Tru-Test speedrite Delta 1B Instruction Manual page 83

Het elektro-afrasteringsapparaat functioneert volgens de instellingen van de Uitgangsvermogen- en Puls-Snelheid-
schakelaars. Zie de afbeelding van gedeelten van het elektro-afrasteringsapparaat op blz 78.
Uitgangsvermogen-schakelaar
Deze schakelaar stelt het uitgangsvermogen in van het elektro-afrasteringsapparaat
Instelling
Volledig
vermogen.
Volledig
vermogen
met accutest.
Half
vermogen.
Uit.
Puls-Snelheid-schakelaar
De Puls-Snelheid-schakelaar regelt de snelheid en het gedrag van de uitgangsimpulsen van het elektro-
afrasteringsapparaat. Er zijn vier instellingen:
Instelling
Snelle impuls
Auto impuls
Snelle impuls
- nacht
Langzaam
impuls - nacht
N.B. Bij alle schakelstanden wordt het elektro-afrasteringsapparaat compleet uitgeschakeld voordat de accu helemaal
leeg is. Hiermee wordt beschadiging van de accu voorkomen.
Automatische instelling
Als de Puls-Snelheid-schakelaar op Auto staat, varieert de impulssnelheid in overeenstemming met de acculading
Acculading
Optimaal
Middel
Laag
Beschrijving
Het elektro-afrasteringsapparaat levert het volledige uitgangsvermogen.
Het elektro-afrasteringsapparaat levert het volledige uitgangsvermogen, maar de
lampjes wijzen de acculading aan. Vindt u onder Accutestinstelling op blz. 82 een
verklaring van de lampjes.
Het elektro-afrasteringsapparaat levert ongeveer de helft van het
uitgangsvermogen.
Het elektro-afrasteringsapparaat is uitgeschakeld en niet in werking.
Beschrijving
De impulssnelheid van het elektro-afrasteringsapparaat is constant hoog. Voor
uitvoerige informatie verwijzen wij naar de onderstaande tabel Automatische
instelling.
De impulssnelheid van het elektro-afrasteringsapparaat wordt aan het laadniveau
aangepast om accuspanning te besparen. Voor uitvoerige informatie verwijzen wij
naar de onderstaande tabel Automatische instelling.
De impulssnelheid van het elektro-afrasteringsapparaat is 's nachts snel en
overdag langzaam (voor nachtdieren binnen de omheining of bij 's nachts
jagende roofdieren.) Als de acculading echter laag is, wordt de impulssnelheid
overdag op zeer langzaam omgeschakeld.
De impulssnelheid van het elektro-afrasteringsapparaat is 's nachts langzaam en
overdag snel. Als de acculading echter laag is, wordt de impulssnelheid 's nachts
op zeer langzaam omgeschakeld.
Impulssnelheid
Hoog – ca. 1½ seconden tussen de impulsen.
Laag – ca. 2½ seconden tussen de impulsen.
Zeer laag– ca. 3½ seconden tussen de impulsen.
81