Homa TP 28 Original Instruction Manual page 57

Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

De nominale waarden zijn te vinden op het typeplaatje.
De nominale vermogenswaarden verwijzen naar:
Een omgevingstemperatuur van -20°C tot 40°C
Een mediumtemperatuur van 40°C
Continu bedrijf S1 en
Nominale voedingsspanning.
De aansluitkabels zijn ontworpen voor nominaal gebruik
met:
Afzonderlijk installeren.
Permanent ondergedompeld en /of op oppervlakken
en / of aan lucht bevestigd en
Bij een omgevingstemperatuur van maximaal 40°C
Bij afwijkingen van het type installatie en / of de omge-
vingstemperatuur van de aansluitkabel moeten op de
plaats van toepassing geldende normen en voorschriften
in acht worden genomen.
Bij afwijkingen van de bedrijfsmodus en / of de nomina-
le voeding moeten de toleranties volgens DIN EN 60034
in acht worden genomen en moet de installatie worden
aangepast volgens de op de gebruikslocatie geldende nor-
men en voorschriften.
Houd er rekening mee dat: De voorwaarden op de plaats
van gebruik moeten overeenkomen met alle gegevens op
het typeplaatje. Als er iets onduidelijk is, moet de fabrikant
worden geraadpleegd vóór in het in gebruik stellen.
3.3.2. Motor
De asynchrone draaistroommotor bestaat uit een stator
en de motoras met het rotorpakket. De leiding voor de
stroomtoevoer is geschikt voor het maximale mecha-
nische vermogen volgens de karakteristiek of het type-
plaatje van de pomp. De kabeldoorvoer en de leiding zijn
drukwaterdicht verzegeld voor de vloeistof. De aslagering
vindt plaats via robuuste, onderhoudsvrije en continu ge-
smeerde wentellagers.
Alle motoren zijn ook leverbaar in explosieveilige uitvoe-
ring conform ATEX Ex II 2 G EExd.
Algemene motorgegevens
Bedrijfswijze bij onderge-
S1
dompelde motor
Bedrijfswijze bij niet onder-
S3 30%
dompelde motor of medi-
umtemperatuur 41-60°C
Isolatieklasse
H (180 °C)
Beschermingsklasse
IP68
Standaard kabellengte
10 m
Asafdichting
Siliciumcarbide/siliciumcarbide
(motorzijde),
glijringafdichting
siliciumcarbide/siliciumcarbide
(mediumzijde)
Lagering
een groefkogellager (boven)
een tweerijige hoekcontactkogellager
(onder)
3.3.3. Bewakingscontroles
Het aggregaat is uitgerust met verschillende bewakings-
en veiligheidsinrichtingen. In de volgende tabel vindt u
een overzicht van de beschikbare opties. Naargelang het
formaat van de persaansluiting kunnen opties variëren.
Motortype Motorversie
TP...
Temperatuurbewaking wikkeling
TP.../C
Temperatuurbewaking wikkeling, afdichtingsbewaking
oliekamer
TP30...EX
Temperatuurbewaking wikkeling, explosieveilig
TP30../C EX Temperatuurbewaking wikkeling, afdichtingsbewaking
oliekamer, explosieveilig
Temperatuurvoeler
In de EX-uitvoering zijn de pompen uitgerust met een
temperatuurvoelerset in de motorwikkelingen. Op ver-
zoek zijn er ook temperatuurvoelers voor de normale uit-
voering leverbaar.
Bij eenfasemotoren in normale uitvoering zijn de tempe-
ratuurvoelers (indien ingebouwd) intern in de motor ge-
schakeld, zodat er geen speciale aansluiting nodig is. Na
afkoeling schakelt de motor automatisch weer in.
Bij alle eenfasepompen in normale uitvoering wor-
den
de
aansluitingen
(indien ingebouwd) via de motoraansluitkabel naar buiten
geleid en moeten deze via de adereinden T1 en T3 van de
aansluitkabel zo worden aangesloten in de schakelkast,
dat een automatische herinschakeling na afkoeling van de
motor plaatsvindt. De explosieveilige uitvoeringen (1 fase
en 3 fasen) hebben eveneens een temperatuurvoeler-set,
die via de adereinden T1 en T2 van de aansluitkabel zo
moet worden aangesloten, dat na activering een handma-
tige reset nodig is. In plaats van de standaard voelers zijn
er zelfhoudende EX-voelers ingebouwd, d.w.z. dat deze
bij serieschakeling ter beveiliging kunnen worden gereset
door de pomp van het net te scheiden (stekker eruit trek-
ken of hoofdschakelaar) en te wachten op afkoeling. De
temperatuurvoelerset moet in het schakelsysteem wor-
den aangesloten, opdat deze bij oververhitting uitschakelt.
Activeringstemperatuur van de temperatuurbewa-
king/sensoren:
Motor
Wikkeling normaal
T1+T3 regelaar
TP...
140°C
Draairichtingscontrole
Alle pompen hebben de juiste draairichting bij aanslui-
ting op een rechtsdraaiveld (U, V, W -> L1, L2, L3). HO-
MA-schakeltoestellen controleren het net op rechtsdraai-
veld. Is er geen rechtsdraaiveld, dan brandt de rode led.
Er moeten twee fasen worden omgewisseld bij de ingang
van het schakeltoestel. Bij kleinere pompen kan de con-
trole plaatsvinden door de start-schok te observeren. Hier-
toe de pomp verticaal, iets op de rand op de grond zetten
en kort inschakelen. Van bovenaf gezien schokt de pomp
bij de juiste draairichting iets tegen de klok in. De pomp
heeft de juiste draairichting als deze zich tegen de klok
in beweegt, omdat de motor van bovenaf gezien met de
klok mee draait.
van
de
temperatuurvoelers
Wikkeling Ex
T1+T2 begrenzer
140°C
nEDlErlanDS | 57

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Tp 30P 48

Table of Contents