Cebora PLASMA PROF 123 Instruction Manual page 62

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 9
voor de volgende inschakelingen van de generator be-
houden. Als u tijdens de initiële instelling een fout maakt,
kunt u de lengte wijzigen door lang de toets W ingedrukt
te houden. Kies vervolgens met de knop Z de gewenste
lengte en houd wederom de toets W lang ingedrukt.
Met een korte druk op de toets van de toorts wordt de
persluchtstroom geopend. Stel nu de druk, weergegeven
op de drukmeter L, af op 5 bar (0,5 MPa) voor toortsen
met een lengte van 6 m en 5,5 bar (0,55 MPa) voor toort-
sen met een lengte van 12 m door aan de knop H van de
reductor te draaien. Vergrendel vervolgens de knop door
hem in te drukken.
4.1 SNIJDEN ("CUT" SNIJWIJZE)
Stel met behulp van de knop Z de snijstroom afhankelijk
van de te snijden dikte af in overeenstemming met de
aanwijzingen van de snijtabel.
Tijdens het afstellen van de stroom wordt op het display
V de juiste doorsnede van de te gebruiken mondstuk
aangegeven.
Sluit de klem van de aardekabel aan op het te snijden
stuk en controleer of de klem en het stuk een correcte
elektrische verbinding maken. Dit geldt met name in het
geval van gelakte, geoxideerde of met isolatiemateriaal
beklede staalplaten. Sluit de klem nooit aan op het deel
dat verwijderd moet worden.
Kies de gewenste snijstroom met behulp van de draai-
knop Z.
Toorts Cebora CP101:
Gebruik het speciale afstandsstuk met twee punten
Art. 1404 in het geval van een mondstuk ø 1,2 en een
stroom tussen 45 en 60 A.
Toorts Cebora CP161:
gebruik het mondstuk ø 1,2 in het geval van 60 A en ø
1,4 in het geval van 60 tot 100 A.
Met een snijstroom van 20 tot 45A en een mondstuk
met een doorsnede van 1,2 mm kunt u snijden door
het mondstuk direct op het stuk te laten steunen (drag
cut).
In het geval van een stroom van meer dan 15A is het
noodzakelijk dat u een verend afstandsblok of een
afstandsblok of tweepuntig gebruikt om te voorkomen
dat het mondstuk of de bescherming ervan direct met
het te snijden stuk in aanraking komt.
Bewaar een afstand van ongeveer 4 mm tussen de
bescherming van het mondstuk en de bescherming
als u de toorts automatisch gebruikt, zie de snijtabel-
len.
Druk de knop van de toorts in om de ontstekingsboog in
te schakelen.
Na ongeveer 2 seconden gaat de ontstekingsboog uit
als u niet onmiddellijk begint te snijden. Druk nogmaals
op de knop om de ontstekingsboog weer in te schake-
len.
Houd de toorts tijdens het snijden verticaal.
Beëindig de snede en laat de knop los. Uit de toorts zal
lucht blijven stromen om hem af te koelen.
We raden u aan het apparaat uit te schakelen voor
deze tijd verstreken is.
Houd de toorts gekanteld en trek hem langzaamaan
62
recht zodat het gesmolten metaal niet op de bescher-
ming terecht kan komen (zie afb.4) als u de toorts hand-
matig gebruikt of als u gaten moet boren. Deze hande-
ling moet uitgevoerd worden als u stukken met een dikte
van meer dan 3 mm wilt doorboren.
Neem tijdens het automatische gebruik van de toorts
(zie afb. 5) de aanwijzingen van de snijtabellen voor de
doorzakhoogte, de bewerkingshoogt en de maximum
snijdikte in verhouding tot de stroom nauwkeurig in acht.
Afb.4
We raden u aan om voor ronde sneden gebruik te ma-
ken van de speciale passer die op aanvraag leverbaar is.
Het is belangrijk dat u onthoudt dat voor het gebruik van
de passer de toepassing van de hierboven beschreven
starttechniek nodig kan blijken.
Houd de ontstekingsboog niet ingeschakeld als dit niet
nodig is om het verbruik van de elektrode, de diffuser en
het mondstuk te beperken.
Schakel aan het einde van de bewerking de machine
uit.
4.2 SNIJDEN OP ROOSTERS (SELF–RESTART SNIJ-
WIJZE).
Activeer deze functie als u geperforeerde staalplaten of
roosters moet snijden.
De ontstekingsboog wordt automatisch weer ingescha-
keld als u aan het einde van de snede de knop ingedrukt
houdt. Gebruik deze functie uitsluitend als dit nood-
zakelijk is om een overmatige slijtage of verbruik van
de elektrode of mondstuk te vermijden.
4.3 SCHOONBRANDEN ("GOUGE" SNIJWIJZE). uit-
sluitend voor toorts CP161.
Met deze handeling kunt u defecte lassen verwijderen,
gelaste stukken van elkaar losmaken, fl appen voorbe-
reiden, enz. Maak voor deze handeling gebruik van een
mondstuk ø 3 mm.
De te gebruiken stroomwaarde varieert afhankelijk van de
dikte en de hoeveelheid te verwijderen materiaal van 60
tot 120A. Voer de handeling uit met een gekantelde toorts
(afb.6). Verplaats de toorts naar het gesmolten materiaal
zodat het gas, dat uit de toorts stroomt, het materiaal
verwijdert. De kanteling van de toorts ten opzichte van
het stuk is afhankelijk van de gewenste penetratie. Ge-
smolten afvalmateriaal kan zich tijdens het proces aan
het mondstukhouder en de bescherming vasthechten.
Afb.5

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

956

Table of Contents