Urban Arrow Family User Manual page 106

3. Controleer of de banden goed opgepompt zijn. (zie paragraaf
5.4 voor informatie over de juiste bandenspanning).
4. Controleer of er geen speling zit in de koppeling tussen het
stuur 86 en de vork 22 en of de koppeling direct en soepel
draait.
5. Controleer of de remmen 84 en 87 werken.
6. Zorg ervoor dat de standaard 17 naar boven klapt en op zijn
plaats blijft. (zie paragraaf 5.8.1 voor informatie over de juiste
stand van de standaard en hoe u de stand kunt corrigeren als
deze niet juist is).
7. Controleer of de zadelpen 48 niet in het frame glijdt, zorg
ervoor dat de zadelpenklem 51 is vastgezet.
8. Controleer of de stuurpen 85, stuur 86 en handgrepen 87 niet
slippen of los zitten.
9. Controleer of de koppelbouten van het hoofdframe 15 niet
loszitten.
10. Controleer of de voor- 24 en achterlichten 6 werken.
11. Controleer of de slotrubbers 7 niet gescheurd en/of
gebarsten zijn.
5.4 Banden
Pomp uw banden tot de juiste spanning op:
● Voorband 2,4-3,5 bar
● Achterband 3-4 bar
Tip Vraag uw Urban Arrow dealer naar een juiste pomp die op de
Schrader-ventielen van uw fiets past.
104 Urban Arrow Family
5.5 Controle van de accucapaciteit van de e-bike
Er zijn twee manieren om de laadtoestand van de accu van de e-bike
te controleren:
● Op de accu
● Op het display
2
Wanneer de accu van de e-bike leeg is, kan de e-bike zonder
ondersteuning als een normale fiets worden bereden.
Het controleren van de laadtoestand van de accu van de e-bike gaat
als volgt:
1. Druk op de aan/uit-knop 57 op de accu.
2. Controleer de vijf groene LED's van de laadcontrole-indicator
56 op de accu.
Elke LED geeft ongeveer 20% van de capaciteit aan. Wanneer
de accu volledig is opgeladen, gaan alle vijf LED's branden.
2
Als de capaciteit van de accu minder dan 5% bedraagt, gaan
alle LED's van de laadcontrole-indicator uit.
Elke balk van het batterijsymbool komt overeen met een
capaciteit van ongeveer 20% (zie afbeelding 15).