Download Print this page

COMPANION 257870 Instruction Manual page 14

Advertisement

- nadat u een ongewenst voorwerp
heeft geraakt.
Inspecteer
de maaimachine
op schade en voer
reparaties uit voordat u de machine weer start en
gebruikt;
- als de machine abnormaal begint te trillen (onmid-
dellijk controleren).
- vor dem Entfernen von Verstopfungen aus dem M_ih-
werk oder dem Auswurf;
Schakel de aandrijving naar de hulpstukken uit tijdens
transport of als ze niet worden gebruikt.
Stop de motor en schakel de aandrijving naar het hulpstu k
uiL
- voordat u tankt;
- voordat u de opvangzak verwijdert;
- voordat u de hoogte verstelt tenzij de hoogte vanuit
de bestuurdersplaats
kan worden ingesteld.
Minder gas tijdens het uitlopen van de motor, en als de
motor met een afsluitklep is uitgerust, moet u de brand-
stoftoevoer aan bet einde van het maaien afsluiten.
IV. ONDERHOUD
EN OPSLAG
Houd alle moeren, bouten en schroeven goed vastge-
draaid zodat u er zeker van kunt zijn dat de machine in
een veilige bedrijfsstaat verkeert.
Sla de machine nooit in een gebouw op, waar dampen een
open vlam of vonk kunnen bereiken, terwijl zich benzine
in de tank bevindt.
Laat de motor afkoelen voordat u hem in een besloten
ruimte opbergt.
Beperk brandgevaar: houd de motor, geluiddemper, ac-
curuimte en benzine-opslagruimte
vrij van gras, bladeren
of een overmaat aan smeervet.
Controleer de opvangzak vaak op slijtage of verwering.
Vervang
versleten
of beschadigde
onderdelen
om
veiligheidsredenen.
AIs de brandstoftank
afgetapt moet worden, moet dit
buiten worden gedaan.
Op machines met meerdere messen dient u eraan te
denken dat bet draaien van _en mes andere messen kan
doen draaien.
Wanneerde machine moet worden geparkeerd, opgesla-
gen of alleen moet worden gelaten, moet de maai-inrichting
neergelaten worden tenzij een mechanische vergrendeling
wordt gebruikt.
WAARSCHUWlNG:
Maak de bougiekabel
altijd
los, plaats hem waar hij de bougie niet kan taken
teneinde onverhoeds starten te voorkomen tijdens
het opstellen, vervoeren, afstellen of uitvoeren van
reparaties.
MODELJMODELE
S_RIAL_RIE
M_G JDt_UMB_R
pRODU¢_ NO tP_ODUJT NO
N_RGEST_LLT _Nt_E_ _&A_
FA_RIQ_E AUX _ U__8_08_
2002
25787
20,0/t5
hp/kw
am
EN836:1997/A2
ISO
3744
98/37/EC
ISO
11094
2000/14/EC
Vibration
L_irmpegel
Vibration
Vibratie
Vibracibn
Vibrazioni
Vibrering
Vibration
Vibrasjon
T_irin_i
m/s 2
0-7,3
t22
38-102
245
LpA < 90 dBa
LwA < t00 dSa
EN t033
4
EN t032
8
14

Advertisement

loading