Kohler CS4 Owner's Manual page 61

Aanbevelingen voor de olie
Gebruik van het juiste type en gewicht olie
in de motorcarter is van zeer groot belang.
Controleer het oliepeil dus dagelijks en
ververs de olie regelmatig. Door gebruik
van verkeerde of vuile olie kan de motor
voortijdig slijten of defect raken.
Type olie
Gebruik reinigingsolie van een hoge
kwaliteit met API-specificatie SG, SH, SJ
of hoger. Selecteer de viscositeit op basis
van de luchttemperatuur tijdens de werking
als weergegeven in afbeelding 1.
**
*
*Synthetische olie met kwalificatie 5W-20
of 5W-30 kan tot 4,5°C (40°F) worden
gebruikt.
**Met synthetisch olie kan beter worden
gestart in extreem koude omstandigheden
(kouder dan –23°C (–10°F)).
Afbeelding 1. Viscositeitstabel.
OPMERKING: Gebruik van olie met een
andere classificatie dan SG,
SH, SJ of hoger of het
langer wachten tussen
olieverversingsbeurten dan
aanbevolen, kan schade
aan de motor tot gevolg
hebben.
De API-specificatie en de
SAE-viscositeitsgraad worden op de
oliekan aangegeven met een logo of
symbool. Zie afbeelding 2.
Afbeelding 2. Logo op oliekan.
Raadpleeg de
"Onderhoudsinstructies" die op
pagina 62 beginnen voor uitgebreide
procedures voor het controleren van
het oliepeil, het verversen van de
olie en het vervangen van het
oliefilter.
Aanbevelingen voor de
brandstof
Schaf kleine hoeveelheden benzine aan
en sla deze op in schone, goedgekeurde
kannen. Kannen met een inhoud van
7,5 liter (2 gallon) of minder met schenktuit
worden aanbevolen. Zulke kannen zijn
eenvoudig te gebruiken en helpen morsen
tijdens het tanken voorkomen.
Gebruik nooit benzine die is overgebleven
van de vorige maal tanken. Zo ontstaan er
minder gomafzettingen in uw brandstof-
systeem en bent u er zeker van dat de
motor eenvoudig start.
Voeg geen olie aan de benzine toe.
Doe de brandstoftank niet te vol. Laat
ruimte over voor de brandstof om uit te
zetten.
Type brandstof
Gebruik voor het beste resultaat uitsluitend
schone, verse, loodvrije benzine met een
octaangetal van 87 of hoger. In landen
waar de Research-methode wordt
gebruikt, dient het octaangetal minimaal
90 te zijn.
Loodvrije benzine wordt aanbevolen
aangezien hierdoor minder
koolstofafzettingen in de
verbrandingsruimte achterblijven.
Mengsels van benzine en alcohol
Gasohol (tot 10% ethanol, 90% loodvrije
benzine per eenheid) is goedgekeurd als
brandstof voor Kohler motoren. Andere
mengsels van benzine en alcohol zijn niet
goedgekeurd.
Mengsels van benzine en ether
Mengsels van methyl-tertiair-butyl-ether
(MTBE) en loodvrije benzine
(tot maximaal 15% MTBE per eenheid) zijn
goedgekeurd als brandstof voor Kohler
motoren. Andere mengsels van benzine
en ether zijn niet goedgekeurd.
Serienummers motoren
Bij het bestellen van onderdelen of bij
communicatie aangaande een motor
dienen altijd de model-, specificatie- en
serienummers van de motor te worden
vermeld.
De serienummers van een motor staan op
een sticker (of stickers) op de
motorafdekking. Vermeld ook
achtervoegsels bestaande uit letters als
deze er zijn.
Noteer de serienummers van uw motor ter
referentie op het etiket hieronder
(Afbeelding 3).
IMPORTANT ENGINE INFORMATION
THIS ENGINE MEETS U.S. EPA AND CA
2005 AND LATER AND EC STAGE II
(SN:4) EMISSION REGS FOR SI SMALL
OFF–ROAD ENGINES
FAMILY
TYPE APP
DISPL. (CC)
MODEL NO.
SPEC. NO.
SERIAL NO.
BUILD DATE
OEM PROD. NO.
EMISSION COMPLIANCE PERIOD:
EPA: CARB:
CERTIFIED ON:
REFER TO OWNER'S MANUAL FOR
HP RATING, SAFETY, MAINTENANCE
AND ADJUSTMENTS
1-800-544-2444
www.kohlerengines.com
KOHLER CO. KOHLER,
WISCONSIN USA
Afbeelding 3. Etiket voor
serienummers van de motor.
Bedieningsinstructies
Lees ook de bedieningsinstructies van de
apparatuur die door de motor wordt
aangedreven.
Controletabel voorafgaand aan het
starten
• Controleer het oliepeil. De olie moet
zich op de peilstok tussen de
markeringen "L" (laag) en "F" (vol)
bevinden. Bij CS motoren moet bij
verwijderde controleplug de olie op
het punt staan de hals van de vulpijp in
te stromen. Vul wanneer dit nodig is
olie bij, maar nooit zo veel dat de olie
de hals van de vulpijp instroomt.
• Controleer de brandstoftoevoer. Vul
de brandstoftank tot het juiste niveau
bij met benzine met het juiste
octaangetal. Meng de olie en
brandstof niet.
• Controleer de koelluchtinlaat-
openingen en de uitwendige
oppervlakken van de motor. Zorg er
te allen tijd voor dat deze schoon en
vrij van verstoppingen zijn.
• Controleer het luchtfilter. Onderdelen
van het luchtfilter moeten op de juiste
plaats zitten, in goede staat verkeren
en zijn geborgd om te voorkomen dat
vuile lucht binnenkomt.
• Controleer alle afdekkingen en
beschermkappen. Alle
beschermkappen, afdekkingen en
dergelijke dienen op de juiste plaats
te zitten en te zijn geborgd.
NL
61