Rookgasafvoer Via Het Dak (Dakafvoerset Akd); Montage Aanzuiging Verbrandingslucht; Montage Van De Dakschoorsteen; Montage Van De Rookgasafvoerpijp - Truma S 2200 Operating Instructions Manual

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 13

Rookgasafvoer via het dak (dakafvoerset AKD)

Voor de S 2200 (P) mag uitsluitend de Truma rvs-rook-
gasafvoerpijp AE 3 (art.-nr. 30140-00) met Truma buiten-
pijp  ÜR (APP – art.-nr. 40230-00) worden gebruikt, omdat
de kachel alleen in combinatie met deze pijpen is gekeurd en
toegelaten. Totale lengte van de rookgasafvoerpijp max.
300 cm.

Montage aanzuiging verbrandingslucht

1. Afbeelding D1
Draai de twee schroeven (1) bovenaan de kachel los en
verwijder de ommanteling.
2. Afbeelding D2
Vóór de montage van de kachel als volgt het kniestuk voor de
aanzuiging van de verbrandingslucht op de onderste kachel-
aansluiting monteren: Schuif het kniestuk (18) met de schuine
kant van de pijp van onderen door de opening (19) in de ka-
chelvoet. Schuif de vergrendelingsring (4) ca. 3 cm op de pijp
(de klauw wijst naar de kachelaansluiting). De O-ring (5) door
oprekken voorzichtig over de schuine kant van de pijp druk-
ken en het kniestuk tot aan de aanslag in de onderste kache-
laansluiting (9) steken. De vergrendelingsring samen met de
O-ring helemaal aanschuiven en achter de klemmen van de
aansluiting vastdraaien. Met schroefje (6) goed vastzetten.
Na elke demontage moet er een nieuwe O-ring (5)
worden gemonteerd.
3. Plaats de kachel in de opening van de vloer.

Montage van de dakschoorsteen

De dakschoorsteen mag alleen verticaal of onder een hoek
van maximaal 15° worden gemonteerd!
Afbeelding D3
Plaats de dakschoorsteen zodanig dat vanaf de kachel naar
de schoorsteen de afvoerpijp direct en over de hele lengte
stijgend (max. 300 cm) kan worden gelegd. Bij een pijplengte
van 150 cm moet een hoogte van ten minste 100 cm zijn
bereikt.
1. Afbeelding D4
Zaag een opening van Ø 60 mm + 1 mm op een gemiddelde
afstand van min. 55 mm van de zijwanden uit. Bij dubbelwan-
dige daken de holle ruimte met geschikt, hittebestendig mate-
riaal (21) opvullen om het dak zo te verstevigen dat het bij het
vastschroeven niet vervormt en regendicht blijft.
2. Steek de schoorsteen van boven door het dak en schroef
hem aan de binnenkant met wartel (22) vast. Borg de wartel
met schroefje (23).
Het afdichten gebeurt met de bijgeleverde rubberen afdich-
ting zonder verdere afdichtmiddelen.

Montage van de rookgasafvoerpijp

1. Afbeelding D5
Schuif de regelklep (20) tot aan de aanslag in de bovenste
kachelaansluiting (3)
2. Sluit rookgasafvoerpijp (2) als volgt aan op de bovenste
kachelaansluiting (3): Schuif de vergrendelingsring (4) ca.
3 cm op de rookgasafvoerpijp (de klauw wijst naar de kache-
laansluiting). De O-ring (5) door oprekken voorzichtig over
de schuine kant van de pijp drukken en de rookgasafvoerpijp
tot aan de aanslag in de bovenste kachelaansluiting steken.
De vergrendelingsring samen met de O-ring aanschuiven
en achter de klemmen van de aansluiting vastdraaien. Met
schroefje (6) goed vastzetten.
Na elke demontage moet er een nieuwe O-ring (5)
worden gemonteerd.
3. Schuif de buitenpijp (7) over de rookgasafvoerpijp (moet
van de dakschoorsteen/wandafvoer tot aan de kachel lopen).
4. Afbeelding D4
Leg de pijpen met zo min mogelijk bochten langs de wand
omhoog. Schuif de rookgasafvoerpijp (24) tot de aanslag in de
dakschoorsteen/wandafvoer en borg hem met een parker (25)
De rookgasafvoerpijp (24) met buitenpijp (26)
moet over de hele lengte stijgend en met meerdere
klemmen (27) vast en duurzaam gemonteerd zijn, omdat
er zich anders een waterzak kan vormen die de vrije af-
voer van de rookgassen verhindert.

Bevestiging van de kachel

Afbeelding E1
Bevestig de kachel met de 4 bijgeleverde parkers (28) door de
kachelvoet op de vloer van het voertuig Monteer de omman-
teling van de kachel – evt. met achterwand (uitbreekplaatjes
voor de pijpen in de ommanteling of achterwand uitbreken).
Draai de schroeven (1) vast.
Afbeelding E2
De achterwand met warmtegeleidende plaat (29) moet wor-
den gebruikt als de warmtestraling naar voren moet worden
geleid of als er een ventilator voor de verdeling van de warme
lucht wordt aangesloten.

Verdeling van de warme lucht

Afbeelding A1
– Inbouwkast EKM
De Truma ventilator kan aan de achterkant van de inbouwkast
EKM worden bevestigd.
Afbeelding F / E2
Voor de verdeling van de warme lucht zijn de Truma ventilato-
ren (TEB-..., TN-..., TEN-...) of Multivent geschikt. De Truma
ventilatoren kunnen direct op de achterwand (RWS of RWSL
met warmtegeleidende plaat) of los van de kachel op de vloer
of aan de wand van het voertuig worden bevestigd. Bij mon-
tage op de vloer of aan de wand zijn het aanzuigmondstuk DT
(art.-nr. 40660-00) en een pijp I 80 (Ø 85 mm) nodig.
De ventilator Multivent kan op de vloer of aan de wand van
het voertuig in de buurt van de kachel worden aangebracht.
Gebruik daarvoor het aanzuigmondstuk DM (art.-nr. 40670-00)
en de pijp ÜR (Ø 65 mm).
Voor de uitbreiding van de warmeluchtinstallatie zijn er de ac-
cessoires van Truma voor de verdeling van de warme lucht –
vraag uw dealer hiernaar
47

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

S 2200 p

Table of Contents