Beschrijving Van De Hogedrukreiniger; Opbouw En Werking Van De Hogedrukreiniger; Beveiligingscircuits; Vlambewaking - Nilfisk-Advance N/G-4001A Operating Manual

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 27
De opbouw en werking van de
hogedrukreiniger
Een overzicht van de opbouw van uw
nieuwe NILFISK hogedrukreiniger vindt u
in het funktieschema en op foto's nr. 2-5.
De machine bestaat uit een lage- en een
hogedrukgedeelte met ingebouwd ketel-
systeem en hogedrukpomp (2.16). Vanaf
de watertoevoer (2.9) wordt het water via
de vlotter (2.23) naar het
waterreservoir/de voorverwarming (2.7)
gevoerd. Vanuit het waterreservoir wordt
het water in de driecilinderpomp - die
door de elektromotor (2.14) wordt aange-
dreven - gezogen. Vanuit de lagedrukka-
mer van de hogedrukpomp wordt het
water hierna via de inlaatkleppen in de
cilinders gezogen. Hier wordt het water
onder druk gezet en via de uitlaatkleppen
naar het hogedrukgedeelte gepompt
waar het -na de doorstroomschakelaar
(2.21) te zijn gepasseerd - uiteindelijk in
het spiraal (2.6) tot de gewenste heetwa-
ter- of stoomtemperatuur verwarmd wordt.
De bedrijfstemperatuur wordt op de
start/stopknop (2.28) geregeld. Het ver-
warmde water wordt hierna verder via de
drukafvoer (2.31), de hogedrukslang
(2.25), het pistool (2.26) en de dubbele
lans/Turbo Laser (2.27) door de sproeiers
geperst (2.1 en 2.2).
De bedrijfsdruk van de hogedrukreiniger
wordt met het drukregelhandvat (2.3)
geregeld en afgelezen op de manometer
(2.24). Als de waterdruk de normale
bedrijfsdruk overschrijdt, opent zich de
ingebouwde veiligheidsklep (2.20), waar-
door het water recirculeert om beschadi-
ging te voorkomen.
De oliepomp (2.11), die door de elektro-
motor wordt aangedreven, zuigt, via het
brandstoffilter (2.13/3.1) brandstof uit de
brandstoftank.
De hogedrukreiniger kan zowel warm- en
koudwater als stoom leveren. Bij gebruik
van warmwater of stoom wordt het water

Vlambewaking

De vlambewaking (2.8) kontroleert de ver-
branding van de olie en schakelt de olie-
brander na 10 sec. uit bij verbrandings-
problemen. De machine kan hierna alleen
als koudwaterreiniger gebruikt worden.
Schakel de hogedrukreiniger uit
(start/stopknop (2.28) op "0"), verhelp de
storing (zie Storingen verhelpen) en start
de machine opnieuw.
Thermische beveiliging
De thermische beveiliging (2.4) schakelt
de hogedrukreiniger uit bij een ketelkap-
temperatuur van 160°C.
BESCHRIJVING
in het lagedrukgedeelte voorverwarmd in
de voorverwarmer en
vervolgens in de spiraal van het hoge-
drukgedeelte op bedrijfstemperatuur
gebracht d.m.v. een brander (2.10).
De hogedrukreiniger is voorzien van een
traploze stoomregeling (2.19). Door recir-
culatie is het mogelijk om het water tot
130°C te verwarmen.
De reinigingsvloeistof kan vanuit het losse
vloeistofreservoir (2.15) d.m.v. het dose-
ringsventiel (2.17) worden toegevoegd.
Het losse reservoir kan eventueel in de
houder geplaatst worden. Met de injektor
(2.29) is indien nodig toevoeging van
maximaal 6% reinigingsvloeistof mogelijk.
De doseringspomp voegt Antikalk uit het
reservoir (2.32) aan het water in het
waterreservoir (2.7) toe.
BEVEILIGINGSCIRCUIT
Thermisch relais
Thermische schakelaars in de pompmotor
beveiligen de elektromotor tegen overbe-
lasting. Alle overige kontrole- en veilig-
heidsfunkties zijn op een 24 Volt laag-
spanningsgedeelte aangesloten. Bij over-
belasting wordt de hogedrukreiniger uit-
geschakeld.
Waterdrukbeveiliging
De waterdrukbeveiliging (2.23) schakelt
de oliebrander uit als het waterniveau te
laag is.
Schakel de hogedrukreiniger uit
(start/stopknop (2.29) op "0"). Verhelp de
storing (zie Storingen verhelpen) en start
de machine opnieuw.
2.1 Hogedruksproeier
2.2 Lagedruksproeier
2.3 Drukregelhandvat
2.4 Thermische beveiliging
2.5 Bedrijfsthermostaatsensor
2.6 Verwarmingsspiraal
2.7 Waterreservoir/voorverwarming
2.8 Vlambewaking
2.9 Watertoevoer/waterfilter
2.10 Brander
2.11 Brandstoftank
2.12 Brandstofniveaukontrole
2.13 Brandstoffilter
2.14 Elektromotor
2.15 Reinigingsvloeistofreservoir (los)
2.16 Hogedrukpomp
2.17 Doseringsventiel voor reinigings
vloeistof
2.18 Circulatieklep
2.19 Traploze stoomregeling
2.20 Veiligheidsklep
2.21 Doorstroomschakelaar

2.22 Waterniveaucontrole

2.23 Vlotter
2.24 Manometer
2.25 Hogedrukslang
2.26 Pistool
2.27 Dubbele lans/Turbo Laser
2.28 Start/stopknop
2.29 Reinigingsvloeistofinjektor
2.30 Regelaar traploze stoomregeling
2.31 Drukafvoer
2.32 Antiekalkreservoir
2.33 Oliepeilglas
2.34
Reinigingsvloeistoffilter
3.1
Brandstoffilter
3.2
Aftapplug - brandstof
4.1 Indicatielampje - brandt bij normaal
gebruik
4.2 Lampje voor fasecontrole
4.3 Herstarten
4.4. Indicatielampje voor waterniveau
4.5. Indicatielampje voor brandstofni-
veau
4.6. Indicatielampje voor vlambewaking
(hulpstukken)
5.1. Luchtglas olie - elektromotor
5.2 Olieslang - elektromotor

0-spanningsbeveiliging

Zorgt er voor dat de hogedrukreiniger niet
herstart nadat de spanning weggevallen
is. Schakel de hogedrukreiniger uit door
de start/stopknop (2.29) op "0" te zetten
en start de machine daarna opnieuw.

Fasecontrole

In uw nieuwe hogedrukreiniger is een
fasecontrole ingebouwd, die verhindert
dat de oliebrander start als de circulatier-
ichting van de machine onjuist is.
53

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents