Otto Bock 1C62 Triton Harmony Instructions For Use Manual page 93

Prosthetic foot
Hide thumbs Also See for 1C62 Triton Harmony:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 20
• Schuif de hielwig vanuit deze stand tussen de aansluitveer (afb. 3, pos. D) en de hielveer
(afb. 3, pos. B) naar voren.
• De hielwig is correct gemonteerd, wanneer de uitsparing (afb. 3, pos. L) in de wig volledig
tegen het aanslagstuk (afb. 3, pos. K) van de aansluitveer aan zit.
4.3.3 Hielwig verwijderen
INFORMATIE
De hielwig heeft de neiging om bij het verwijderen te draaien. Het verwijderen van de hielwig
gaat gemakkelijker, wanneer de wig in de rotatierichting wordt losgetrokken.
• Verschuif de hielwig met de vinger vanaf de laterale of mediale zijde zo, dat de wig loskomt van
het aanslagstuk (afb. 3, pos. K) aan de aansluitveer (afb. 3, pos. D).
• Pak de gedeeltelijk losgemaakte hielwig afhankelijk van de situatie aan de laterale of mediale
zijde vast en trek de wig uit de prothesevoet.
4.4 Functiering kiezen en instellen
De Triton Harmony 1C62 wordt als complete voet geleverd. De stijfheidscategorie van de functiering
is afgestemd op de gewichtsklasse van de voet. Wanneer de compressie van de functiering tijdens
het lopen als te sterk wordt ervaren, kan de ring worden vervangen door een stijvere. Wanneer
de patiënt niet voldoende onderdruk bereikt, moet er een zachtere functiering worden gebruikt.
LET OP
Functieverlies bij een verkeerd gebruik. De functiering mag alleen worden gekozen en in-
gesteld door een orthopedisch instrumentmaker die daartoe door Ottobock is geautoriseerd.
4.4.1 Geschikte functiering kiezen
Welke functiering u moet kiezen, kunt u bepalen aan de hand van de onderstaande keuzetabel.
De uitvoering van de functiering staat aangegeven op de aansluiting voor het inlaatventiel (afb. 7).
Lichaamsgewicht
40-47 48-55 56-65 66-75 76-87 88-
Kg
88-
Lbs
103
0
Aanbevolen
functiering
4X147
Houd er rekening mee dat de aanbevolen ring niet altijd de optimale keuze voor de patiënt hoeft
te zijn. Wanneer u een andere ring kiest dan in de tabel wordt aanbevolen, moet deze zo stijf
mogelijk zijn, maar nog voldoende vacuüm genereren. Ottobock adviseert de ring zo te kiezen,
dat hiermee binnen vijftig stappen met de prothese een onderdruk van ca. 500 mbar (15 in Hg)
of meer wordt bereikt.
Wanneer de patiënt merkt dat de stomp te diep inzakt, moet er een stijvere functiering worden
gebruikt. Indien de pomp onvoldoende onderdruk genereert, moet er een zachtere functiering
worden gebruikt.
104-
122-
144-
121
143
185
1
2
3
101-
100
112
186-
193-
221-
192
220
247
4
5
6
113-
126-
138-
125
137
150
248-
276-
303-
275
302-
330
7
8
9
Ottobock | 93

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents