Starten En Rijden - Stiga Villa 12 Instructions For Use Manual

Hide thumbs Also See for Villa 12:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 41
2.4.9.1 Openen
1. Zorg dat de besturingsarmen in de voorste stand
staan.
2. Trek de stoelvergrendeling (4:N) omhoog en
kantel de stoel voorover.
3. Pak de motorkap aan de voorrand vast en draai
de kap omhoog.
2.4.9.2 Sluiten
Pak de motorkap aan de voorrand vast en draai de
kap omlaag.
De machine alleen gebruiken met geslo-
ten kap. Anders bestaat er een kans op
brandwonden en kunt u bekneld raken.
3 TOEPASSINGEN
Op de machine mogen uitsluitend originele STI-
GA-accessoires worden gemonteerd, zoals:
Werkzaamheden Accessoires, origineel van
STIGA
Gras maaien
Maaidekken gebruiken: 85 C
Vegen
Veegeenheid. Stofbeschermer
wordt aanbevolen.
Sneeuwruimen
Sneeuwschuif of sneeuwfrees
gebruiken. Sneeuwkettingen en
framegewichten zijn aanbevo-
len.
Gras en bladeren
Getrokken opvangbak 30" of 42"
vegen
gebruiken.
Gras- en bladtrans-
Transportkar Combi gebruiken.
port
Het trekmechanisme mag worden belast met een
verticale kracht van maximaal 100 N.
De duwkracht van getrokken accessoires op het
trekmechanisme mag niet groter zijn dan 500 N.
LET OP! Neem vóór het gebruik van een aanhang-
er altijd contact op met uw verzekeringsmaat-
schappij.
LET OP! Deze machine is niet bedoeld voor rijden
op de openbare weg.

4 STARTEN EN RIJDEN

De machine alleen gebruiken met geslo-
ten en vergrendelde kap. Anders be-
staat er een kans op brandwonden en
kunt u bekneld raken.
NEDERLANDS
4.1
BIJVULLEN MET BENZINE
Gebruik altijd loodvrije benzine. Gebruik nooit
brandstof voor tweetaktmotoren.
LET OP! Gewone loodvrije benzine is beperkt
houdbaar en mag niet langer dan 30 dagen worden
bewaard.
U kunt ook milieuvriendelijke benzine gebruiken,
d.w.z. gealkyleerde benzine. Dit type benzine heeft
een samenstelling die minder schadelijk is voor
mens en milieu.
Vul de benzinetank nooit helemaal tot de rand.
Laat een zekere ruimte (ten minste de gehele vul-
buis plus 1-2 cm bovenin de tank) leeg, zodat de
benzine, wanneer deze warm wordt, kan uitzetten
zonder over te stromen. Zie afb. 6.
4.2 CONTROLEER HET OLIEPEIL
Het carter is bij aflevering altijd gevuld met SAE
10W-30-olie.
Zie afb. 7.
Controleer voor elk gebruik of het oliepeil cor-
rect is. De machine moet op een vlakke onder-
grond staan.
Breng de oliepeilstok weer aan en draai hem vast.
Trek de oliepeilstok weer omhoog. Lees het olie-
peil af. Vul olie bij tot de "FULL"-streep als het ol-
iepeil onder deze markering staat.
Het oliepeil mag nooit boven de "FULL"-streep
komen. Een te hoog oliepeil kan de motor overver-
hitten. Als het oliepeil boven de "FULL"-streep
komt, moet de olie worden afgetapt tot het juiste
niveau is bereikt.
4.3
VEILIGHEIDSCONTROLE
Controleer of de machine voldoet aan de onder-
staande veiligheidscontrole.
Benzine is uiterst brandbaar. Bewaar
brandstof altijd in een speciaal daar-
voor bestemde tank.
Vul alleen buitenshuis benzine bij en
rook niet tijdens het bijvullen. Vul de
tank voordat u de motor start. Verwi-
jder nooit de vuldop en vul de machine
nooit met benzine wanneer de motor
loopt of nog warm is.
Zorg dat de omgeving rond de oliepeilstok
schoon is. Draai de oliepeilstok los en trek
hem omhoog. Veeg de oliepeilstok af.
De veiligheidscontrole moet voor ieder
gebruik worden uitgevoerd.
Als een van de onderdelen niet door de
test komt, moet u de machine niet ge-
bruiken! Breng de machine voor
reparatie naar een servicewerkplaats!
NL
57

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents