatuur (AEEA)"
Het symbool van de doorgekruiste vuilnisbak aan-
gebracht op de apparatuur of op de verpakking geeft aan dat
het product aan het einde van zijn nuttige levensduur geschei-
den van het andere afval moet worden ingezameld. De gebrui-
ker moet de apparatuur aan het eind van de levensduur dus bij
de specifieke gemeentelijke centra voor gescheiden inzameling
van elektrisch en elektronisch afval binnenbrengen. Als alterna-
tief kunt u afgedankte apparatuur bij aankoop van nieuwe ge-
lijkaardige apparatuur ook bij de verkoper inleveren. Bij dealers
van elektronische apparatuur met een verkoopoppervlakte van
minstens 400 m² is het verder mogelijk om kosteloos en zonder
enige aankoopverplichting elektronische producten in te leveren
die kleiner zijn dan 25 cm. Een correcte gescheiden inzameling
van het afgedankte apparaat met het oog op daaropvolgende
recyclage, behandeling en milieuvriendelijke vernietiging zorgt
ervoor dat er geen negatieve gevolgen zijn voor het milieu en
de volksgezondheid, en bevordert daarenboven hergebruik en/
of recycling van de materialen waaruit het is vervaardigd.