Otto Bock 2C3-1 Instructions For Use Manual page 23

1.1 Constructie en functie
Voetovertrekken worden over de passende prothesevoeten aange­
bracht. Ze zijn voor het gebruik van prothesevoeten noodzakelijk en
zorgen voor een natuurlijk gevormde buitenkant. Dit document is gel­
dig voor de voetovertrekken 2C3-1, 2C15.
De teennagels kunnen niet worden gelakt.
1.2 Combinatiemogelijkheden
• Neem de gebruiksaanwijzing van de prothesevoet in acht.
Voetovertrek
Aansluitkap
2 Gebruiksdoel
2.1 Gebruiksdoel
Het product mag uitsluitend worden gebruikt als onderdeel van uit­
wendige prothesen voor de onderste ledematen.
2.2 Omgevingscondities
Neem de omgevingscondities rond de prothesevoet in acht.
Overige omgevingscondities
Uv-licht
Hydrolyse
2.3 Levensduur
Het product is slijtagegevoelig en gaat daardoor maar een beperkte
tijd mee.
3 Veiligheid
3.1 Betekenis van de gebruikte waarschuwingssymbolen
Waarschuwing voor mogelijke ongevallen- en let­
VOORZICHTIG
selrisico's.
2C3* 2C15
2C10 2C19
2C20 2C20
niet bestendig
niet bestendig
Waarschuwing voor mogelijke technische scha­
LET OP
de.
3.2 Algemene veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
Niet-toegestane combinatie van prothesecomponenten
Gevaar voor verwonding door breuk of vervorming van het product
► Combineer het product uitsluitend met prothesecomponenten
waarvoor dit is toegestaan.
► Controleer aan de hand van de gebruiksaanwijzingen van de
prothesecomponenten of deze ook met elkaar mogen worden
gecombineerd.
VOORZICHTIG
Gebruik van een versleten product en hergebruik voor een
andere patiënt
Gevaar voor verwonding door functieverlies en beschadiging van
het product
► Controleer het product regelmatig op slijtage. Een product dat
versleten is, mag u niet langer gebruiken.
► Gebruik het product voor niet meer dan één patiënt.
VOORZICHTIG
Contact met hitte, gloed of vuur
Gevaar voor verwonding (bijv. brandwonden) en gevaar voor pro­
ductschade
► Houd het product uit de buurt van open vuur, gloed en andere
hittebronnen.
LET OP
Gebruik bij niet-toegestane omgevingscondities
Schade aan het product door niet-toegestane omgevingscondities
23