Microlife BPA7 Touch BT Manual page 80

Bluetooth blood pressure monitor
Hide thumbs Also See for BPA7 Touch BT:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 3
Selecteer de juiste manchet
Microlife heeft manchetten in verschillende maten. Selecteer de
manchetgrootte die overeenkomt met de omtrek van uw bovenarm
(de gemeten omtrek rond het midden van de bovenarm).
Manchetgrootte voor omtrek van de bovenarm
S
17 - 22 cm
M
22 - 32 cm
M - L
22 - 42 cm
L
32 - 42 cm
L - XL
32 - 52 cm
Gebruik alleen Microlife manchetten!
Neem contact op met uw Microlife importeur, als de bijgesloten
manchet AK niet past.
Bevestig de manchet aan het apparaat middels de manchet-
connector AL duw de connector 4 zo ver als mogelijk in het
apparaat.
Selecteren van de gebruiker
Met dit apparaat kunt u de resultaten van 2 gebruikers opslaan.
Daarnaast is er een «gast modus» waarin de resultaten niet
worden opgeslagen.
Stel, vóór elke meting, de gebruikersindicator BM in voor de
juiste gebruiker: Gebruiker 1, 2 of gast modus.
Houd de gebruikersindicator BM ongeveer 2 sec. vast tot dat het
gebruikerssymbool knippert. Druk nogmaals op het gebruikers-
symbool om gebruiker 1, gebruiker 2 of gast modus te selec-
teren. Wacht 2-3 seconden om u selectie te bevestigen.
De eerste persoon die meet dient gebruiker 1 te selecteren.
Selecteren van de standaardmodus of AFIB/MAM modus
Voor elke meting kunt u kiezen tussen of een standaard (enkelvou-
dige) meting of een AFIB/MAM (automatische drievoudige)
meting. In de AFIB/MAM modus worden automatisch 3 metingen
gestart en het resultaat wordt automatisch geanalyseerd en weer-
gegeven. Aangezien de bloeddruk variabel is, is een drievoudige
meting betrouwbaarder dan een enkele meting.
 Wanneer u de AFIB/MAM stand selecteert, verschijnt het AFIB/
MAM-symbool BN in het display.
78
 Het gedeelte rechtsonder in het display toont een 1, 2 of 3 om
aan te geven welke van de 3 metingen momenteel genomen
wordt.
 Tussen de metingen wordt een rusttijd van 15 seconden aange-
houden. Het aftellen wordt weergegeven in het scherm.
 De individuele resultaten worden niet weergegeven. Uw bloed-
druk zal alleen worden getoond nadat alle 3 de metingen zijn
verricht.
 Verwijder de manchet niet tussen de metingen.
 Als een van de afzonderlijke metingen twijfelachtig was, dan
wordt een vierde automatisch genomen.
AFIB detectie wordt alleen in de AFIB/MAM modus
geactiveerd.
3. Stappenplan voor een betrouwbare bloeddruk-
meting
Vermijd activiteit, eten of roken vlak vóór een meting.
Ga zitten op een stoel met rugsteun en ontspan voor 5 minuten.
Houd uw voeten naast elkaar op de grond en zit niet met de
benen over elkaar.
Meet altijd aan dezelfde arm (normaal links). Het wordt
aanbevolen dat artsen bij een eerste bezoek van een patiënt
beide armen meet om de te meten arm te bepalen. Aan de arm
met de hogere bloeddruk moet worden gemeten.
Verwijder de kleding die de bovenarm bedekt, mouwen moeten
niet worden opgerold om afklemmen te voorkomen.
Zorg er altijd voor dat de juiste manchetmaat wordt gebruikt
(markering arm omtrek staat vermeld op het manchet).
 Bevestig de manchet om de arm, maar niet te strak.
 Zorg ervoor dat de manchet 1-2 cm boven uw elleboog is
geplaatst.
 De artery mark op de manchet (ca. 3 cm lange bar) dient op
de ader van de arm (binnenkant) te worden gelegd.
 Ondersteun uw arm zodat deze ontspannen is.
 Zorg dat de manchet op dezelfde hoogte is als uw hart.
4. Bloeddruk meten
1. Schakel de lock-schakelaar 3 naar de «ontgrendel» positie.
2. Selecteer de standaard (enkelvoudige meting) of AFIB/MAM
modus (automatisch drievoudige meting): zie hoofdstuk 2.».
3. Druk op de START/STOP knop 1 om de meting te beginnen.

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents