Craftsman 25357 Instruction Manual page 59

Table of Contents

Advertisement

Aceite del motor
Vaciar et aceite (con el motor caliente) y sustituir con aceite de motor nuevo. (Ver "MOTOR" en la secci6n de Mantenimiento
de este manual).
Cilindro
1.
Quitar la bujia de encendido.
2.
Verter una onza (29 mt) de aceite en el cilindro a traves del agujero de la bujia de encendido.
3.
Tirar unas cuantas veces lentamente la empuSadura del arrancador de retroceso para repartir el aceite.
4.
Colocar una bujia de encendido nueva.
VARIAS
Guardar la Itave de encendido de seguridad de recambio en un lugar seguro.
No guardar gasolina de una temporada a la siguiente.
Sustituir el bid6n de gasolina si empieza a oxidarse. Oxido y/o suciedad en la gasolina causarb, n probtemas.
Si es posibte guardar lamb, quina quitanieves al interior y cubrirla para protegerla de polvo y suciedad.
Cubrir la mb,quina quitanieves con una cubierta protectora adecuada que no atrape humedad. No usar pl&stico. El ptastico
no respira, Io que causa la formaci6n de condensaci6n
que provocarb, la oxidaci6n de lamb, quina quitanieves.
IMPORTANTE:
No cubrir nunca lamb, quina quitanieves mientras et motor o et tubo de escape a0n esten calientes.
OPSLAG
Maak uw sneeuwruimer
direct aan het einde van het seizoen klaar voor opslag of als het toestel niet meer dan 30 dagen ge-
bruikt gaat worden.
WAARSCHUWING:
Berg de sneeuruJmer nooJt met benzine in de tank op in een gebouw waar dampen een open
_
vlam, vonken of een indJcatJelampje zoaJs op een oven, waterkokers,
wasdrogers of gastoestel, kunnen bereJken.
Laat de motor afkoelen voordat hij opgeborgen wordt.
De sneeuwruimer
AIs de sneeuwruimer
voor een langere tijd wordt opgeborgen, maak hem grondig schoon, verwijder al het vuil, vet, bladeren
etc. Berg hem op in een schone, droge ruimte.
1.
Maak de hele sneeuwruimer
schoon (Zie "SCHOONMAAK"
in het gedeelte Onderhoud van deze handteiding).
2.
Controleer en vervang de riemen indien noodzakelijk (Zie "HET VERVANGEN
VAN DE RIEMEN" in het gedeelte Reparatie
en Aanpassingen van deze handleiding).
3.
Smeer de sneeuwruimer
zoals aangegeven in het gedeelte Onderhoud van deze handteiding.
4.
Zorg dat alle moeren, bouten, schroeven en pinnen stevig vast zitten. Controleer de roterende onderdeten op schade, breuk
en stijtage. Vervang ze indien nodig.
5.
Stip alte geroeste oppervlakken
en gesprongen verf aan; schuur licht voor het verven.
MOTOR
Zie motorhandleiding.
Brandstofsysteem
1.
Laat de brandstoftank
leeglopen.
2.
Start de motor en laat draaien totdat de brandstofleiding
en carburator leeg zijn.
Gebruik nooit schoonmaakproducten
voor motor of carburator in de brandstoftank.
Er kan permanente schade optreden.
Gebruik het volgende seizoen verse brandstof.
Motorolie
Laat de otietank (met een warme motor) leegtopen en vervang met schone motorolie. (Zie "MOTOR" in het gedeette Onderhoud
van deze handleiding).
Cilinder
1.
Verwijder de ontstekingsbougie.
2.
Schenk 29 ml olie via het gat in de ontstekingsbougie
in de cilinder.
3.
Trek een paar keer langzaam aan de handgreep van de terugtoopstarter
om de olie te verspreiden.
4.
Vervang de ontstekingsbougie
met een nieuwe.
59

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents