Dräger Pac 7000 Instructions For Use Manual page 49

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
apparaat gaat automatisch na ong. 10 seconden uit.
– Bij sterk ontladen batterij kan de alarm LED door de
ingebouwde veiligheidsfuncties worden geactiveerd.
8
Batterij vervangen
WAARSCHUWING
Explosiegevaar! De batterij niet in explosiegevaarlijke
gebieden vervangen.
Vervanging van componenten kan negatieve gevolgen
hebbben voor de intrinsieke veiligheid. Om te voorkomen dat
er in een ontbrandbare of explosieve atmosfeer een
ontsteking plaatsvindt, dient u de onderstaande
onderhoudsprocedures gelezen en begrepen te hebben en
deze na te leven.
Let er bij de vervanging van de batterij op dat er geen
componenten beschadigd raken of kortgesloten worden.
Gebruik geen scherpe gereedschappen om de batterij te
verwijderen.
– Het apparaat heeft een uitwisselbare lithium batterij.
– De batterij is deel van de Ex goedkeuring.
– Uitsluitend de volgende accutypen gebruiken:
Duracell 123 Photo, Lithium, 3 V
Duracell 123 Ultras, Lithium, 3 V
Panasonic CR123A, Lithium, 3 V
Energizer EL123, Lithium, 3 V
Energizer EL123A, Lithium, 3 V
Varta Powerone CR123A, Lithium, 3 V
– Schakel het apparaat uit.
– De 4 schroeven aan de achterkant van de behuizing
losdraaien.
– Het vak aan de voorkant openen en de ontladen batterij
verwijderen.
– Druk op [OK] en houd deze gedurende ca. 3 seconden
ingedrukt, als de batterij nog niet werd geplaatst.
– Plaats een nieuwe batterij; daarbij op de polariteit (+/–) letten.
– Het vak aan de voorkant terugplaatsen en de 4 schroeven
weer aandraaien.
– Als de batterij verwisseld is, is het nodig de sensor even te
laten opwarmen (zie hoofdstuk 12.3). De aangegeven
concentratie knippert totdat de opwarmfase beëindigd is.
WAARSCHUWING
Explosiegevaar!
Gooi gebruikte batterijen niet in vuur en probeer niet ze met
geweld open te maken.
Voer de batterijen af in overeenstemming met de plaatselijke
richtlijnen.
Lege batterijen kunnen aan Dräger worden geretourneerd om
afgevoerd te worden.
9
De sensor vervangen
r
WAARSCHUWING
Explosiegevaar! De sensor niet in explosiegevaarlijke
gebieden vervangen.
Vervanging van componenten kan negatieve gevolgen
hebbben voor de intrinsieke veiligheid. Om te voorkomen dat
er in een ontbrandbare of explosieve atmosfeer een
ontsteking plaatsvindt, dient u de onderstaande
onderhoudsprocedures gelezen en begrepen te hebben en
deze na te leven.
Let er bij de vervanging van sensors op dat er geen
componenten beschadigd raken of kortgesloten worden.
Gebruik geen scherpe gereedschappen om de sensors te
verwijderen.
VOORZICHTIG
Mogelijke beschadiging van componenten!
In het apparaat bevinden zich voor elektrische lading
gevoelige componenten. Alvorens het apparaat te openen om
de sensor te verwisselen altijd eerst controleren, of degene
die het werk uitvoert goed geaard is, om schade aan het
apparaat te voorkomen. Een aarding kan bijv. door een ESD-
werkplek worden bewerkstelligd (electro static discharge /
elektrostatische ontlading).
Aanwijzing
Vervang de sensor als het apparaat niet meer de mogelijkheid
heeft om te kalibreren!
Aanwijzing
Uitsluitend Dräger sensoren XXS met hetzelfde artikelnummer
gebruiken!
– Schakel het apparaat uit.
– De 4 schroeven aan de achterkant van de behuizing
losdraaien.
– Het vak aan de voorkant openen en de batterij verwijderen.
– Verwijder de sensor.
– Nieuwe sensor plaatsen en de opgedrukte sensorcode
noteren.
– Druk op [OK] en houd deze gedurende ca. 3 seconden
ingedrukt, als de batterij nog niet werd geplaatst.
– Plaats de batterij en let daarbij op de polariteit (+/–).
– Het vak aan de voorkant terugplaatsen en de 4 schroeven
weer aandraaien.
– Als de batterij ingezet is, is het nodig de sensor even te laten
opwarmen (zie hoofdstuk 12.3. De aangegeven concentratie
knippert totdat de opwarmfase beëindigd is.
– Het apparaat via de communicatiemodule met een PC
verbinden.
*)
– CC-Vision
functie „Sensorwisselassistent" gebruiken en de
sensor met de zojuist genoteerde sensorcode aanmelden.
– Na het verwisselen van de batterij heeft de sensor een
opwarmfase nodig (zie 12.3). De aangegeven concentratie
knippert, zodra de opwarmfase beëindigd is.
– Nadat de sensor is vervangen en de opwarmtijd is verlopen,
*) Een gratis versie van de PC-software Dräger CC-Vision kan vanaf het
volgende internetadres worden gedownload: www.draeger.com/
software
dient het apparaat gekalibreerd te worden (zie hoofdstuk 5.3).
Aanwijzing
Wijkt de sensorcode van de nieuwe sensor af van de eerder
gebruikte code, moet de nieuwe sensor met de PC-software
CC-Vision zoals beschreven worden aangemeld. Dräger
adviseert, om ook bij een identieke sensorcode een
aanmelding met de PC-software CC-Vision uit te voeren.
10
Vervangen van stof- en waterfilter
11
Apparaatalarm
– Een drievoudige alarmtoon weerklinkt en de alarm LED
knippert.
– Het pictogram [X] knippert; een foutcode bestaande uit drie
tekens wordt op het display weergegeven.
– Als een foutcode of storing verschijnt, zie hoofdstuk 11.2, en
neem indien nodig contact op met Dräger Service.
11.1
Weergeven van fout- en waarschuwingscodes
– De foutaanwijzing [X] of de waarschuwingsaanwijzing [!]
knippert en er wordt een foutcode met drie tekens in het
display weergegeven.
– Wanneer er fouten of waarschuwingen zijn ingesteld, wordt in
het display "– – –" weergegeven en knippert de foutaanwijzing
[X] of de waarschuwingsaanwijzing [!].
– [OK]-toets indrukken om de fout- of waarschuwingscodes
weer te geven.
– Indien er meerdere fout of waarschuwingscodes zijn
opgetreden, kan met de [OK]-toets de volgende fout- of
waarschuwingscode worden weergegeven.
– Indien er fout- of waarschuwingscodes zijn opgetreden,
worden eerst de fout- en dan de waarschuwingscodes
weergegeven.
– Wanneer gedurende 10 minuten geen acties worden
uitgevoerd, gaat het station automatisch terug naar "– – –".
49

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents