Dremel WorkStation 220 Original Instructions Manual page 16

Hide thumbs Also See for WorkStation 220:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 7
Set boren (model 628 of 636)
Sleutel van rotatiegereedschap
Montagesleutel
Boren met schachtmaten kleiner dan of gelijk aan
3,2 mm
Spantangen van rotatiegereedschap (model 4485)
OPMERKING: De boren worden in het gereedschap
vastgehouden middels een spantangsysteem. De boor
kan worden ingezet voor of na het plaatsen van het
rotatiegereedschap in de boorstandaard.
Verwijder instelgereedschappen of
LET OP
!
schroefsleutels voordat u het
gereedschap inschakelt. Een instelgereedschap of
sleutel in een draaiend deel van het gereedschap kan
tot verwondingen leiden.
1. Druk de as-blokkeringsknop in en houd deze vast
terwijl u de spanmoer en as draait. Ga door met het
draaien van de spanmoer en as tot de vergrendeling
vastklikt en de as vasthoudt (afbeelding 2).
2. Gebruik de sleutel van uw Dremel rotatiegereedschap
en draai de spanmoer linksom om deze los te draaien.
3. Ontgrendel de as-blokkeringsknop.
4. Zet de boor zo diep mogelijk in de spantang om te
zorgen voor een goede houvast van de boor en om de
uitloop tot een minimum te beperken. Zet de boor niet
zo ver erin dat de groeven de spantang of spanmoer
raken, om afsplinteren of scheuren van de boor te
vermijden.
5. Vergrendel de as-blokkeringsknop weer en draai de
spanmoer vast; eerst met de hand, dan met behulp
van de sleutel tot de boor goed vastzit.
6. Plaats het rotatiegereedschap in de standaard met de
spindelblokkering naar voren. Klem het gereedschap
in de gereedschapsbeugel door de klemmoer vast te
draaien (afbeelding 3).
AFBEELDING 2
A. As-blokkeringsknop
B. Sleutel
AFBEELDING 3
A. Bedieningshendel
B. Klemmoer
C. Hoekinstelknop
OPMERKING: Zorg er bij het vastklemmen van het
rotatiegereedschap in de houder voor, dat het gereedschap
goed zit en dat de ventilatieopeningen niet worden bedekt.
7. Draai de bovenste buis linksom om deze los te maken
en zo de buis omhoog of omlaag in te stellen. Draai
na bereiken van de gewenste hoogte de buis rechtsom
om deze vast te zetten (afbeelding 5).
OPMERKING: De buis mag niet uitsteken wanneer het
gereedschap in de gereedschaphouder wordt gebruikt.
Plaats het snoer in de snoerklemmen (afbeelding 4).
De snoerhouder houdt het snoer uit de buurt van het te
bewerken gebied.
AFBEELDING 4
A. Snoerklemmen
B. Hoogte-instelling
C. Kleine vergrendelingsknop voor gereedschapsrotatie
8. De diepte-aanslag wordt gebruikt, wanneer u gaten
tot een bepaalde diepte wilt boren. Er is voor uw
gemak een schaalverdeling op de standaardbehuizing
aangebracht. Stel de diepte-aanslag in op de gewenste
diepte en zet de vergrendelingsknop voor de diepte-
aanslag vast (afbeelding 4).
9. De hoekinstelknoppen worden gebruikt om het
gereedschap in verticale stand of in een hoek van 90°
vast te zetten. Gereedschap kan worden gebruikt in
een hoek van 15°, 30°, 45°, 60°, 75° of 90°.
Maak de grote en kleine instelknoppen los en
roteer het gereedschap, draai vervolgens beide
hoekinstelknoppen stevig vast (afbeelding 3 en 4).
10. De hoogte-instelling wordt gebruikt om de standaard op
de juiste hoogte vast te zetten op de buis.
Maak de hoogte-instelling los en beweeg de standaard/
gereedschapseenheid naar de gewenste positie. Maak
vervolgens de hoogte-instelling vast (afbeelding 4).
11. Markeer de plekken voor de gaten op het werkstuk en
sla op deze plekken een gaatje met een kornagel. Dit
voorkomt dat de boorpunt gaat lopen en zorgt ervoor
dat het gat op de goede plaats terechtkomt.
12. Maak het werkstuk vóór het boren vast aan de
basisplaat. Hierdoor klimt het werkstuk niet in de boor
of gaat het niet draaien. Het voordeel is veiligheid en
een betere kwaliteit van het werk. Neerdrukklemmen
(niet bij de levering inbegrepen) zijn uitstekend geschikt
voor het vasthouden van het werkstuk, of gebruik een
kleine bankschroef voor vasthouden van het werkstuk
tijdens het boren (afbeelding 8).
13. Draai de vergrendelingsknop voor hoogte-instelling een
1/2 slag los en beweeg de standaard op de buis tot
de punt van de boor zich dicht bij het werkstuk bevindt
(afbeelding 6). Een afstand van maximaal 6 mm
tussen de punt van de boor en het werkstuk wordt
aangeraden. Draai de vergrendelingsknop weer vast.
14. Pak de bedieningshendel vast en trek deze omlaag om
het gat te boren (maximale slag 50 mm).
HANDIGE TIPS
Gebruik voor het boren in rond materiaal een "V"-blok
of bankschroef. Om een gat te boren in het midden van
een rond werkstuk is een markering met de kornagel
noodzakelijk (afbeelding 9). Gebruik een kornagel om een
markering te maken (niet bij de levering inbegrepen).
Vermijd een dusdanig geforceerde voeding dat de snelheid
van de motor merkbaar wordt gereduceerd. Ga ook
voorzichtig te werk bij het voeden, wanneer het punt van
doorbraak wordt bereikt. Hierdoor worden gesplinterde
randen vermeden.
ZELF NEERDRUKKLEMMEN MAKEN VOOR
UW WERKSTATION 220
Neerdrukklemmen kunnen worden gemaakt van hout,
staal of aluminium, afhankelijk van uw toepassing
(afbeelding 10).
1. Snij of zaag het materiaal op de gewenste lengte,
breedte en hoogte.
2. Boor een gat met een 8mm-boor op de gewenste plek,
door de klem en het afstandsstuk.
3. Monteer de neerdrukklemmen met 8mm-slotbouten
van 40 mm of 50 mm lang met bijbehorende
onderlegplaatjes en vleugelmoeren.
4. Monteer deze op de basisplaat door de kop van de
slotbout omhoog te schuiven door de onderkant van de
basisplaat met de vleugelmoeren aan de bovenkant.
AFBEELDING 10
A. Vleugelmoer
16

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents