Kärcher CW 3 Manual page 111

Hogedrukpomp
1
Oliepeilindicator
2
Accumulator
3
Bouwgroep
Noodstoptoets
Veiligheidsschakelaars
Borden met bedieningsvoorschrif-
ten en reglementair gebruik
Reinigings- en onderhoudsmiddel-
reservoir
Hogedrukslangen van de hoge-
drukpomp naar de wasinstallatie
Sproeiers/zeven
Fotocellen
Eindschakelaar
Zijborstels, dakborstel, wielbor-
stels
Spoel- en spuitcircuits
Positioneringslamp
Onderhoudsoverzicht machineruimte
Onderhoudsschema dagelijks
Handeling
Controleren
Aanwijzingen voor SB-klan-
ten controleren (alleen bij
SB-installaties)
Vulniveau controleren
Controleren
Op verstopping controleren Visuele controle (sproeibeeld beoordelen), indien no-
Verstopping verhelpen
Op verontreiniging controle-
ren en indien nodig reinigen
Visuele controle
Op vreemde voorwerpen
controleren
Watertoevoer controleren
Functiecontrole
Nederlands
Drukregelaar
4
Verswaterreservoir
5
Uitvoering
Wasprogramma starten, noodstoptoets of veilig-
heidsschakelaar indrukken, installatie moet stoppen,
vervolgens de installatie opnieuw inschakelen, zie
hoofdstuk Inschakelen na noodstop.
Borden op volledigheid en leesbaarheid controleren.
Beschadigde borden vervangen.
Vullen, indien nodig vervangen.
Slangen op beschadiging onderzoeken. Defecten
slangen onmiddellijk vervangen. Gevaar voor onge-
vallen.
dig reinigen.
Attentie, sproeiers niet verwisselen.
Sproeiers apart losschroeven zodat ze niet met el-
kaar worden verwisseld.
Met perslucht reinigen of in een reinigingsmiddelop-
lossing leggen en vervolgens met een borstel of een
naald reinigen. Sproeiers weer vastschroeven.
Bij lichte verontreiniging de fotocellen met een voch-
tige doek zonder reinigingsmiddel afvegen. Daarbij
lichtjes druk uitoefenen. Bij ernstige verontreiniging
een mild reinigingsmiddel op de doek spuiten.
Op mechanische beschadiging en vastheid controle-
ren.
Visuele controle, voorhanden vreemde voorwerpen
verwijderen, vervuilde borstels met hogedrukreiniger
reinigen.
Tijdens het wassen controleren of er voldoende wa-
ter voor het wassen van het voertuig voorhanden is.
Te weinig of geen water kan schade aan het te was-
sen voertuig veroorzaken.
Fotocellen "positie 1" en "positie 2" onderbreken, po-
sitie van de fotocellen zie hoofdstuk Onderhouds-
overzicht voor.
De positioneringslamp moet de overeenkomstige
signalen weergeven.
Doelgroep
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
Eigenaar / for-
mele gebrui-
ker
111