Hach Chlorine Sensor User Manual page 187

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 3
De sensor kalibreren
Informatie over sensorkalibratie
De sensorkarakteristieken worden na verloop van tijd minder, waardoor
ook de sensorwerking minder nauwkeurig wordt. Regelmatige kalibratie
van de sensor is nodig om de precieze werking ervan zeker te stellen.
Hoe vaak de kalibratie moet plaatsvinden hangt af van de toepassing en
kan het best op basis van ervaring worden bepaald.
Kalibreer de sensor steeds opnieuw nadat deze is uitgeschakeld en
langer dan 15 minuten uit het water is verwijderd.
Kalibratiemethode selecteren
Bij nieuwe of gereviseerde sensoren moet voor het eerste gebruik
een 2-punts kalibratie worden uitgevoerd, inclusief een
3
nulpuntmeting
en een hellingmeting (procesconcentratie).
Voor het kalibreren van de sensor moeten één of twee metingen worden
uitgevoerd. Metingen worden uitgevoerd met behulp van de
chloorsensor in de doorstroomcel.
Wanneer slechts één meting wordt uitgevoerd (1-punts kalibratie), wordt
er ofwel een nulpuntkalibratie ofwel een procesconcentratiemeting
(analyse momentaan monster) uitgevoerd. Een nulpuntkalibratie kan op
chemische wijze worden uitgevoerd door het meten van chloorvrij water
of op elektrische wijze door het elektronisch verwijderen van de
kalibratieoffset die door de gateway is gegenereerd.
procesconcentratiemeting wordt op chemische wijze uitgevoerd door de
chloorconcentratie van de processtroom te meten met behulp van een
referentiemethode (analyse momentaan monster) en vervolgens de
gemeten waarde via de controller in te voeren.
Wanneer twee metingen worden uitgevoerd (2-punts kalibratie), is het
nulpunt het eerste gegevenspunt dat wordt gemeten; dit wordt bepaald
door op elektrische of chemische wijze een nulpuntkalibratie uit te
voeren met behulp van dezelfde methode als bij de 1-punts kalibratie
Het tweede gegevenspunt dat wordt gemeten is de procesconcentratie;
deze wordt bepaald door een procesconcentratiemeting (analyse
3
Een elektrische nulpuntkalibratie wordt aanbevolen. Een chemische nulpuntkalibratie wordt alleen aanbevolen wanneer de chloorconcentratie van
de processtroom doorgaans minder dan 0,5 ppm bedraagt.
4
Wanneer de optie Auto Stab (autostabilisatie) in het menu Calibration Options op Yes is ingesteld, gaat het scherm automatisch verder naar de
volgende stap. Raadpleeg
3
. Een
Wijzig de kalibratie-opties
op pagina 190.
momentaan monster) uit te voeren met behulp van dezelfde methode als
bij de 1-punts kalibratie.
Opmerking: Wanneer er een chemische nulpuntkalibratie wordt uitgevoerd, voert
het instrument voorafgaand aan de chemische nulpuntkalibratie automatisch een
elektrische nulpuntkalibratie uit en worden beide offsets in de kalibratieresultaten
weergegeven.
1-punts kalibratieprocedure
1. Druk op de MENU-toets en selecteer Sensor Setup, Calibrate,
Chlorine.
2. Selecteer 1 Point Sample.
3. Wanneer er in het menu Security een wachtwoord voor de controller
is geactiveerd, dient u het wachtwoord in te voeren.
4. Selecteer Zero Cal (nulpuntkalibratie) of Process Conc
(procesconcentratiekalibratie).
5. Selecteer de optie voor het uitgangssignaal tijdens de kalibratie:
Optie
Beschrijving
ACTIEF
Het instrument verzendt de actuele uitgangsmeetwaarde
tijdens de kalibratieprocedure.
HOLD
De sensoruitgangswaarde wordt vastgezet op de actuele
meetwaarde tijdens de kalibratieprocedure.
TRANSFER Een vooringestelde uitgangswaarde wordt tijdens de kalibratie
verzonden. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de
controller om de vooraf ingestelde waarde te wijzigen.
6. Wanneer Process Conc is geselecteerd:
a. Druk op ENTER.
De gemeten waarde wordt weergegeven.
3
.
b. Wacht tot de waarde zich stabiliseert en druk vervolgens op
4
ENTER.
om een processtroommeting in te voeren.
Nederlands 187

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents