IKEA FIXA Original Instructions Manual page 42

Stand voor klopboren in beton of steen
Stand voor boren zonder kloppen in
hout, metaal, keramiek en kunststof, en
schroevendraaien
De draairichting omkeren
Bedien de draairichtingschakelaar (5)
alleen wanneer de machine stilstaat.
De draairichtingschakelaar (5) wordt
gebruikt om de draairichting van de
machine om te keren. Dit is echter niet
mogelijk wanneer de aan/uit-schakelaar
(6) aanstaat.
Rechtsom draaien: Als je wilt boren
of schroeven wilt indraaien, druk je de
draairichtingschakelaar (5) naar links tot
aan de aanslag door.
Linksom draaien: Als je schroeven of
moeren wilt uit- of losdraaien, duw je de
draairichtingschakelaar (5) naar rechts tot
aan de aanslag door.
In- en uitschakelen
Je schakelt het apparaat in door de aan/
uit-schakelaar (6) in te drukken en deze
vast te houden.
Je schakelt het apparaat uit door de aan/
uit-schakelaar (6) los te laten.
Bij een lage temperatuur bereikt het
elektrische gereedschap zijn volle hamer-/
slagboorcapaciteit pas na enige tijd.
Instellen van toerental/
slagfrequentie
De snelheid/slagfrequentie van het
ingeschakelde elektrische gereedschap
kan worden gevarieerd door de aan/uit-
schakelaar (6) verder of minder ver in te
drukken.
Een lichte druk op de aan/uit-schakelaar
(6) leidt tot een lage snelheid/
slagfrequentie. Een grotere druk op
de schakelaar vergroot de snelheid/
slagfrequentie.
Temperatuursafhankelijke beveiliging
tegen overbelasting
Bij normaal gebruik kan het elektrische
gereedschap niet overbelast raken.
Wanneer de belasting te groot is of
wanneer de toegestane accutemperatuur
van 70 °C wordt overschreden, wordt
het elektrische gereedschap door de
stroomonderbrekers uitgeschakeld totdat
de temperatuur zich weer in het optimale
temperatuurbereik bevindt.
Werkadvies
Zet het elektrische gereedschap
alleen op de schroef of moer wanneer
de stroom uitstaat. Draaiende
inzetgereedschappen kunnen anders uit
de boorkop schieten.
Onderhoud en reiniging
Zet de draairichtingschakelaar in de
centrale positie voordat je werk aan
de machine verricht (bv. onderhoud,
wisselen van instrumenten, enz.),
maar ook tijdens transport of opslag.
Onopzettelijk inschakelen van de pal kan
tot letsel leiden.
Houd het apparaat en de
ventilatieopeningen altijd schoon om
veilig en goed te kunnen werken.
41